Gevouwen, in rollen of gewoonweg stromend. Een nieuwe generatie designers droomt van licht in de meest onwaarschijnlijke vormen. Maar anderen zweren dan weer bij anonimiteit. Een overzicht.

Met onze excuses: maar het meest boeiende lichtobject dat vorige lente in Milaan op de verlichtingsbeurs te zien was – een onderdeel van het Salone del Mobile – is slechts met een wat onbenullige foto opgenomen in deze selectie uit de meest boeiende lichtcreaties van het afgelopen jaar. Deels omdat Studio OZ zich met een keldertje in de binnenstad tevreden moest stellen, waar men amper draaien of keren, laat staan fotograferen kon. Maar vooral ook omdat het bijzondere van de barkruk – want daarover ging het – juist ligt in het feit dat men het groenige licht als het ware doorheen de stoel kan zien stromen. En zoiets valt natuurlijk niet in een stilstaand beeld vast te leggen.

Een Israëlisch bedrijf had aan drie ontwerpers van Studio OZ, twee Israëliërs en een Italiaan, gevraagd enkele toepassingen voor een nieuwe lichtgevende vezel uit te denken. Ze kwamen op de proppen met een barkruk in de vorm van een rechtopstaande cobra, en de vezel werd tot zitje verwerkt. Het licht stuwt zich door die vezel als water in een wat stokkende tuinslang, maar dan wel supersnel. Dat het hier ook nog designers uit een land als Israël betreft, dat op het gebied van design nooit wat te betekenen had, is allicht geen toeval. Net zoals het feit dat het hier uitgerekend om een barkruk gaat. Want ook wat licht betreft, heeft zich de jongste jaren een mondialisering voltrokken. Lag de heerschappij tot voor kort nagenoeg helemaal bij de Italianen, dan dringen zich nu designers uit de meest onwaarschijnlijke hoeken op de voorgrond – zoals Brazilië, de thuishaven van de gebroeders Campana. Ze hanteren meestal ook een heel andere taal dan we tot voor kort in de lichtindustrie gewend waren. Laten zich, zoals de Nederlanders van Dumoffice, bij het tekenen van een hanglamp inspireren door Star Trek en de surfplank. Of zoals de gebroeders Campana door de sloppenwijken. Of brengen zoals Jeremy Lord de wereld van de disco naar de huiskamer. Ze hanteren superlichte materialen, als plastic en folie. En slaan ook een veel lichtzinniger toon aan. Weg zijn de schemerlampen. Het nieuwe licht komt in omslagen, of rollen.

In ons land loopt het intussen nog niet echt zo’n vaart. Modular uit Roeselare mag zich dan wel aan uitzinnige campagnes wagen – met fotoromans in boulevardstijl, dolle feesten en schaarsgeklede dames – maar de lichtarmaturen zelf (het woord alleen al) blijven streng, sober en minimaal. En idem dito voor Kreon. Hoewel: op de jongste beurs van Milaan zorgde Jan Van Lierde, directeur en huisontwerper van Kreon, samen met de Gentse juwelenmaker Siegfried De Buck voor een toch wel opmerkelijke tentoonstelling, “Grass”, die een heel andere weg leek op te gaan: die van een betoverend sprookje. Naast enkele nieuwigheden die u ook al in dit bescheiden overzicht vinden kan, pakt Kreon dit jaar op Interieur nog uit met Down-in-Line, een inbouwarmatuur die bestemd is voor wanden en plafonds in gyproc. En voorts is er ook nog Morse, een opbouwapparatuur die in vierkante of rechthoekige doosjes geleverd wordt.

“Opbouwapparatuur (die niet in de wand verzonken ligt, nvdr.) lijkt het trouwens de laatste tijd steeds meer te winnen van inbouwapparatuur”, zegt Toon Stockman van Modular, dat voor Interieur toch ook een voorzichtige démarche van het minimalisme aankondigt. Met onder meer een collectie die op het ideeëngoed van AAAH voortborduurt, en een terugkeer naar het kaarslicht. “Wat echter niet betekent dat we ons zullen overleveren aan grappen en grollen”, zegt Stockman. En Van Lierde: “Het is het licht dat gezien moet worden, en niet de armatuur.” Zijn arm zwaait breed naar het schitterende uitzicht in zijn kantoor, hoog in het nieuwe hoofdkwartier van Kreon, dat door Van Lierde en Simoni strikt volgens de regels van het minimalisme werd ingericht. “Heb je al gezien hoeveel bouwkranen zich in de skyline van Antwerpen bevinden. Nee? Dat komt omdat ze door hun geometrische rasterconstructie in de anonimiteit verzinken. Ik wil met mijn armaturen in de leefruimtes eenzelfde effect bereiken. In plaats van daar luidkeels het groot licht uit te hangen, en altijd weer dezelfde geestigheid te vertellen. En nogmaals: het is de kwaliteit van het licht die telt.”

Max Borka

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content