Al enkele jaren beleeft gin & tonic een revival. En de hype is niet gedaan. Verre van. Wij vroegen vijf mixologen naar het hoe en waarom.

De geschiedenis van de distillaten gin en jenever is lang met elkaar verweven geweest. Het verhaal over de Hollanders, die in de Tachtigjarige Oorlog met de Britten tegen de Spanjaarden streden, is bekend. Om zich moed in te drinken namen zij voor de aanval een slok van een graandistillaat met jeneverbes. De Britten noemden de Hollandse jenever Dutch courage. Zij kregen de smaak te pakken en begonnen gin te stoken. Schweppes presenteerde in 1870 de eerste Indian Tonic. Het drankje was geïnspireerd op de gewoonte van de Britse kolonisten in India, die kinine, suiker en bittere sinaasappelschillen mengden om zich te beschermen tegen malaria. Om de bittere smaak te verzachten, werd een scheut gin toegevoegd. Vandaag bevat Indian Tonic minder kinine en is de bitterheid door toevoeging van suiker, maisstroop of kunstmatige zoetmakers verzacht. Gin and tonic werd een populaire mixdrank, ook buiten de tropen. Sinds enkele jaren is er een hevige revival, waarbij vooral premium gin op de voorgrond treedt. De vernieuwde belangstelling stimuleert distilleerders om oude recepten boven te halen of om gin te stoken met de nieuwe smaken van toegevoegde kruiden. Parallel loopt de explosie van Indian Tonic, waarbij tot voorheen onbekende merken als Fever-Tree, Fentimans en Q-Tonic onze markt veroveren.

OLIVIER JACOBS (JIGGER’S)

Olivier Jacobs van de mooie Jigger’s – The Noble Drugstore in Gent – onlangs verkozen bij de vijftig beste bars van Europa op de Cocktails & Spirits Barshow in Parijs – geraakt gefrustreerd omdat men door de hype steeds verder verwijderd geraakt van het originele recept. “Er zijn nieuwe ginmerken, die bijna geen gin meer zijn en dat geldt ook voor de tonics. Er zijn mixologen die pretenderen de beste gin-tonic te maken en daarbij hun fantasie de vrije loop laten. Zij maken er een moestuin van. Dat mag, maar noem het dan geen gin-tonic maar floral garden of zoiets. Op sommige plaatsen vraagt men al 20 euro voor zo’n drankje. Als men een topgin en een toptonic gebruikt, is de prijs misschien verantwoord. Maar toch is het veel geld voor een longdrink.”

Jigger’s – The Noble Drugstore, Oudburg 16, 9000 Gent. 09 335 70 25. www.jiggers.be

JÜRGEN LIJCOPS (THE GLORIOUS)

Jürgen Lijcops van The Glorious in Antwerpen heeft een honderddertigtal soorten gin en een dertigtal tonics achter de bar. Gin-tonic is voor hem een toegankelijke, dorstlessende longdrink, die als aperitief of als digestief gedronken kan worden. Lijcops vindt gin interessant omdat er allerlei stijlen bestaan, die een rijk palet aan geuren en smaken bieden. Dat komt omdat de basisspirit wordt verrijkt met kruiden en specerijen, zoals steranijs, koriander, enz. Voor Jürgen begint een aankomend liefhebber het best met een fruitige ginsoort, zoals een Spaanse Ginself of een Tanqueray 10, waarna men overschakelt op een kruidigere versie, zoals een Gin Mare uit Spanje of een Hernö uit Zweden. De volgende stap leidt tot de klassieke stijl met veel jeneverbes en andere botanicals, zoals Botanist uit Schotland, de Belgische Sipp’s Spring Gin of Filliersgin. Jürgen denkt dat de rage nog een jaar of vijf zal duren. Met de volgende hype komt tequila misschien naar voren.

The Glorious, De Burburestraat 4, 2000 Antwerpen. 03 237 06 13. www.theglorious.be

MANUEL WOUTERS (SIPS)

Manuel Wouters is onze beste bartender. Hij leerde het beroep aan boord van het cruiseschip Queen Elizabeth en opende veertien jaar terug in Antwerpen Sips, waar hij met old-school flair een revival van cocktails teweegbracht. De nuchtere vakman begrijpt de populariteit van gin & tonic : “De drank bederft niet, je kunt de flessen mooi tentoonstellen, de winstmarge is gunstig (uit één fles komen zestien longdrinks) en er is geen grote kennis nodig om gin en tonic bij elkaar te gieten. Het is een fijn product en het is eigenlijk verwonderlijk dat het zo lang stil heeft gelegen. Maar nu gaat het snel : niet alleen Engeland maar ook China, India en Hongarije beginnen gin te produceren.” Wouters vindt wel dat er te veel merken opkomen, wat de populariteit een beetje begint te verschroeien. Toch zal gin volgens hem wel veilig ‘landen’. De manier van distilleren bepaalt de kwaliteit, de toegevoegde kruiden zorgen voor de specifieke smaak. Maar het is echt niet noodzakelijk om vijftig botanicals toe te voegen. “Death’s Door is een fantastische Amerikaanse gin, die helemaal mijn smaakpalet bevredigt. Er komen maar drie kruiden aan te pas : venkel, wilde jeneverbes en koriander. Er zijn ook mixologen die zelf nog botanicals toevoegen aan een uitgeschonken gin en tonic. Je moet daarmee oppassen, want het mag geen kruidenbouillon worden.”

Sips, Gillisplaats 8, 2000 Antwerpen. 03 257 39 59. www. sips-cocktails.com

PAUL MOREL (PURE C)

Paul Morel is de hippe mixoloog van Pure C uit Cadzand. Ook voor Paul Morel is gin en tonic een prima combinatie : “Het is een dorstlessend en eetlustopwekkend drankje dat hoort bij vrije tijd, voor, tijdens en na het eten.” Morel constateert dat de mensen geprikkeld zijn door het uitdijende aanbod van nieuwe soorten gin. Bij het maken van zijn mind-blowing cocktails put hij inspiratie uit producten en technieken van de keuken. Hij goochelt met yuzu, steranijs, limoenblaadjes en vooral met groenten en kruiden uit de tuin en de natuur. Hij maakt een gin-tonic met jus van duinbessen, ziltige plantjes en zeewater, en combineert zijn drankje met een oestergerechtje van chef Syrco Bakker.

Pure C, Boulevard de Wielingen 49, Cadzand, Nederland. +31 117 396 036. www.sergioherman.com/pure-c

GUNTHER JONCKHEERE (AKOTEE)

Ze noemen hem ‘Bolle’ maar eigenlijk heet hij Gunther Jonckheere. De cafébaas van Akotee in de Markstraat in De Haan realiseerde zich op tijd dat hij door de crisis en het rookverbod het roer moest omgooien. Drie jaar terug is hij begonnen met premium drinks en het verzamelen van ginvariëteiten. Akotee beschikt nu over een collectie van negentig soorten gin, waarvan hij sommige zelf invoert, aangevuld met vijftien soorten Indian tonic. De Bolle volgde masterclasses en bezocht vakbeurzen en geeft vandaag zelf private tastings gin and tonic. De Bolle : “Gin is enorm aan het hypen. Wekelijks komen er nieuwe merken bij en het is moeilijk om alles nog te volgen. Je kunt er heel creatief mee omgaan : een mooi glas, mooie ijsblokjes, de juiste tonic en het juiste garnituur. Ik werk veel met gedroogd fruit en jeneverbes. Ze komen van heinde en ver om zo’n ‘gin-tonicske’ te proeven. Als iemand zegt dat hij niet van gin-tonic houdt, dan vraag ik of ik er eentje mag maken. Als het niet lekker is, hoeft er niet te worden betaald. Dat is nog niet gebeurd !”

Café Akotee, Marktstraat 11, 8420 De Haan, 059 23 58 67. www.cafeakotee.be

DOOR PIETER VAN DOVEREN & FOTO WOUTER VAN VAERENBERGH

Paul Morel: “Het uitdijende aanbod prikkelt de mensen.”