Guy De Pré(43) is producer bij Radio 2. Hij maakt de Keurschlager, de Goud en Jaren, doet aan autojournalistiek, maar is toch het meest bekend van ?De Prehistorie?, waarvan pas 5 deeltjes ?seventies? uit zijn.

JACKY HUYS / FOTO HYPNOVISUALS

Ik word betaald om De Prehistorie-cd’s samen te stellen, voor het opzoekingswerk en de teksten. Maar alles wat ik doe, is en blijft eigendom van de BRTN. Als je dus denkt dat ik er stinkend rijk van geworden ben, dan moet ik je bij deze ontnuchteren. Ik denk dat er nog maar twee mensen rijk geworden zijn met de media in Vlaanderen : Guido en Mike. Mocht het mijn bedoeling zijn om poen te pakken, dan zou ik geen 25 jaar voor de BRTN zijn blijven werken.

Er zijn nu 1,9 miljoen exemplaren van de onderhand 64 De Prehistorie-cd’s verkocht. Dat is uniek in België. Een signaal dat je goed zit. Dat wisten we al wat het radio- en televisieprogramma betreft, maar iets kopen, is toch nog anders. De formule van De Prehistorie zit dus wel snor. Daarom gaan we ermee door. Het programma loopt op Radio 2 toch al meer dan 10 jaar, wat tegenwoordig in radiotermen uitzonderlijk lang is.

Waarschijnlijk heeft het ook te maken met het feit dat de mens een nostalgisch dier is. Mensen grijpen terug naar een bepaalde periode waaraan ze leuke herinneringen hebben. De dertigers en veertigers van nu waren in de jaren ’70 in hun uitgaansperiode, en die gaan nu, omdat ze er toen misschien de centen niet voor hadden, al die nummers kopen. Maar er zijn toch ook heel veel jonge mensen geïnteresseerd in die muziek. Ik dacht dat onze Drive In Show, met muziek uit jaren ’50, ’60 en ’70, vooral dertigers, veertigers en vijftigers zou trekken die zijn er ook maar daarnaast heb je de tieners en de twintigers die even talrijk aanwezig zijn en die daar gezamenlijk uit hun dak gaan op hits van de jaren ’60.

In feite kan je hier eindeloos mee doorgaan, want het schuift gewoon op. Wat vandaag gebeurt, kan je over 10, 15 jaar in De Prehistorie behandelen. Er zijn mensen die zeggen dat de kwaliteit van de jaren ’70 niet hoogstaand is, maar de seventies zijn momenteel meer in trek dan de sixties. Voor mij is het belangrijk of het nog aanslaat. Dat is mijn job. Ik ben programmamaker, ik ben producer, en als het niet meer geapprecieerd wordt bij het publiek, dan moeten we iets anders doen. Ik doe trouwens ook veel andere dingen. Ik zit zo in elkaar : ik moet duizend dingen tegelijk kunnen doen, dan ben ik zo ongelukkig dat ik gelukkig word.

Ik voel me nog altijd thuis bij Radio 2, ook met het gezapiger imago van familiezender, want anders was ik al lang weggegaan. Ik heb vorig jaar het aanbod gekregen om directeur te worden van Radio Donna, maar ik realiseerde me dat ik alles wat met programma’s te maken heeft en in mijn geval is dat nogal wat van de ene op de andere dag zou moeten opgeven en daar ben ik nog niet aan toe. Ik ben al lang aan het pleiten om een oldies radio op te starten. Ik weet pertinent dat daar een heel breed publiek voor is. Iedereen geeft mij daarin gelijk, maar er gebeurt niks. En dat word ik stilaan beu, want ik voel me dus echt een Don Quichote.

Het is prettig als ik De Prehistorie-cd’s in de winkels zie liggen. Het is een beetje mijn kind, mijn project. Ik heb zoiets van : er blijft toch nog iets over als ze mij van een of andere paal moeten schrapen wegens te snel rijden. Ik ben blij om die erkenning, zowel van binnen de BRTN als van het publiek. Ik word niet belaagd door de mensen, er is geen blinde aanbidding, daar zou ik me ook niet prettig bij voelen, maar ze komen me op een volwassen manier zeggen dat ze de cd’s of het programma goed vinden. Voor een groot stuk doe je het ook daarvoor. Ik wil niet elitair of belerend doen, maar ik wil dat ze zeggen : er is over nagedacht. Een dubbele bodem, daar heb ik altijd naar gestreefd. Dat kost veel tijd en energie, maar voor mij is het cruciaal. Als dat niet meer kan, als ik bij wijze van spreken plat op de buik moet gaan liggen, dan stop ik ermee.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content