SOPHIE DUTORDOIR

© WOUTER VAN VAERENBERGH

Mensen bedienen was voor mij altijd een bron van ontspanning en geluk. Ook als CEO van Electrabel kookte ik thuis wel eens voor collega’s of journalisten. Anderen verwennen hoort er ook bij wanneer we in de vakantie een huisje huren in het buitenland. Ook dan geniet ik ervan als ik voor familie en vrienden een verse maaltijd kan bereiden. Stop me dus niet in een hotel waar je zelf niets meer hoeft te doen.

De meningen van God en klein Pierke laten me koud. Ik begrijp dat sommigen het vreemd vinden als een topmanager besluit om een kleine zelfstandige te worden met een Italiaanse delicatessenzaak, maar voor mij telt enkel de mening van een paar mensen die me alles durven te zeggen. Die weten dat ik al als jong meisje van mijn eigen zaak droomde, en dat ik plannen niet eeuwig voor me uit schuif. Wat ik in mijn hoofd heb, daar maak ik werk van.

Een kapitein verlaat zijn schip niet wanneer het zich in woelig water bevindt. Zeker niet wanneer zijn medewerkers dag na dag onterechte en demagogische aanvallen moeten ondergaan en een hart onder de riem nodig hebben. Voor mij kon er dus geen sprake van zijn om Electrabel in het moeilijke jaar 2013 te verlaten – de storm moest eerst gaan liggen. Van slaande deuren of onvrede met mijn functie was geen sprake, integendeel. Hoe meer het bedrijf onder vuur lag, hoe liever ik ging werken.

Bij elke topfunctie hoort zichtbaarheid. Bedrijven behoren verantwoording af te leggen voor wat ze doen, en dan moet degene die leiding geeft ook die taak voor zijn rekening nemen. Kun je die verantwoordelijkheid niet aan en lijd je als mens onder de aandacht en de kritiek op de onderneming, ga dan iets anders doen. Nu leg ik trouwens evengoed verantwoording af, maar dan aan mijn klanten.

Ik benijd jonge ondernemers niet. Alle vergunningen rondkrijgen, je weg vinden in het kluwen van diensten, advies inwinnen : dat slorpt allemaal veel tijd en energie op, terwijl je eigenlijk met de zaak zelf bezig zou moeten zijn. Dankzij mijn ervaring en leeftijd ben ik niet zo snel uit mijn lood geslagen, maar voor jonge starters valt dat niet te onderschatten.

Een aangenaam, rebels kind : ik hoor het mijn moeder nog zeggen. Kattenkwaad uitsteken was mijn ding niet, maar je moest me niet vertellen wat ik moest doen. Nog steeds niet, trouwens. Ook daarom ruilde ik de ministeriële kabinetten uiteindelijk voor de privésector : omdat ik niet afhankelijk wilde worden van een politiek systeem of een partijleiding. Toch zal de politiek me altijd boeien. Mijn ouders zaten allebei in de gemeentepolitiek in Sint-Denijs-Westrem, die microbe heb ik dus met de paplepel meegekregen.

Ik heb een hekel aan half werk en middelmatigheid. Of ik nu vroeger een nota opstelde of vandaag een pesto klaarmaak voor mijn klanten : dat vergt evenveel nauwgezetheid. Dat komt wellicht doordat mijn vader overleed toen ik elf was, waardoor mijn moeder plotseling alleen voor de zes kinderen en het huishouden instond. Dan besef je al gauw dat het geheel enkel overeind blijft wanneer elk zijn steentje bijdraagt. Dat was een leerschool die me voor de rest van mijn leven gevormd heeft.

Het leven gaat voort, wat er ook gebeurt. Voor die wijze woorden zal ik mijn moeder altijd dankbaar zijn. Ik ben dus niet het type dat bij de pakken blijft zitten. Met een oplossingsgerichte aanpak kun je veel problemen verlichten. Niemand kan altijd tevreden en gelukkig zijn, maar we moeten het minstens proberen.

Sophie Dutordoir (52) begon haar carrière in 1984 als kabinetsmedewerker van premier Wilfried Martens en was nadien woordvoerder van de ministers van Onderwijs en Financiën. In 1990 stapte ze over naar Electrabel, waar ze opklom tot CEO. In mei 2014 opende ze in Overijse de Italiaanse delicatessenzaak Poppeia. Daarnaast zetelt Sophie Dutordoir in de bestuursraden van BNP Paribas Fortis, Bpost en de auto-onderdelenfabrikant Valeo.

DOOR WIM DENOLF & PORTRET WOUTER VAN VAERENBERGH

“Vroeger een nota of vandaag een pesto, ik doe alles even nauwgezet.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content