Vandaag rijden we de Hyundai i30 voor, die zich een plaatsje probeert te veroveren in het dichtbevolkte C-segment. Daar zitten niet alleen al de Ford Focus, de Volkswagen Golf en de Toyota Auris, de i30 moet er ook opboksen tegen de cee’d van haar eigen dochter Kia. Die werd enkele maanden eerder gelanceerd en is onderhuids in grote mate identiek. Hyundai pakt evenwel uit met een sterk argument door als enige in het segment alle versies van zijn nieuweling van ESP te voorzien. Het elektronische stabiliteitsprogramma van Bosch is een uitgekiende brok elektronica die bij naderend onheil een slippende wagen in het spoor helpt houden. Dat kan door één wiel af te remmen of door het vermogen van de motor zeer tijdelijk dicht te knijpen. Een techniek die bovendien rekening houdt met de intenties van de rijder en daarom van onschatbare waarde is.

Daarnaast heeft Hyundai van een uitzonderlijk goede reputatie op het gebied van betrouwbaarheid, zodat de koper alvast naar een degelijke en veilige auto kan uitkijken. De i30 wordt in ons land met drie benzine- en drie turbodiesels verkocht en bij die laatste groep kozen we voor de 1.6 CRDI met 90 pk. Dat vonden we zelf een zeer redelijke keuze gezien de prijs. De zelfontbrander, gekoppeld aan een manuele vijfbak, bleek pittig en aan het eind van de rit vooral erg zuinig. We kwamen op ons gemengd parcours nauwelijks boven de norm van 4,7 liter/100 km uit – een cijfer dat bovendien identitiek is voor de twee versies van de motor. In tegenstelling tot wat stilaan gebruikelijk wordt in dit segment, moet de i30 de zesde versnelling ontberen.

Binnenin kijkt men tegen een sober en overzichtelijk interieur aan, afgezien dan van de opvallende, blauwe schijn die over de instrumenten hangt. De vele opbergvakken (cupholders voor- en achterin) maken de i30 tot een erg praktische auto. Ook op de weg blijkt de Koreaan erg in zijn sas : hij schakelt vlot, klimt redelijk gezwind in de toeren en beschikt bovendien over een zeer degelijke wegligging én een goed rijcomfort. Vooraan beschikt hij over stevig steunende stoelen, achterin verbaast de royale ruimte voor een auto die toch maar 4,25 meter meet. Al is dat met een wielbasis van een recordlengte van 2,65 meter niet echt verwonderlijk.

Met een basisprijs van 16.499 euro (er is al een 1.4 liter benzine voor minder dan 15.000 euro) staat de Hyundai i30 alvast aantrekkelijk geprijsd. Kortom, de nieuwste Koreaan is een zeer goede koop voor wie even afstand wil nemen van status en vertoon.

Door Pierre Darge