Interieur 02 linkt design met magie: een wonderwoud in het beurscomplex, een sprookjestent op de Grote Markt van Kortrijk. En alles wit.

Jesse Brouns

De 18e Internationale BiĆ«nnale voor Creatief Design ‘Interieur 02’ heeft het uitzicht van een blank blad papier, een gedicht waarvan de woorden nog geschreven moeten worden. De letters en woorden en regels zijn banken, tafels, stoelen. Die worden de komende dagen door de fabrikanten aangesleept, in trucks en bestelwagens. Interieur levert de fond, het maagdelijk papier. En dat ziet dus, zoals het hoort, wit. Een keuze die is gegroeid uit intuĆÆtie, aldus Max Borka, directeur van de Stichting Interieur. “De keuze voor wit sluit volgens ons aan bij de leefwereld van jonge designers. Die is gekenmerkt door een zucht naar poĆ«zie, door een afwijzing van verstikkende logica.” PoĆ«zie, dus. De Xpo-hallen van Kortrijk worden nochtans niet getransformeerd in een minimalistische doos; wit is geen kleur, het is een gevoel.

1. De picknick van Michael Young

Eregast Michael Young (zie pag. 89) heeft de hele zomer gewerkt aan zijn installatie, een frisse combinatie van miniatuurtentoonstellingen, ethisch verantwoord fastfoodrestaurant en kinderopvang. Het geheel, de Rambler (naar Rambla, de vroegere naam van de centrale as op de biĆ«nnale), oogt als een immens picknickterrein. De menukaart is samengesteld door, onder andere, Young. De designer en zijn vrouw, Katrin Petursdottir, ontwierpen ook de bijbehorende verpakkingen en servetten. Felgekleurde picknickzitjes van piepschuim werden door Young gemaakt in opdracht van sponsor Mini; ze worden tijdens Interieur uitgedeeld. Het oeuvre van de eregast staat in drie reusachtige kijkdozen verzameld. Daarin worden een soort van dramatische scĆØnes gecreĆ«erd, in de stijl van het Afrikamuseum in Tervuren. Er is aan meegewerkt door de Britse kunstenaar John Isaacs, die onder meer een bloederige, levensgrote kopie heeft gemaakt van de witte walvis Moby Dick. Voor Corian, een andere sponsor, tekenden Young en Petursdottir een wit winterlandschap dat verwerkt werd in een enorme lichtbox (een herhaling van hun project voor de Londense beurs 100 Percent Design, vorig jaar, zij het op grotere schaal). In een andere doos gaan twaalf door Young ontworpen hondenhokken vergezeld van twaalf Aibo’s, de Sony-robotjes in hondenpak. In de Rambler staat verder nog een rijtje pershutten (geĆÆnspireerd op Scandinavische uitkijkposten) alsook de tijdelijke residentie van de eregast, in een uit 1963 daterende Airstream, die hij afgelopen zomer heeft ingericht tijdens het evenement Camping Sanseveria in Mol.

2. Het witte wonderwoud

Naast de installatie van Michael Young wordt in het beurscomplex nog een reeks van verschillende tentoonstellingen en installaties aaneengeregen op de wijze van een kralenkrans. Ze worden geĆÆntegreerd in Ć©Ć©n groot, open landschap dat de naam Wonderwood kreeg. Het thema: identiteit – van een volk of van een meubel -, en aansluitend daarbij de tendens binnen het hedendaags design om terug te keren naar archetypische vormen en materialen. “Niet toevallig,” aldus Borka, “is daar in deze hoogtechnologische tijden ook een zucht naar de natuur en het primitieve aan verbonden. Ontwerpers creĆ«ren micro-architecturen die heel flexibel in een woning opgetrokken kunnen worden, als een doos in een doos, een anti-architectuur die het huis in zijn anonimiteit weer met een geheugen kan bevolken.” Wonderwood geeft een staalkaart van dergelijke projecten, gaande van de Parasol Lumineux van de Franse gebroeders Bouroullec tot een experimentele badkamerruimte die MataliCrasset onlangs heeft bedacht voor badkamerfabrikant Dornbracht, en die de naam Paradis Artificiel kreeg (de planten zijn van plastic; de heilzaamheid beperkt zich tot de espace mental van de gebruikers, zijnde de geest). In het mirakelbos is daarnaast in wereldpremiĆØre The Fundoshi Experience te zien, een project waarbij een internationaal gezelschap van 65 designers, modeontwerpers en kunstenaars elk een moderne variant van de traditionele Japanse lendendoek ontwierp. Een gelijkaardig initiatief is Le Botte Cul, georganiseerd door de Ecole Cantonale d’Art de Lausanne, die een hoop designers een variant liet ontwerpen van de Zwitserse, eenbenige melkstoel. De tentoonstelling was eerder dit jaar al onder meer in Milaan te zien, en was daar het hoogtepunt van een nochtans rijkgevuld programma. Nog een wereldpremiĆØre: het nieuwe project van het Duitse ontwerpersduo Olivier Vogt en Hermann Weizenegger. Wicker Game is het vervolg op een tentoonstelling die twee jaar geleden naar Kortrijk is gehaald: toonaangevende designers ontwierpen voorwerpen van borstelhaar die nadien werden vervaardigd in een Berlijnse werkplaats voor blinden. Dit jaar gaat het om voorwerpen van vlechtriet. Bezoekers kunnen in het Wonderwood door hoog gras van de ene open plek naar de andere wandelen, waar ze dan telkens met een andere installatie of tentoonstelling worden geconfronteerd. Het gras is gemaakt van lichtgevende glasvezel. De installaties hebben met elkaar gemeen dat ze niet alleen kunnen worden bekeken, maar ook daadwerkelijk worden ‘beleefd’. Men zal er zich kunnen neervlijen, ajuinsoep eten en kijken naar de geanimeerde sprookjes die her en der op beeldschermen worden geprojecteerd.

3. De sprookjestent

In de marge van het grote evenement besteedt Interieur 02 ook dit jaar ruim aandacht aan jong talent. Traditiegetrouw is er de wedstrijd Design For Europe, waarvan de formule grondig is gewijzigd en de resultaten in de Xpo-hallen worden tentoongesteld. De belangrijkste vernieuwing van Interieur 02 is wel de tent die op de Grote Markt van Kortrijk wordt opgetrokken. Niet omdat daarin diverse onderdelen van het nevenprogramma worden ondergebracht (genre: conferenties, symposia, lezingen, modeshows, feestjes…), maar vooral omdat deze tent ook de locatie is van New Fairy Tales, een geheel nieuwe, internationaal georiĆ«nteerde beurs voor jonge ontwerpers (meer daarover op pagina 96).

Interieur 02, van 18 tot 27 oktober, Kortrijk Xpo, Doorniksesteenweg 216, Kortrijk. Open van 10 tot 19u. Toegangsprijs: 10 euro. Catalogus: 20 euro. Combiticket entree + catalogus: 25 euro.

De keuze voor wit sluit aan bij de leefwereld van jonge designers. Die is gekenmerkt door een zucht naar poƫzie, door een afwijzing van verstikkende logica.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content