Herzogenaurach, een kleine middeleeuwse nederzetting in het Duitse Beieren, staat stil in de tijd. En toch is het hier dat uit een familievete adidas en Puma ontstonden, ’s werelds modieuste sportlabels.

H De dit seizoen gelanceerde adidascollectie Y-3 is verkrijgbaar bij Houben in Brussel en Antwerpen en Obius in Gent. Info : 02 475 37 00.

In Herzogenaurach, het 20.000 zielen tellende oord op 25 kilometer van Nürnberg, valt de opwinding ver te zoeken. In deze Duitse versie van Twin Peaks warmen oudere inwoners zich op het dorpsplein aan de voorjaarszon, de bakker en de slager begroeten vertrouwde gezichten. Geen lawaai, straatcriminaliteit of andere stedelijke kwalen. Sinds 1500 veranderde hier nauwelijks iets. De bezienswaardigheden zijn schaars, componisten of auteurs hebben hier niet gewoond, en zelfs de geroemde Bratwursten en Lebkuchen worden eigenlijk in Nürnberg gemaakt. De cafés zijn op één hand te tellen, maar natuurgebied is er in overvloed. De hoofdstraat met haar twee middeleeuwse wachttorens, de lemen vakwerkhuizen in pastels, het marktplein voor het stadhuis, de gotische Sint-Magdalenakerk met haar mooie gewelven, ze baden in een onverstoorde rust.

Vreemd is wel dat de dorpelingen fervente hardlopers zijn en haast iedereen in Duitse sportkleding is gehuld. En wat hebben een Montessori-school en een International Women’s Group hier te zoeken ? Het antwoord staat op de plaatselijke verkeersborden : links een pijl naar de hoofdkantoren van adidas, rechts naar die van Puma, en netjes daartussen de Aurach-rivier, een natuurlijke buffer tussen beide. Het was hier, in dit anders zo vredige dorp, dat uit een familievete ’s werelds modieuste sportlabels ontstonden.

AdolfDassler en zijn broer Rudolf vonden in 1920 een loopschoen in canvas uit en openden de Gebrüder Dassler Schuhfabrik. Nog vóór de Tweede Wereldoorlog ontwikkelden ze sportschoenen voor alle belangrijke disciplines, van voetbal tot tennis. Medailles op de Olympische Spelen in Amsterdam en Berlijn bewezen de degelijkheid. Toen de productie na de oorlog werd heropgestart, waagde de zakelijke Rudolf het echter alleen. Terwijl Adolf, de uitvinder van het tweetal, de wereld veroverde met adidas, richtte zijn broer in ’48 Puma op. De scherpe broederstrijd die daaruit volgde, stuwde beide bedrijven op creatief en commercieel vlak.

“Ik haat Puma”, laat Michael Mickalsky (33) zich ontvallen. Op de World of Sports-campus van adidas voert hij de designteams aan. Hier, op een voormalige legerbasis, worden de drie adidas-lijnen ontworpen : de functionele sportcollectie, de Originals met (herwerkte) klassiekers uit het verleden, en Y-3, de met Yohji Yamamoto ontworpen “sportswear van de toekomst”. Elke divisie heeft niet alleen haar eigen design- en marketingteam, maar ook een eigen logo en ruimte : techno en kleurrijk voor de sportieve collectie, strak en wit voor Y-3.

Ondanks zijn geïrriteerde toon, corrigeert Mickalsky zichzelf meteen : “Ach, ik geef niets om Puma. Dat is een mug voor ons. We hebben ook allebei onze eigen aanpak : wij zijn stevig geworteld in de sportwereld, zij louter modegericht. Van onze designers verwacht ik loyaliteit. Ik wil ze niet met Puma-spullen zien, dat past niet in óns verhaal. Verder mag ik de Puma-lui wel. Je moet elkaar trouwens wel kruisen, zoveel trendy cafés telt Nürnberg niet.”

Over Herzogenaurach is hij kort : ” Boring, boring. Niemand van ons woont hier. Er zijn niet eens deftige winkels. Raar toch, dat hier zulke bekende merken zitten ? Onze wereldwijde naamsherkenning bedraagt negentig procent, terwijl adidas destijds gewoon functioneel wilde zijn. Het was nooit zomaar cool of modieus design, alles had zijn reden.”

Terwijl adidas van een klein atelier groeide tot een bedrijf met een omzet van 6,5 miljard euro in 2002, wonnen wereldwijd de vrijetijdsbeleving en de sportbeoefening aan belang. Beide ontwikkelingen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zo wereldvreemd is Herzogenaurach dus niet, weet ook Mickalsky : “De mode overschat zichzelf. Waar het om gaat, zijn veranderingen op maatschappelijk vlak, zoals de flexibelere werktijden, de cultuur van het genieten en de toenemende individualisering. Denk maar aan de populariteit van individuele sporten als fitness en hardlopen of mind sports zoals yoga. Zulke maatschappelijke trends zijn voor ons belangrijker dan mode op zich. Onze designers nemen consumenten serieus. Die aanvaarden nieuwe producten of technologieën alleen als ze iets aan hun leven toevoegen. Dat is de kracht van nieuwe adidas-concepten als ClimaCool, een ventilatiesysteem waarbij schoenen ontdaan worden van overbodige elementen. Je begrijpt meteen hun nut.”

In Herzogenaurach zelf, waar haast alle inwoners ooit bij adidas of Puma werkten, ligt de broederstrijd nog vers in het geheugen. Daar horen sportlabels net zo bij het leven als Starkbier en Keizersbroodjes. “Dit oord leeft van adidas en Puma, ik heb nooit anders geweten”, zegt Julius Doman, de besnorde vijftiger die het Bayerischer Hof uitbaat. “Tot voor 15 jaar, toen de productie naar het Oosten verhuisde, was de spanning hier soms te snijden. Het was een echte concurrentiestrijd, ook om werknemers. Wie eenmaal zijn keuze gemaakt had, kon moeilijk terug. Vergeet niet dat de meeste families hier rond 1900, toen de textielwevers hun beste tijd hadden gehad, thuis schoenen en pantoffels maakten. Net als de Dasslers.”

Toen Adolf en Rudolf uiteindelijk zelf werknemers aantrokken, raakte Herzogenaurach verdeeld, zegt Julius : “Zeker het verenigingsleven. Zo hadden we niet één, maar twee voetbalploegen : eentje voor elk label. Zelfs de cafés behoorden tot het ene of het andere kamp. Nu is de rust teruggekeerd, ook in de familie Dassler zelf. Met sportlabels hebben die mensen niets meer te maken. Of ik ze ken ? Natuurlijk, iedereen hier. Al was het maar omdat de Dasslers het belangrijkste hotel uitbaten.”

Dat hotel, het Herzorgspark, werd door Adolf Dassler geopend in ’72, het jaar van de Olympische Spelen in München. Zijn nu 55-jarige dochter Brigitte Baenkler-Dassler kocht het in ’91 van adidas terug. “Een rechtschapen vrouw, hoor”, zegt Julius, terwijl hij haar telefoonnummer geeft. Volgens de bode aan de andere kant van de lijn moeten we echter niet op een gesprek rekenen. Voor de Dasslers is adidas een afgesloten hoofdstuk.

Dan maar op zoek naar de toeristische dienst, die Herzogenaurach niet eens blijkt te hebben. “We zijn niet erg bekend”, geeft Helmut Biehler toe, hoofd van het lokale Kulturamt. “De grootste werkgever hier is INA-Schaeffler KG, met 8000 werknemers. Het maakt lagers voor auto’s en motoren over de hele wereld, maar die interesseren geen hond. Nu goed, met hun 1700 en 350 werknemers zijn adidas en Puma ook belangrijk voor de regio. Bovendien trekken hun outlet stores veel Duitse dagjestoeristen aan die anders alleen München of Nürnberg bezoeken. Wie vanuit Noord-Duitsland richting Oostenrijk rijdt, houdt hier een halve dag halt om sportartikelen in te slaan.”

De dorpsbewoners zijn levensgenieters, zegt Biehler : “Beieren is wat losser dan andere Duitse deelstaten. Zeker hier, gezien onze eeuwenlange strijd met de protestantse clerus in Nürnberg.” Trots toont hij ons eeuwenoude oorkondes waarmee het dorp van de ene in de andere handen belandde. Van de belangrijkste naoorlogse ‘bezetter’, de Amerikanen die Duitsland en Europa tegen het rode gevaar wilden beschermen, blijft slechts één spoor over : de legerbasis Herzo Base, op het einde van de jaren dertig een opleidingscentrum voor toekomstige gevechtspiloten van de Duitse Luftwaffe, nu het hoofdkwartier van adidas. Het was hier dat gevechtsvliegtuigen bewapend werden toen in ’38 Oostenrijk en Sudetenland geannexeerd werden. Tot in ’47 dus, toen het Amerikaanse leger Herzo Base overnam en er het 6th US Army Security Agency Field Station installeerde. De Amerikaanse veteranen die er dienst deden, de Herzo Survivors, organiseren er trouwens nog steeds hun jaarlijkse reünie.

Toen de Koude Oorlog ontdooide en de Amerikanen de legerbasis in ’92 ontmanden, beïnvloedden verre ontwikkelingen opnieuw het leven in Herzogenaurach. Opeens bleef het oord immers achter met leegstaande legerbarakken en overbodige handelszaken. adidas sloot echter een partner-ship met het stadsbestuur en bouwde het gigantische complex, 114 hectare groot, in ’99 om tot de World of Sports-campus. Die omvat niet alleen het financiële, administratieve en creatieve hoofdkwartier van het bedrijf, maar ook een nieuwe woonwijk, winkelruimte, congrescentrum, een renbaan en andere sportfaciliteiten en zelfs openbaar natuurgebied. Een glazen toegangsgebouw en een hoogtechnologisch restaurant, een architecturaal hoogstandje waarin met aarde gevulde buizen de temperatuur regelen en zelfs een transparante fitnessruimte werd ingepast, illustreren de bedrijfsfilosofie.

De snelle, hippe en multiculturele wereld achter de overeind gebleven omheining is echter mijlenver verwijderd van het gezapige leventje in de straten van Herzogenaurach. Met werknemers uit veertig verschillende landen, een gemiddelde leeftijd van 34 jaar en een rigide samenhorigheidsgevoel lijkt World of Sports wel op een commune. “Dat zijn we ook”, bevestigt Julie James, de in Londen geboren ontwerpster uit het team van de Originals-collectie. “Wie is die rare vogel, denken de dorpelingen als ik aan de bushalte sta. Gelukkig gaat het designteam vaak op onderzoek in het buitenland, om mensen te bekijken, originele adidasspulletjes op de kop te tikken en ideeën op te doen. In steden als Antwerpen of Berlijn voel ik me als een kind. Al die coole mensen, denk ik dan. In Londen zou ik er niet op letten, maar als je in Herzogenaurach woont, is het alsof je stopt met roken. Plotseling smaakt alles anders.”

De cultuuroverste lacht erom, zij het verontschuldigend. “Herzogenaurach is lang klein en geïsoleerd gebleven”, zegt Biehler. “In de zestiende eeuw telde het slechts 27 huizen en 250 mensen. Pas na de oorlog werd het een beetje internationaler : er kwamen inwijkelingen uit naburige dorpen, adidas en Puma lokten steeds meer arbeidskrachten en vele Amerikaanse leerden hier hun vrouw kennen. Zelfs de zus van de burgemeester is met een Amerikaan getrouwd.” Nu adidas en Puma internationale bedrijven zijn geworden waar managers en designers uit alle windstreken het hoge woord voeren, is die trend stilgevallen. “Die hippe lui wonen natuurlijk liever in Nürnberg”, bekent Biehler. “Een New Yorker heeft hier niets verloren. Vele handelaars en horeca-eigenaars klagen dat het leven vroeger beter was. Als ze op televisie beelden zien van Amerikaanse soldaten, slaat het heimwee toe.”

Wim Denolf / Foto’s Guy Kokken

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content