Die verwarring werd ongewild aangewakkerd door Nissan, dat Walter Van Beirendonck aanzocht om de Micra van een gepast jasje te voorzien. De ontwerper liet zijn fantasie de vrije loop, zocht inspiratie in cartoons en kwam met een beest op wielen aandragen dat door David De Graef, expert in airbrush-painting, in de gepaste kleuren was gezet. Garagistenzoon Van Beirendonck spreekt van “een monstertje met een hanenkam”. Originele decoratie, maar geen design.

De beperking van design tot een wat makkelijke, uiterlijke vormentaal is tekenend voor de tijdgeest. Nooit is het systeem er beter in geslaagd om consumenten ervan te overtuigen dat het dragen van bepaalde attributen van doorslaggevende betekenis is, zowel voor de eigenwaarde als voor het oordeel van anderen. Dat breidde zich uit van de mode naar de horlogerie en de autowereld. De hele SUV-rage, waarbij rijders zich in flinke offroaders door de stad bewegen, spreekt wat dat betreft boekdelen. Omdat SUV’s voor de meesten net iets te duur uitvallen, wordt ons nu al een volgend fenomeen in de strot geduwd : de Stoere Stadsauto, zoals de Rover Streetwise, waarmee u hier vorige week kennismaakte.

Op de Brusselse Autosalon stond het thema Design centraal, maar de meningen daarover liepen ver uiteen. Terwijl velen zich beperken tot ‘styling’, stellen anderen zich bij design een vollediger aanpak voor.

Bij echt design ondersteunt de vormentaal een onderliggende innovatie, volgens het aloude adagio Form Follows Function. Tegenwoordig beperkt design zich almaar vaker tot suggestie, een vormentaal die staat voor stoerheid, snelheid, veiligheid of zelfs geborgenheid.

Snelheid blijft fascineren

Giorgietto Giugiaro kent het probleem als geen ander en somt andere beperkingen op. “Autodesigners worden van twee kanten belegerd : door de wetgever en door de marketingjongens. De eerste groep dicteert steeds meer parameters, van de hoogte van de koplampen tot de talrijke veiligheidsaspecten. De tweede groep meent te weten wat zal verkopen. Als de- signer sta je daartussen met je liefde voor de auto, die op zijn best een combinatie wil zijn van een hoogtechnologisch object en een onweerstaanbare esthetiek.”

Wie snelle auto’s ontwerpt, kan niet volstaan met alleen maar wat cosmetica.

Luc Donckerwolke, bijna- Mens van het Jaar voor dit blad en designer van de drie jongste Lamborghini’s, wordt geconfronteerd met design in de diepste betekenis van het woord. Zijn klanten verwachten dat hij de snelste wagen ter wereld ontwerpt, terwijl die brok technologie gekoeld moet worden en terzelfder tijd aan immer strenger emissie- en geluidsnormen onderworpen is. Daarbovenop moet zo’n ontwerp bij een snelheid van 300 km/uur aan de grond kleven.

“Er bleek maar één middel om de technologie voldoende te koelen, en dat was het integreren van beweegbare hulpstukken die de toevoer van koele lucht desgewenst kunnen verhogen”, zegt Donckerwolke, die al een dozijn designprijzen in de kast heeft staan. Hij wist een design te bedenken dat een onderdruk onder de wagen creëert die hoge snelheden mogelijk en veilig maken. Maar vóór zijn Gallardo op de weg kon, waren tientallen andere praktische hindernissen te nemen.

Heeft het overigens nog zin om een auto te ontwerpen die 300 km/uur haalt, vraagt Jan met de pet zich af.

“Praktisch gezien niet”, zegt Giugiaro, die drie jaar geleden tot Designer of the Century (de vorige welteverstaan) werd verkozen, “maar je hoeft die snelheid niet te bereiken om ervan te genieten. Omdat een snelle, elegante auto een menselijke creatie is, blijft hij fascineren. Zelfs als je niet aan het stuur zit.”

Retro en vernieuwing

Sommige designers, aangepord door de marketinglui, stellen zich tevreden met remakes, zoals de oogstrelende Lancia Fulvia, een stijloefening die binnen de eigen studio werd gerealiseerd. Of hij er ook daadwerkelijk komt, is een kwestie van centen en daarom afhankelijk van het succes van de kleine Ypsilon. Uit eenzelfde vaatje tappen de Ford Mustang en de GT, (beide niet in Brussel) die bijna-identiek zijn aan hun beroemde voorgangers. De ‘oude’ GT40 was wel present op de tentoonstelling Driven by design, opgezet door Dominique Fontignies, die in 1989 ongeveer in zijn eentje Designers (Europe) uit de grond stampte. Dat initiatief lag dan weer aan de basis van een designwedstrijd die talrijke jonge talenten de gelegenheid gaf zich te uiten en waarvan enkele laureaten het tot in de designstudio’s van de grote merken schopten. Fontignies lanceerde ter gelegenheid van de autosalon ook een nieuw tijdschrift, DESIGN, advanced lifestyle magazine, dat met een paar dagen verschil ook een speciaal autonummer op de markt brengt. Een krachttoer.

En dan is er design als smaakmaker, zoals bij Audi dat in Brussel liefst drie opwindende prototypes toonde. Hun vormentaal en onderliggende techniek zetten meteen de almaar sportiever roeping van het merk en de toekomstige modellen in de verf. Terwijl Chrysler zeven conceptcars tentoonstelde, of wat daarvoor moet doorgaan. Eigenlijk ging het om preproductiemodellen waarvan er vier ( PT Cruiser Cabrio, 300 C en 300C Touring, Dodge Viper SRT10) nog in de loop van dit jaar in de showroom staan. Chrysler-dochter Dodge wil de negentigste verjaardag vieren met een officiële terugkeer in Europa, en de eerste ‘Europese’ Dodges worden tegen 2006 verwacht. In afwachting konden de bezoekers zich vergapen aan de Dodge Razor, die zijn inspiratie zocht bij de Europese sportwagens uit de jaren zestig, met achterwielaandrijving en een manuele zesbak.

Wie interesse heeft voor de onderhuidse technologie achter het design kwam op de Mercedes-stand volop aan zijn trekken. De Europese première van de F-500 Mind, een rijdend lab waarin de drive-by-wire technologie (waarbij elektronica vaste, mechanische verbindingen vervangt) volop wordt uitgespeeld. Die maakt het bijvoorbeeld mogelijk verzonken, verstelbare pedalen te monteren en een eigenzinnig stuur te ontwerpen dat lateraal op het dashboard verplaatst kan worden en de futuristische joystick vervangt. Bezoekers die bij concept cars kennismaakten met de joystick als stuurelement, vonden de stap al te gedurfd, en Mercedes heeft de boodschap begrepen. Dichter bij de productie staat nachtvisie, een systeem dat dankzij infrarode laserstralen ’s nachts 150 meter vooruit kijkt zonder de tegenliggers te verblinden. De ultrasound-technologie richt dan weer zijn geluid alleen op de rijder zodat hij navigatie- en verkeersinfo ontvangt, zonder zijn passagiers te storen.

Omzien naar de grote sprong voorwaarts

En toch vonden we het mooiste design- object de Citroën DS, waarvan het allereerste exemplaar in 1955 werd voorgereden. Omdat geen auto de voorbije halve eeuw beter de combinatie tussen vernieuwende technologie en een nieuwe vormentaal gestalte heeft weten te geven. Onder de originele styling stak immers een verbluffende hydraulische centrale die zowel de stuurbekrachtiging, de revolutionaire ophanging als de remmen assisteerde. En dan gaan we nog voorbij aan pittige details zoals het eenarmige stuur of de mogelijkheid van de wagen om zichzelf op te krikken als een wiel moest worden gewisseld. “Een dergelijke grote sprong voorwaarts kan niet meer”, fluisterde een anonieme designer ons in het oor. “Omdat de risico’s te groot zijn. Te veel mensen zijn bovendien betrokken bij de besluitvorming en marketingjongens en hun boekhouders schuwen nu eenmaal risico’s als de pest. En dat leidt tot middelmatige oplossingen die een zo groot mogelijk publiek moeten bevallen.”

Tekst en foto’s Pierre Darge

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content