Een dure handtas is het hoogste goed in het huidige modebeeld. Ook volgend seizoen blijft de tassenhegemonie duren.

Tijdens de defiléweken in Milaan en Parijs valt niet alleen mode-informatie te rapen op de catwalk, maar evengoed ernaast. Als al dat mooie modevolk een Fendi Baguette draagt – een rechthoekig tasje dat je als een baguette onder de bovenarm klemt -, dan is er de aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid dat de Baguette een grote trend wordt. Wat gebeurde. De tientallen verschillende modellen – van jeans tot nerts, sober of net druk bewerkt – vlogen de deur uit. De vijf Fendi-zussen zijn er in elk geval niet armer van geworden: ze verkochten hun zaak aan een alliantie van Prada-man Patrizio Bertelli en LVMH voor een door de hele Baguette-hype sterk opgedreven prijs.

Begin vorige maand, tijdens de winterdefilés, hadden de moderedactrices van belangrijke bladen en landen (de States, Japan, Duitsland, Frankrijk, Engeland) alweer een nieuw hebbeding rond hun arm hangen: de bowlingtas van Prada. Ook hier verschillende formaten, kleuren en versies: struisvogelleer, gewoon leer of linnen afgewerkt met leer. Tussen 60.000 en 20.000 frank, zeg maar.

Accessoires, en de handtas in het bijzonder, zijn nu al enkele seizoenen belangrijke, zo niet de belangrijkste mode-items. Jean-Marc Loubier, senior president bij Louis Vuitton, vertelde aan Vogue dat de accessoiremarkt tijdens de jaren ’90 minstens verdubbeld is. Sylvia Fendi, een van de zussen, voegde daar nog aan toe dat “de accessoires vandaag in de mode de dienst uitmaken, meer dan de kleding zelf”. Zowat 56 procent van Gucci’s omzet wordt gehaald met lederwaren en schoenen, bij Prada is dat zelfs 77 procent. Giorgio Armani, bij wie accessoires maar 40 procent van de omzet uitmaken, heeft een groot accessoireoffensief ingezet. “De roots van het bedrijf liggen in kleding”, vertelde Armani aan Women’s Wear Daily. “Maar onze klanten vragen steeds meer naar een compleet gamma accessoires. Aan die vraag gaan we beantwoorden.” Hij doet dat met de hulp van Dawn Mello, de Amerikaanse die mee aan de basis lag van Gucci’s heropstanding.

De tassenhegemonie blijft nog wel een tijdje duren. De bourgeois chic, als het ware een natuurlijke biotoop voor de handtas, was in de wintercollecties 2000-2001 goed vertegenwoordigd.

De handtas evolueerde van discreet en bijkomstig (bij voorkeur in zwart, bruin of beige zodat ze bij alles paste) tot een opvallend modieus stuk dat een look kan bepalen. En waar wachtlijsten voor bestaan. Een evolutie die wordt toegeschreven aan de opkomst van het minimalisme in de mode. Als de kleding van de verschillende merken steeds meer op elkaar begint te lijken, dan maken tassen en schoenen het verschil (tenminste in kringen waar niet iedereen een Prada of een Fendi draagt). Een modieuze tas kan een vrij eenvoudige of strenge outfit ook een dosis sex-appeal geven. Overigens, met een opvallende en kleurrijke tas kan u meerdere keren gezien worden, met een dito jurk of pak al veel minder.

Het succes van handtassen heeft ook te maken met de notie haalbare luxe. Een jas van Prada mag dan te duur zijn, een tas kan misschien nog net. Voor een haalbare prijs (al is dat relatief) loopt de draagster te pronken met een duidelijk herkenbaar statussymbool.

De leukste reden om de tassenmania te verklaren, komt van Vogue-journaliste Alicia Drake. “Accessoires zijn niet zo’n psychologische valstrik als kleren”, schrijft Drake. “Je kan de aankoop ervan verdedigen als strikt noodzakelijk. En zeer belangrijk: je heupen zijn nooit te breed voor een handtas.”

Trui Moerkerke / Foto’s Guy Kokken

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content