Vlaanderen maakt heel wat gerenommeerde kinderprogramma’s. Uki, het jongste in de reeks, is vanaf april te zien op Ketnet. Voor die zender speurt ontwikkelingspsychologe Telidja Klaï naar de ingrediënten van goede peuter- en kleutertelevisie. Een gesprek over kwaliteit en kijkplezier.

De zon straalt boven een vrolijk bos, een kransje bloemen richt zijn roze kopjes op, een vlinder dartelt voorbij. Begeleid door een xylofoonmelodie opent zich een grote zonnebloem, waarin een aaibaar, geel figuurtje ontwaakt. Het rekt zich uit en begint aan een nieuw avontuur.

Maak kennis met Uki, de goedgeluimde hoofdrolspeler van de gelijknamige animatieserie die op 3 april in première gaat in Kaatje van Ketnet. Universal Music Belgium ging met de VRT in zee als coproducent voor dit nieuwe programma in 3D en high definition. Ook internationaal is er interesse voor de Vlaamse reeks, onder meer van BBC en ITV. De geplande 52 afleveringen moeten één- tot vierjarigen bekoren. Maar welke troeven heeft Uki in huis om zich naast bijvoorbeeld Tik Tak te scharen in de galerij van goede peuter- en kleuterprogramma’s ?

We vragen het aan Telidja Klaï, verantwoordelijke voor de programma-aankoop van Ketnet, gespecialiseerd in preschooltelevisie. Voor ze bij de VRT aan de slag ging, behaalde Klaï een doctoraat in de ontwikkelingspsychologie aan de VUB.

Wat zijn de sleutelbegrippen voor goede peutertelevisie ?

Telidja Klaï : Een programma staat of valt met de mate waarin het rekening houdt met de ontwikkelingsbehoefte van een kind. In mensentaal betekent dat dat het moet aansluiten bij zijn leefwereld en niveau. Peuters en kleuters leren door exploratie, door met zichzelf en de dichte omgeving te mogen experimenteren. Dat is het fundament voor de groei van elke mens en het uitgangspunt van elke goede televisiemaker.

Veiligheid is een basisvoorwaarde. Televisie moet naadloos opgaan in de warme omgeving waarin jonge kinderen op verkenning kunnen en figuren aantreffen die veiligheid en zekerheid bieden. Voor de buis wil je peuters geen angstaanval bezorgen, maar dat wil niet zeggen dat je angst niet mag tonen. Binnen een veilige setting kun je net laten zien hoe je ermee moet omgaan.

Moet een programma uitdagend zijn ?

Net zoals onderwijs en boeken moet televisie aspirerend werken en net boven het niveau van zijn jonge kijkers zitten. Driejarigen identificeren zich graag met vijfjarigen en krijgen zo een duwtje in de rug. Alles moet zich wel binnen de leefwereld van het kind afspelen, anders mist het de aansluiting.

Hoe kan kindertelevisie inspelen op de motorische ontwikkeling ?

Kleuters groeien naar zelfredzaamheid, denk maar aan hoe ze zichzelf willen aan- en uitkleden. Goede programma’s spelen met die motorische zelfstandigheid. Hun hoofdfiguren hinken, springen en vangen, maar ook de fijne motoriek wordt getraind door te knippen, plakken, puzzelen of tekenen. Als er in Tik Tak blaadjes worden opengevouwen of tekeningen ingekleurd, kunnen kleuters hun geluk niet op, en voor peuters werkt het aspirerend. Ook in de scenario’s van Uki zit bewust veel activiteit, van loopwedstrijdjes tot schommelen en vormpjes passen. De korte sequenties houden de aandacht vast.

Kan televisie de zintuigen aanscherpen ?

Zeker. Uit onderzoek blijkt dat de allerkleinsten niet houden van pasteltinten maar neigen naar heftige ‘Ikeakleuren’. Dat zie je bij Bumba, Hopla, Bol en Smik,… en in Uki, waarin mooie, afgeronde vormen warm ingekleurd zijn. De schakeringen en details, bijvoorbeeld in de goed uitgewerkte bloemen, stimuleren dan weer de steeds scherpere zintuigen van kleuters.

In goede peuterprogramma’s klinkt er een geluid bij een figuur of voorwerp. Dat stimuleert de jongsten in het proces waarbij ze hun verschillende zintuigen leren coördineren. Tot de kleuterleeftijd hebben ze meerdere zintuigen nodig om iets te herkennen, terwijl een vierjarige aan een geluid of geur genoeg heeft om te weten waarover het gaat. Een herkenbaar begin- en einddeuntje biedt structuur : de kleuter hoort wanneer het programma begint of eindigt.

Hoe draagt een goed programma bij tot de sociaal-emotionele ontwikkeling ?

Het verbetert de omgang met basisemoties. Zo wordt er getoond dat je blij, boos, bang of triest mag zijn, maar er komt altijd een oplossing. Hechting en empathie zijn erg belangrijk. Er mag ruzie gemaakt worden, maar uiteindelijk erkennen de personages het probleem en helpen ze elkaar. Ze leren omgaan met de verschillende rollen die anderen spelen.

Het is geen toeval dat je weinig relatievorming ziet in een ‘jong’ programma als Tik Tak. Peuters leven nog in een beperkte omgeving, en breiden slechts stilaan hun sociale relaties uit. Vriendschap groeit pas vanaf tweeënhalf jaar. Kleutervriendschap en zelfs -verliefdheid heeft nog weinig te maken met volwassen waarden en verwachtingen, maar we moeten het zeer ernstig nemen.

Wat leren ze nog meer uit die programma’s ?

Vanaf een jaar of drie leren kinderen probleemoplossend denken. Als Uki een vorm moet herkennen, krijgt hij een overzichtelijke opdracht met hooguit drie mogelijkheden. Via trial-and-error of imitatie vindt hij de ene, duidelijke oplossing. Korte verhaaltjes werken altijd naar een climax toe. Als er een taart verdwijnt, mag Uki zich daarop concentreren, zonder dat hij tegelijk een ruzie moet bijleggen en enkele voorwerpen van klein naar groot moet ordenen.

Jonge kinderen hebben het vaak moeilijk met de voorstelling van het proces tussen het begin en einde, vandaar dat Uki op het einde van sommige episodes zijn avontuur herbeleeft als een boek dat hij doorbladert. Een andere stap in de cognitieve ontwikkeling van kinderen is, met een duur woord, fenomenalistisch causaliteitsdenken. Peuters en kleuters baseren verbanden soms op toeval, leggen relaties waar ze niet zijn. Als de zon opgaat, begint Uki. Als de maan verschijnt, is Uki gedaan. Het is een belangrijk element in de opbouw van hun fantasie. Toevallig kan Uki ook een beetje toveren…

Mag je terechtwijzen ?

Een morele boodschap mag niet ontbreken. Wie iets fout doet, wordt daarop gewezen, met een consequente uitleg. Rechtzetten is belangrijk, maar alles moet warm en genegen blijven.

Verliezen we door al die educatieve aspecten het kijkplezier niet uit het oog ?

Elk kind groeit van geluk en plezier. Een goed evenwicht tussen educatieve en ontspannende passages, tussen uitdaging en plezier, is essentieel. Sommige programma’s nodigen uit to sit back and relax maar kinderen moeten ook geprikkeld worden om mee te doen.

Hoe belangrijk is innovatie ?

Peuters en kleuters hebben nog nood aan structuur en terugkerende elementen. Maar dat sluit niet uit dat het programma een verrassende aanpak hanteert. Naast het belang van de inhoud en vorm die inspelen op de leefwereld van de doelgroep en de waarden van Ketnet, zoek ik altijd naar het vernieuwende gehalte. Niets tegen klassiekers, maar ik vraag me bij elk programma af wat het uniek maakt.

Wat zijn goede voorbeelden ?

Over de eenvoud, de slimme herhaling en het realisme van Tik Tak valt niet te discussiëren. Maar er zijn ook hedendaagse voorbeelden. Zo vind ik Kabaal in de stal ( op Ketnet) erg origineel en plezierig. De ‘live-action’ van de sprekende dieren trekt enorm aan. Ook het probleemoplossend denken van Dora en Diego ( op Nickelodeon) verdient lof, en Mickey Mouse Clubhouse ( op Ketnet) heeft een goede insteek.

Omgekeerd : waardoor verraadt een ‘slecht’ peuterprogramma zich ?

Ik vind een programma pas niet geslaagd als het zijn doelgroep mist, niet genoeg activiteit, kleur of veiligheid biedt. De inhoud en animatiestijl moeten goed op elkaar afgestemd zijn. Een zwaar verhaal met zeer jonge stemmen en ronde vormen schiet zijn doel voorbij.

Uki wil één- tot vierjarigen aanspreken. Is dat realistisch ?

Het is zeker niet eenvoudig om zo’n brede doelgroep aan te spreken, maar Uki is zowel voor peuters als kleuters aantrekkelijk door zijn opbouw en variatie aan korte sequenties. Soms staan peutervaardigheden zoals stappen, hinken en springen centraal, een andere keer kwalitatief hoogstaandere motoriek voor kleuters. De herhaling is aantrekkelijk voor peuters, maar schrikt kleuters niet af. Korte probleemoplossende verhaaltjes, met een begin, midden en slot, zijn dan weer gericht op kleuters maar werken aspirerend voor peuters.

U voorspelt Uki dus een mooie toekomst ?

Het design en de animatiestijl zijn van hoge kwaliteit, en goed afgestemd op de inhoud. De makers durven processen en gevoelens in beeld brengen, ook al is dat niet evident. Het is innoverend dat een nieuw creatuurtje samenleeft met bestaande dieren en dat er korte verhalen verteld worden. Bovendien is Uki een geslaagd hoofdpersonage. Hij is een fantasiefiguur, en dat speelt in op het magisch denken van jonge kinderen. Het is geen probleem dat Uki mannelijk noch vrouwelijk, dier noch mens is, integendeel, zo breekt hij een lans voor diversiteit. Ik vind het zeer veelbelovend.

Bekijk de trailer van Uki op www.ukiland.be

Door Katrien Steyaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content