Het huis moest zo ontworpen worden, dat het in twee aparte woningen kan worden gesplitst. Maar voor de verdere uitvoeringen probeerde architect Frank Delmulle zich te laten leiden door het verhaal van het huis zelf. “Als je je oor te luisteren legt, wordt het zoals het eigenlijk niet anders kon.”

Elk huis vertelt een eigen verhaal. Alleen de invalshoek van de verteller kan er een andere wending aan geven. De bewoner kiest meubelen, kleuren, materialen en persoonlijke bezittingen, en bouwt zo zijn huis op vanuit een subjectieve optiek, los van grootse theorieën, gewoon op het gevoel. Met woongenot als eerste criterium. De architect daarentegen wil met een huis zijn visie weergeven op architectuur. Met zijn creatie neemt hij deel aan de ontwikkeling van de bouwkunst, hij maakt een statement. Sommigen doen dat letterlijk: “Zo is het en niet anders.” De architect van dit huis, Frank Delmulle, ziet het genuanceerder: “Zo is het, en het kon eigenlijk niet anders.” Er zit logica in de verhaallijn. Als architect moest Frank Delmulle niet meer doen dan zijn oor te luisteren leggen, om de eigenheid van dit huis te ontdekken.

Dit is een huis met twee verhalen. Eén waarin functionaliteit de hoofdrol speelt: de woning moest zo ontworpen worden dat na splitsing twee afzonderlijke woningen ontstaan, zodat in de toekomst iemand op de verdieping kan inwonen, om de persoon die op begane grond woont te verzorgen. Het tweede is het persoonlijke verhaal van de architect. Want het bouwen van een huis vertelt veel over zijn bouwer. Hoe start je een ontwerpproces? Welke uitgangspunten hanteer je? Hoe vorm je een woning?

“Als je een woning op een open plek ontwerpt, moet je als architect de bewoner een zekere verhouding geven tot zijn directe omgeving”, vertelt Frank Delmulle. “Je moet hem of haar het gevoel geven geborgen te zijn, en tóch niet te veel afgeschermd.” Dat doet hij bijvoorbeeld door de ene kant van het huis aan de voorkant radicaal van de buitenwereld af te schermen met een gesloten, betonnen gevel en de achterkant van het huis transparant en open te houden.

Al van bij de voordeur zie je de aanzet tot de toekomstige tweewoonst. Links naast de gevel rijst een trap op, waarlangs je de bovenverdieping kan bereiken. Beneden geeft de voordeur nu nog toegang tot het volledige huis. Door de glazen profielen bij de ingang zie je vaag wat zich binnen afspeelt. Van binnenuit valt het daglicht diffuus naar binnen. Ook op die manier wordt op subtiele wijze gespeeld met de grens tussen binnen en buiten.

Dat halftransparante effect herhaalt zich hier en daar in het huis. Als scheiding tussen de woonkamer, badkamer en slaapkamer en de buitenkant, en tussen de entreehal en de garage. Het doortrekken van het ruimtelijke gevoel is trouwens een van de kenmerken van deze woning. “De relatie van een bewoner tot de ruimte moet verder gaan dan het zicht dat hij heeft binnen vier muren”, zegt de architect. “Ook hier krijg je weer een gevoel van geborgenheid, en van openheid en vrijheid.”

Wordt straks beslist het huis in twee delen op te splitsen, dan kunnen beide woningen totaal los van elkaar bestaan. Het bovenappartement bereik je via de buitentrap. De voormalige slaapkamers ondergaan een kleine metamorfose en worden woonkamer, eetkamer-keuken en berging. En op de verdieping wordt parallel met de trap een glazen wand geplaatst. Als je van beneden komt, kun je rechtdoor lopen naar het bureau, dat door een vide en het grote raam ruimtelijk verbonden is met de woonkamer op de benedenverdieping. In die ruimte geeft een glazen pui onbeperkt uitzicht op de tuin.

Ook in de woonkamer beneden worden binnen en buiten met elkaar verbonden door opvallende elementen, zoals de glanzende vloerbedekking, die lijnen doortrekt en beelden weerspiegelt. Op het eerste gezicht lijken alle details op zich te staan, maar wie goed kijkt, ziet een logisch verband tussen de buitentrap, de glazen wand, de zeven meter lange sofa en de constructie rondom de vide, die eindigt in de verticale glaspartij van twee verdiepingen hoog. Als je het geheel overschouwt, zie je de onmiskenbare handtekening van Frank Delmulle: ruimtelijk, transparant en helder van concept, uitstraling en materiaalkeuze.

Dit laatste is belangrijk voor de architect. Geborgenheid wordt bijvoorbeeld geaccentueerd door de keuze van okoumehout voor de keuken, dat in contrast staat met het koelere aluminium van het kookeiland. Volgens de architect moet niet alleen de uiterlijke vorm, maar ook het materiaal bijdragen tot het terugvinden van een soort ‘oergevoel’. “In veel aspecten van ons bestaan verloren we de essentie van leven en wonen”, zegt Frank Delmulle nog. “Door de oprukkende techniek zijn de menselijke waarden naar de achtergrond verschoven. Ik probeer ze opnieuw te introduceren, door een architectuurtaal te hanteren die universeel is. Met deze manier van bouwen, wil ik het menselijke in de bouwkunst opnieuw een plaats geven.”

Marc Heldens / Foto’s Koen Van Damme

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content