Dit pand heeft een kamergroot venster met uitzicht op de Damse Vaart. Interieurarchitecte Bieke Casteleyn wordt geïnspireerd door het contrast tussen de landelijke omgeving en haar hedendaagse woning.

Het is een van de laatste huizen van het stadje Damme, dat in de week pas echt weer tot rust komt, want tijdens het weekend kun je er over de koppen lopen. Daar merk je in dit pand nauwelijks wat van : het ligt aan de rand en je leeft er eenhoog, waardoor je over de straat en de auto’s heen kijkt. “Door deze hoogte leef je vooral met het landschap in huis”, legt architect Olivier Salens uit, die de woning ontwierp en de structuur van het interieur vastlegde. “Voor de gevel hebben we simpelweg de hoogte van de kroonlijst van de buren doorgetrokken. Het pand is niet groter, maar oogt ruimer. We hebben ook de achterzijde vereenvoudigd, waar vroeger heel wat aanbouwsels stonden.”

De slaapkamer bevindt zich op de gelijkvloerse verdieping, en daarboven komen we in de woonruimte met de grote vensters. Achterin is er ook een patio die wat licht binnenhaalt. Alle gevels en daken werden bekleed met dunne verticale plankjes padoekhout, dat mooi vergrijst. Deze bekleding loopt door over de deuren en schenkt het pand een hedendaagse uitstraling die wat contrasteert met het landelijke Damme.

Interieurarchitect Bieke Casteleyn, die het pand bewoont, zorgde voor de inrichting. Vooral het uitzicht op de wijde omgeving vindt ze inspirerend. “Daarom is mijn woonkamer ook meteen mijn werkkamer. Met zo’n uitzicht wordt zelfs weekendwerk ontspannend”, vertelt ze lachend. “Je moet het als een soort werkschuit bekijken, want de keuken is heel klein en zakelijk. Er is ook een ruimte om mensen te ontvangen, wat weer handig is.”

Bieke studeerde in Gent en Milaan, waar ze zich toelegde op product design. Ze heeft trouwens net een lijn van eet-, werk- en salontafels ontwikkeld die buiten het designcircuit om enorm succes hebben. “Ik hou van veel soorten design, maar let eigenlijk altijd vooral op de details, de afwerking. Daarom ben ik ook tuk op Ita- liaans design, dat steeds mooi en elegant is afgewerkt. Dat was ook vroeger zo, denk maar aan de meubels van bijvoorbeeld Ico Parisi, Osvaldo Borsani en Vittorio Nobili, mijn geliefkoosde designers.”

Voor haar zijn ook kleuren belangrijk : “Je moet nooit het hele huis door kiezen voor hetzelfde palet, maar je kunt er wel verbanden tussen leggen. Zo gebruik je best niet wit, beige of zwart alleen zonder er bijvoorbeeld de tint cognac bij te voegen. Ik hou niet van grote kleurcontrasten, tenzij met objecten die best wel uit de band mogen springen, zoals de grote reclameletter achter mijn fauteuil. Tussen haakjes, ik hou van vintagekleuren zoals Mustard of Olive, die ik ook gebruik voor mijn collectie Out of Line. Maar het echte spektakel in dit interieur komt wel van het landschap .”

bcint.be, salensarchitecten.be

Tekst Piet Swimberghe & Foto’s Jan Verlinde

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content