Pas na een zoektocht door wouden vol wild ontdek je de middeleeuwse ermitage van Jeff Sayre, ontwerper van de Georges Rech mannen- collectie. Hij nestelde zich in de vergetelheid van de Périgord.

Piet Swimberghe/Foto’s : Jan Verlinde

OP HET BINNENPLEIN van het kasteel ligt alleen een roeiboot op zijn rug, bovenop een hoopje keien. Hoogst mysterieus. Dat is een installatie van Jeff, verklaart Sayre’s collega. Jeff zelf heeft het over zijn ?arkje uit Ierland?, meer uitleg geeft hij niet. Het beeld moet suggereren dat hij hier met deze schuit uit het verre Ierland is aangemeerd. Grapje uiteraard, want het kasteel van Mespoulet ligt op een heuvel en is onbereikbaar over water.

Later vertelt Jeff mij dat de simpele houten boot een van de weinige souvenirs is die hij meebracht uit Ierland, waar hij lang heeft gewoond in een riant landhuis vol kunst en antiek. Hij liet er bijna alles achter. Het roeibootje symboliseert dat Mespoulet een eiland is, ver van de bewoonde wereld. De burcht ligt inderdaad afgelegen in het hart van de Périgord, een prachtige streek, dunbevolkt maar bij fijnproevers welbekend om haar keuken.

De tocht naar het kasteel is overigens een hele onderneming omdat er in de regio nauwelijks grote wegen zijn. Je vraagt je af wat Sayre hier uitspookt, zo ver van Parijs. Zijn château ligt op minstens twee uur rijden van de dichtste luchthaven, Bordeaux of Toulouse, van waaruit hij tweemaal per week naar de hoofdstad reist. ?Ik heb overal gewoond, zelfs in New York en in Parijs, maar ik hou niet langer van het stadsrumoer. Na één dag Parijs heb ik er genoeg van. Voor buitenstaanders zijn grote steden mooi, maar eenmaal je er woont, snak je naar rust. Voor mij zou het al genoeg zijn als ik twee keer per jaar naar een grote stad zou reizen. Veel van onze vrienden vertrekken trouwens uit Parijs. We leven in een tijdperk waarin mensen een simpel leven willen leiden, weg van de steden waar de wereld te snel draait. Met de fax is communiceren zo eenvoudig geworden. Van hieruit heb ik direct contact met Tokyo. Er zijn ook koeriers. Voor iemand als ik is er geen reden meer om in de stad te wonen.? (Jeff ontwerpt trouwens ook een vrouwencollectie die uitsluitend in Japan wordt verdeeld.)

Het ontdekken van dit kasteel was geen sinecure. Jeff heeft maanden door de regio gezworven en veel huizen bezocht. De burcht, die bijna opgeslokt was door het woud, was praktisch onvindbaar. Zelfs het binnenplein was dichtbegroeid. Alleen de vervallen torens priemden tussen de bomen. Jeff vindt vooral de ligging belangrijk. ?Het is een luxe om in deze tijd geen buren te hebben. We wonen wel vlakbij een dorp. Dat is perfect, want je vindt er een goede slagerij, een apotheek, een postkantoor en een café.?

Van alle huizen die Jeff bezocht, was dit de wildste plek. Hier kwam nooit iemand. Tot voor een paar jaar werd het kasteel nog bewoond, maar slechts gedeeltelijk. Er huisde een oude dame in twee kleine vertrekken. De rest was in verval. Veel balken waren vermolmd en muren gescheurd. Van de vroegere interieuropsmuk bleef niets bewaard. Dat kwam de nieuwe eigenaar goed uit, want zo kon Jeff zijn stempel drukken op de inrichting.

Het gebouw werd met zorg en stijl hersteld. Dat kostte centen en geduld. ?Veel tijd ging in het vinden van de ambachtslui,? vertelt Jeff. ?Toch is het verbazend hoeveel mensen je hier nog vindt, die hun handen kunnen gebruiken en die nog de liefde hebben voor hun vak. Want we willen dat alles zachtjes wordt hersteld en dat er zo min mogelijk wordt vervangen. Zelfs de vensterramen bleven bewaard. We recupereren ook veel oude materialen. Zo ligt er in de keuken een oude kerkvloer alsof hij er altijd heeft gelegen. Ik wil dat alles er oud uitziet.?

In die keuken, ondergebracht in een ronde toren, genieten we van de heerlijke spijzen die Jeff met enthousiasme heeft klaargemaakt. Bij onze aankomst had hij trouwens geen tijd om ons op te wachten, omdat hij te druk bezig was in de keuken. Op de simpele boerentafel staan grote kommen met soep, gebraden eendenborst en een frambozentaart. We krijgen alles samen opgediend, precies volgens de middeleeuwse traditie.

Maar dat betekent nog niet dat Jeff zo’n Amerikaan is die een verering koestert voor al wat oud is. Hij adoreert wel de antieke patina van de okergele muren van zijn woonst, maar zijn liefde voor antiquiteiten is relatief. Hoewel er flink wat oudheden staan in zijn huis, is de inrichting vrij hedendaags opgevat. Daar hebben de witgekalkte muren niets mee te maken, wel de opstelling van de objecten. Jeff bouwt installaties met het meubilair en de snuisterijen. Neem nu de eetkamer, waar tegen de muren foto’s staan, gemonteerd op een ijzeren staaf. Hij houdt erg veel van echte foto’s, liefst portretten van gewone landlieden. Ze komen van bij de dorpsbrocanteur en beelden eenzelfde familie uit in de loop van twintig jaar. Fascinerend.

In de zitzaal met uitzicht over de vallei staat het meest mysterieuze meubel in de hoek : een Spaanse vitrinekast vol bokalen waarin Jeff familiefoto’s bewaart. ?Een hommage aan jullie kunstenaar, Marcel Broodthaers,? legt hij plechtig uit.

Voor Jeff is het landschap ook zo’n foto. Het is een vrij statisch vergezicht, waar in de laatste eeuwen nauwelijks iets is gewijzigd. Hier veranderen alleen de wolken van kleur en vorm. Overigens gelukkig dat de lucht niet altijd diepblauw is, vindt Jeff : ?Ik hou helemaal niet van hitte. Geef mij maar regen, wolken en wind. Soms is het hier echt te warm. De eerste zomer was een marteling en de eerste winter een deugd, want het vroor zodanig dat ik boven werkte met vele truien en sokken aan.?

Sayre beschouwt dit huis als de meest volmaakte spiegel van zichzelf. ?Daarom hoef ik hier niet met je rond te wandelen, kijk om je heen en je begrijpt wat ik bedoel en denk. Ik ben trouwens iemand die niet van veel blabla houdt. Ik hou niet van designers die alles uitleggen. Dit huis weerspiegelt al mijn werk. Aan de ene kant ben ik zeer modern. Anderzijds hou ik van warmte, van dingen die zacht en heerlijk zijn om te betasten. Van sterke kleuren hou ik niet. Je wordt er snel moe van. Tenzij je in de tropen woont, waar er nog meer zon is.?

Hoewel Jeff geen behoefte heeft aan veel reizen en geniet van de landelijke rust, vindt hij veranderingen in zijn omgeving fascinerend. Zonder bruuske wijzigingen evenwel. Daarom is de inrichting van zijn huis erg beweeglijk opgevat. Om de haverklap veranderen objecten van plaats. Daarom ook hangt hij nauwelijks iets aan de muur. Bovendien werkt hij zo’n beetje overal. ?Ik leef hier als een nomade en trek gemakkelijk van het ene vertrek naar het andere. Omdat ik al zoveel in huis reis, heb ik weinig behoefte aan grote uitstappen.?

Ik snap perfect wat hem hier vasthoudt. Een blik door het raam, over de vallei, rondom omzoomd door bomen, zegt genoeg. Het is een gesloten landschap, net een geheime tuin, een vergeten vallei waar niemand komt. ?Ik heb die geborgenheid nodig om te overleven?, filosofeert Jeff. ?We leven in een wereld die zeer chaotisch is. Dat wil ik niet. Hier, in mijn eigen ruimte, kan ik alles bepalen. Dat geeft rust.?

Jeff Sayre studeerde geneeskunde. Hij denkt over kunst als een wetenschapper. Ideeën boeien hem meer dan vormen. Hij voelt zich nauw verwant met Duchamp en Broodthaers. ?Ik ben naar Europa gekomen als een kunstenaar?, vertrouwt hij me toe. ?Niet om modeontwerper te worden. Daar ben ik toevallig in terechtgekomen. Maar het is niet het meest boeiende. Dat kan ook niet, want je moet er eigenlijk maar 16 jaar oud voor zijn en vooral in oppervlakkige dingen geïnteresseerd. Mode kan wel interessant zijn, als ze vertelt wat er onder zit, ze weerspiegelt een samenleving.?

Jeff Sayre beoefent niet alleen conceptuele kunst, hij schrijft ook. Het interieur weerspiegelt zijn veelzijdigheid, je snuift er de meest verschillende sferen op en je ziet ook objecten uit allerlei tijdperken en culturen.

Het stofferen van dit ruime pand ging blijkbaar moeiteloos. ?Frankrijk is op dat gebied een goudmijn, overal vind je brocanteurs.? Jeff heeft natuurlijk een fijne neus voor rariteiten die je nergens anders ziet. In de keuken valt het oog direct op de hoge stoelen, volgens Sayre een typisch voorbeeld van Baskische art deco. Er staan ook kasten van de Luikse art-nouveau-ontwerper Gustave Serrurier Bovy. Jeff’s slaapkamer zou niet misstaan in het Brusselse Stocletpaleis : de meubels bevatten zowel ingrediënten van Hoffmann als van Mackintosh. ?Maar dat is het niet echt?, legt Jeff uit. ?Het is wel een Oostenrijks ameublement, gemaakt voor een man die omkwam bij de ramp met de Titanic. Het werd in 1905 gemaakt en is dus nooit gebruikt. Het dook pas op in de jaren ’70, in Engeland.? Het gaat om museummeubilair van prachtige kwaliteit. Het hoge bed heeft wat weg van een boot.

Natuurlijk houdt Jeff van Arts-and-Crafts-meubelen, liefst van Amerikaanse makelij. Er staan er nogal wat, allemaal in Frankrijk gevonden. Hier en daar heeft Jeff er zelf ontworpen meubels tussengezet, die er op lijken. Zijn leukste fauteuil is een simpele houten stoel, een vage hommage aan Rietveld.

Het meest fascinerende object van de collectie staat echter voor het raam van de slaapkamer : een oude vestingtoren. Het kunstwerk lijkt een prehistorische monoliet in het landschap, bij avondlicht ontroerend mooi. Dit is trouwens hét moment om de tuin te bezoeken, want dan straalt de zon er middendoor. De wilde, romantische plek is een creatie van de tuinman die mee verhuisde uit Ierland. Hij zorgt ervoor dat het pittoreske tafereel met de bosvijver net een tableau lijkt van Monet.

Voor het kasteel van Mespoulet ligt als symbool de ark uit Ierland. Het interieur is bezaaid met Sayre’s installaties, samengesteld uit meubilair en rariteiten. Een van de meest fascinerende hoekjes is de trap tussen zitkamer en bureau.

Alle muren zijn witgekalkt en nauwelijks gedecoreerd. De meeste houten sokkels en tafels in de zitkamer heeft Sayre zelf ontworpen.

Jeff’s lievelingsplek, met oude foto’s van landlieden.

Een hoek uit de surrealistische werkkamer, met tussen de ijzeren armaturen Sayre’s houten fauteuil, een hommage aan Rietveld.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content