De nieuwste lichting schoonheden trok op met ruige rockers, maakte zelf hits of poseerde schriel en veelkleurig in modebladen.

In de jaren zestig was de wereld een kauwgomballenmachine : even aan het wieltje draaien en allerlei leuks en kleurigs vloog om je oren. Vooral make-up dan : veel vrouwen veranderden in met bonte oorlogsverf ingestreken amazones, zonder dat ze het zelf beseften. De nieuwe economische opstoot zorgde ervoor dat opsmuk prompt in alle kleuren van de regenboog verkrijgbaar was, bovendien in de rekken van de supermarkt. Schoonheid werd een industrie voor het volk, zij het niet uniform, het waren uiteindelijk de vrije jaren zestig.

Meisjes en vrouwen leerden het begrip ’trend’ kennen : voortdurende verandering betekende vooruitgang. Mode was niet langer iets uit de societybladen, wel een klankbord voor alles wat uit de menselijke fantasie kon ontspruiten. In de jaren zestig werd ‘de mode volgen’ een internationale bezigheid, en dus plukte men ook de iconen uit de modefotoreportages. Twiggy werd de beroemdste, zo befaamd zelfs dat ze door sommigen synoniem gemaakt werd met het hele decennium waarin ze jong en mooi was. Twiggy had in de eerste plaats een (verzonnen) naam die perfect aansloot bij de kleren die ze dragen moest : kort, meisjesachtig en vrolijk. Bovendien was haar onschuld intact gebleven, want op de modefoto zag ze er altijd precies uit zoals ze ook in het werkelijke leven was – ja, in de sixties was men behoorlijk onwetend over de machinaties achter de schermen van de modewereld. Maar het alleraantrekkelijkst was haar gestalte, haar dunheid : haar kilo’s hadden een voorbeeldfunctie, want om later met zijn allen naar de maan te reizen kon men elke vorm van overgewicht missen.

Andere mannequins bleven ook in het onderbewustzijn van de massa hangen : PenelopeTree, mooier dan de mooiste wassen pop en ook al gezegend met een zweverige sprookjesnaam ; Veruschka, al kronkelend vereeuwigd in de film Blow up ; Hiroko, de favoriete van Pierre Cardin en hip Japans ; Peggy Moffitt, de uitvindster van haar eigen make-up, zijnde een vrije interpretatie van een mobiel van Calder op het aangezicht.

Tienerjongens die niet echt geïnteresseerd waren in Vogue hadden toch genoeg materiaal om onzedig bij te fantaseren. Filmposters met de beeltenis van Brigitte Bardot bijvoorbeeld, of van Monica Vitti, Mia Farrow of Ursula Andress. Of platenhoezen van popzangeressen als Françoise Hardy, Sandie Shaw, Dusty Springfield, Twinkle. In tegenstelling tot voorheen was de under-ground sexy, want de schoonste nimfen verscholen zich in de rock-‘n-roll en in de avant-gardistische film. Zie Marianne Faithfull, het liefdesspeeltje van minstens twee Stones. Anita Pallenberg, ook al uit de coterie van de Stones, een ijskoningin met een voorliefde voor whisky. Verder : Jean Seberg, onsterfelijk sinds haar rol in A bout de souffle van Jean-LucGodard. Nico, de eerste, laatste maar mooiste zangeres van The Velvet Under-ground en EdieSedgwick, het muisje dat op een (voor haar) gelukkige dag onder de deur van Andy Warhols studio kon sluipen.

In de jaren zestig had schoonheid elke dag een ander gezicht en een wisselend kapsel, maar van sommige vereisten deed men geen afstand. Gezondheid was in, hoewel mannen toegaven erotisch bewogen te worden door dames met een sigaret of een flacon cognac. Wereldse vrouwelijkheid was vereist, toch mentaal, want vele favoriete iconen waren plagerig androgyn en/of net van school af. Schoonheid deed men soms ook rijmen met schandaal, een sport van alle tijden. Niet voor niets moest het woord groupie in het woordenboek opgenomen worden en kreeg Christine Keeler een afbeelding in zowel Harper’s Bazaar als in politieke naslagwerken. De Profumo-affaire, met Keeler in het middelpunt ervan, was een lokale en geheel Britse aangelegenheid, maar resoneerde overal in het westelijke halfrond, en niet alleen door de gelijkenissen met een scenario van een Bond-film. De schoonheid en bijbehorende gewiekstheid van één enkel stout meisje dat een regeringscrisis veroorzaakte, dat was nieuw, nieuws en een reden te meer om de haarlak en de oogschaduw des te gretiger aan te sleuren. De weg was aldus geplaveid voor Jackie Kennedy.

Peter De Potter / Foto’s Van Parys

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content