Lene Kemps
Lene Kemps Lene Kemps is de hoofdredactrice van Knack Weekend.

Wilden zij in de jaren zeventig nog wel eens een plateauzool leveren, dan laten zij nu ongegeneerd hun voorkeur blijken. Voor de Rossi’s is geen hak te hoog of geen teen te puntig.

Lene Kemps

In huize Rossi wordt de deur wagenwijd opengezet voor de terugkeer van vrouwelijkheid. Glamour wordt er als de verloren dochter binnengehaald. ?Ik vind het wel mooi hoor, die stevige laarzen onder die dunne jurkjes?, zegt Gianvito Rossi terwijl wij vanuit de Milanese showroom de vrouwen in de straat bestuderen. ?Maar echte verfijning vraagt om enkele centimeters meer. Wat is er nu mooier dan het typische silhouet voor de winter : een ruim mannenpak met een stiletto eronder. Midden in het grunge- of punk-tijdperk hebben we natuurlijk ook stevige boots en robuustere hakken gemaakt. We hebben nog steeds stapschoenen in de collectie, en ze zijn zelfs erg elegant. Maar als je vraagt wat recht uit ons hart komt, moet ik naar deze zwarte hooggehakte pump grijpen. Dit is een typische Sergio Rossi-schoen.?

Dames met hoogtevrees, gelieve zich niet te wenden tot Sergio Rossi. Hoewel zijn ontwerpen altijd draagbaar en zelfs comfortabel blijven. ?Het is de bedoeling een vrouw mooier te maken, niet om haar onhandig te doen strompelen?, zegt Gianvito. Hij is de zoon van zijn vader en duidelijk al even bezeten door elegant schoeisel als Sergio. ?Mijn persoonlijke voorkeur gaat uit naar een hak van tien centimeter. Voor defilés leveren we hakken van twaalf centimeter, maar daar is haast niet op te lopen. Tien is perfect. De lijn van het silhouet wordt verlengd. De rug wordt sierlijk gekromd. Het achterwerk heeft een zachtere ronding. Die extra centimeters maken een vrouw niet zonder meer een beetje groter, nee, ze veranderen het hele lichaam.?

Dat hebt u wel erg goed bekeken en bestudeerd, vinden wij. ?Deel van het vak?, zegt hij.

Sergio Rossi was naar goede Italiaanse traditie de zoon van een schoenmaker. Zijn vader leverde uitsluitend maatwerk, zorgvuldig en langzaam met de hand in elkaar gestoken in het kleine atelier in San Mauro Pascoli bij Rimini. Sergio, ambitieus en gemotiveerd, wilde er een echt bedrijf van maken. ?Van mijn vader had ik al veel geleerd, gewoon door te kijken en bij hem in het atelier te zijn. Maar ik wilde meer. Eerst volgde ik een stage in Bologna, bij Fini, een gerenommeerd leestenmaker. Anderhalf jaar lang mocht ik tegen betaling twee namiddagen naast hem zitten. De leest is fundamenteel voor een schoen, allesbepalend. Het is als beeldhouwen. Daarna volgt de hiel, van levensgroot belang voor de constructie en de vorm. Dat is als architectuur. Ik maak nog steeds alle leesten en hakken zelf.?

In 1965 nam Sergio het atelier over en op drie jaar tijd groeide hij uit tot een wereldnaam. Vooral in de seventies werd hij populair als maker van modieuze en welgevormde hoge hakken. De bekende klanten bleven niet uit : Prinses Anne, Yoko Ono, Joan Collins… Het is een periode waar hij met lichte nostalgie over praat. ?Nu heb ik soms de indruk dat ik aan bepaalde verwachtingen moet voldoen, dat mensen een bepaalde stijl van mij verlangen. Toen voelde ik me vrij om te experimenteren. Ik werkte met reptielenmotieven, felle kleuren en patchworks. Ik was in die beginjaren vrijwel onbekend, maar onmiddellijk doken er kopies van mijn schoenen op. Een groot compliment vond ik dat.?

Een andere jaren zeventig herinnering zijn de zeventigduizend schoenen die uit de handel werden genomen. ?De vorm was perfect, maar ik had ze uitgevoerd in een te delicaat leer dat bij transpiratie of regen begon te krimpen. Noem het les nummer één : de vorm is belangrijk, maar je mag de kwaliteit niet uit het oog verliezen. Degelijkheid gaat vóór design.?

Samenwerkingen met ontwerpers volgden : Alaïa en Mugler, vandaag worden er nog steeds schoenen geleverd voor Versace en Dolce & Gabbana. In een boek over de schoenontwerper zet auteur Samuele Mazza Rossi’s ontwerpen naast de schilderijen van Jasper Johns : ?Er is een direct verband tussen zijn ideeën en de fascinerende kunst van na de Tweede Wereldoorlog. Van de tastbare oppervlakten van Dubuffet naar de pop-beelden van Warhol, van de kleurige geometrische patronen van Frank Stella naar het minimalisme van Richard Serra.?

?Ik ben geen artiest. Maar ik ben wel erg gericht op onderzoek en creativiteit?, zegt Sergio bescheiden. ?Gianvito rijdt autorally’s en in die sector heb ik een prachtige vezel ontdekt die gebruikt wordt bij het maken van helmen. Twee seizoenen geleden heb ik er schoenen van gemaakt. Ik blijf rondkijken en dingen uitproberen.?

Hij is ondertussen zestig en werkt nog elke dag in de fabriek, maar laat veel aan zijn zoons over. Gianvito (31) mag de pers en de reclame voor zich nemen, en volgt zijn vader in het dagelijkse beleid. Gianmarco (21) studeert nog, maar zit tot over zijn oren in de administratieve en commerciële aspecten van het bedrijf.

Gianvito noemt zichzelf de schaduw van zijn vader. ?Al tien jaar lang achtervolg ik hem om alles in mij op te nemen. Soms krijgt hij er genoeg van en dan gooit hij me iets naar het hoofd. Vaak zijn we het oneens over een bepaald ontwerp en dan maken we ruzie. Maar zo heb ik het vak geleerd.? Dat hij iets anders zou kunnen doen, is nooit in hem opgekomen. ?We wonen naast de fabriek. We leven in de fabriek. Mijn broer en ik zijn opgegroeid met de geur van leer en het geluid van de machines. Ik ben nog steeds gefascineerd door het hele proces van de creatie. Dat er aan de ene kant huiden binnenkomen en aan de andere kant schoenen buitengaan, blijft me verbazen.?

Een klein half miljoen Sergio Rossi’s verlaten elk jaar de fabriek. ?De vraag is altijd groter dan het aanbod en dat is een goed teken?, zegt Gianvito. Zeventig procent gaat naar het buitenland, wat Italië met dertig procent toch een vrij sterke markt maakt. ?Onze Italiaanse klanten zijn ons dierbaar?, zegt Gianvito. ?Door hun vertrouwen hebben we kunnen groeien en naam kunnen maken in het buitenland, zoiets vergeet je nooit.? Vooral Azië is gek op Rossi en speciaal voor ginder worden er kleinere modellen gemaakt. ?Mijn vader werd helemaal wild van die Aziatische voetjes?, zegt Gianvito. ?Voor hem was het weer een nieuwe uitdaging om daar aangepaste leesten voor te ontwerpen.?

De crisis is niet echt tot bij Sergio Rossi doorgedrongen. Integendeel. Gianvito vindt dat je kan spreken van een accessoire-boom. ?Vrouwen besparen op kleding, maar upgraden hun ensemble met een goed paar schoenen en een mooie handtas. In tijden van crisis is het altijd verstandiger om in degelijke accessoires te investeren. Niets geeft zo’n slechte indruk als een paar vuile of versleten schoenen. Het duurste kledingstuk haal je naar beneden met slecht gekozen schoeisel.?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content