Een parfum creëren is voor hem geen zaak van platte commercie, maar veeleer een onweerstaanbare drang. Een statement tegen vervlakking en voor smaak. Het precies afwegen van ingrediënten, zoals een dichter zijn woorden wikt. Een filosofisch gesprek met Serge Lutens, bij hem thuis in Marrakech.

Het donkere, kleine bijhuisje waar we ons gesprek voeren, typeert Serge Lutens (66). Hij zweert bij zwart, en zijn werk heeft steevast een duister kantje. Ook zijn assistente past in het plaatje : een jonge, bleke vrouw, helemaal in het zwart, met een donkere carré, op en top Lutens. Terwijl het buiten heerlijk warm is en we af en toe een flard van vogelgeluiden opvangen, hullen we ons binnen in een winterse, weemoedige sfeer. Deze rasechte Fransman heeft dan wel gekozen voor een leven in het palmgebied van Marrakech, maar de flamboyante, zuiderse gloed is nog niet in zijn leven binnengedrongen. Hij leeft teruggetrokken, praat als een authentieke hoveling – bijna poëtisch Frans, ongebreideld en behoedzaam tegelijk – en als hij vraagt of hij zijn nieuwste creatie, Serge Noir, op mijn huid mag ruiken, doet hij dat zacht bevend en fluisterend : “Hier hou ik van. Heel geraffineerd en bijzonder, bij niemand anders ruikt het zo.”

Laat ons eerst in het verleden duiken. Welke geuren typeren uw vroege jeugd in Rijsel ?

Serge Lutens : Weet u, mijn leven bestaat niet uitsluitend uit geuren, want dingen ontstaan door veel verschillende invloeden. De creatie, in alle domeinen, is een manier om uit zichzelf te stappen, zodat je niet verstikt. Met woorden, muziek, schilderkunst, dans,… Als mijn leven één en al geuren was, dan zou ik altijd al parfumeur geweest zijn, terwijl dat een behoorlijk recent verhaal is. Het is iets dat me heeft geholpen om te protesteren tegen een wereld waar ik niet van hield. Ik zou nooit parfums hebben gemaakt om me in te schrijven in een continuïteit.

Maar er moeten toch geuren zijn die u terugbrengen naar uw kindertijd ?

Zoals iedereen die heeft. Ik herinner me de geur van de regen (lacht). Die mis ik zelfs, die grijze kant ontbreekt hier een beetje. En natuurlijk zijn er de gepofte kastanjes, en frieten. In wezen zijn geuren er om zichzelf terug te vinden. Als een geur je niets zegt, dan is die op dat moment nutteloos. Parfumeren zou dus het meest laaghartige ter wereld zijn, als het niets méér zou betekenen. Geuren zijn identiteiten. Daarom hou ik van rook die uit een fabriek komt, en als vuilnisbakken ruiken naar vuilnisbak, dan stoort dat me hoegenaamd niet. Wat me wél stoort, is een betekenisloos parfum. Een uitgevonden product dat goed zou moeten ruiken, maar eigenlijk meestal stinkt. We moeten veeleisend zijn !

Dus een zinvol parfum bestaat uit herkenbare geuren ?

Parfum is er om zichzelf te herkennen. Eerst moet je jezelf dus kennen. Er is nog nooit zoveel kennis geweest als in onze maatschappij, en tegelijkertijd waren we nooit eerder zo fragiel. Omdat de ‘ik’ en het ‘zelf’ verdwijnen. We worden collectief. Maar parfum is misschien een van de middelen waarmee we clans kunnen vormen, individuen, of revoltes. Behoorlijk kleinschalig allemaal, ik heb niet de ambitie een planetair succes te creëren.

Zijn er ook geuren die voorgoed mogen verdwijnen ?

Door als parfumeur te werken heb ik een wantrouwen ontwikkeld voor alles wat te gesuikerd is, of te eenvoudig. Goede parfumerie kent moeilijke elementen. Je kunt ook de hele dag chocolade eten, of gekonfijt fruit, maar het goede laat zich ontdekken. Neem nu oesters, of gember, zeg me niet dat je dat van de eerste hap lustte. Mijn eerste oester was afschuwelijk : net ammoniak, of een dood oog ! (lacht) Maar onze perceptie, onze zinnen, ontwikkelen zich. Noem het de ambitie van de smaak.

Zijn er parfumeurs die uw mening delen ?

Parfumeurs willen enorm veel geld verdienen. Als ze over creaties praten, dan gaat het over zaken die goed draaien. Ik hou helemaal niet van die wereld. Wel van parfums, omdat ik daarmee een identiteit zoek. Als ik spreek over de roos, dan zoek ik iets om haar identiteit te bepalen, met mijn woorden, mijn geuren, mijn akkoorden. U vraagt me om me te positioneren in die wereld, maar creatie telt daar heel weinig mee, het is vooral een woord dat afschuwelijk vaak is gebruikt, maar uiteindelijk nooit terecht. Je zou tegenwoordig de indruk krijgen dat de wereld bezaaid is met scheppers, maar toen ik geboren was, had je enkel God.

Zakencijfers, top tien, het interesseert me niet. Top tien, wat wil dat eigenlijk zeggen ? Veel mensen die hetzelfde dragen : rampzalig. Vraag nooit aan een vrouw welk parfum ze draagt. Hou ervan of niet, zeg haar dat ze mooi is, maar vragen wat ze draagt, om het dan zelf te gaan kopen ? (maakt een weerzinwekkend, schrapend geluid) Een ramp ! Ze is toch geen uithangbord ? Nee dank je wel, je krijgt nooit de naam van mijn parfum, ik zou er nog liever een vals aanbevelen, het slechtste dat ik ken !

In feite is een goed parfum zoals een perfecte zin. In precies drie woorden zeggen waarover anderen drie bladzijden vullen. Zo sterk dat het daarna nooit meer kan worden overgedaan. Je zou het alleen maar bederven. Vergelijk het met Baudelaire : zo sterk dat het voorbij is. Voor eens en altijd.

Kan het ultieme parfum dan bestaan ?

Dat zou afschuwelijk zijn, want dan zou iedereen naar hetzelfde ruiken. De totale ontkenning van de identiteit. Ultiem staat voor definitief, en dat is vreselijk.

U ontwikkelt constant nieuwe parfums…

(onderbreekt) Nieuwe antwoorden om een geur uit te drukken. Nieuwe antwoorden op een idee : literair, olfactief, vegetaal, animaal, n’importe. Een parfum is niet zomaar een bloem, het is een verzameling dingen die een antwoord leveren, zoals bij een roman. Als je mijn parfum draagt, treed je in mijn verhaal.

Bestaat er zoiets als de beste en de slechtste geur ?

Nee, er bestaat alleen de juiste. Degene die het antwoord biedt. Als we in een wereld leven waarin steeds meer instemming heerst, als het altijd maar makkelijker moet, dan evolueren we meer en meer naar het gesuikerde, naar het niets. Maar cultuur moet alles in vraag stellen.

Leveren al die vragen uiteindelijk een antwoord op ?

Ja, maar dat is slechts een stadium, elk antwoord leidt onmiddellijk naar een volgende vraag. Ik weet niet of ik mijn hele leven parfums zal blijven maken. Het interesseert me, het is een handschrift, maar als ik geen manieren meer vind om uit te drukken wat ik wil zeggen, dan heeft het geen zin dat ik doorga. Ik wil geen parfums maken om parfums te maken, ik ben niet op zoek naar het grote lot.

Vele anderen zijn dat wel.

Het is hallucinant. Die marketingtafels van parfumeurs, vól mensen die allemaal min of meer incompetent zijn ! Ik herinner me nog goed de gesprekken, van toen ik mee aan tafel zat : “Het wordt een parfum voor een jonge, werkende vrouw met kinderen, vrij, maar getrouwd,…” En het eindigde steevast met : “Niet helemaal hetzelfde, maar toch een beetje zoals N°5 van Chanel.” (lacht) Terwijl ik dat parfum middelmatig en démodé vind. In blinde tests komt het er trouwens heel wat minder uit, maar in het flacon vinden mensen het een geniaal parfum. Omdat het Chanel N°5 is. Het etiket, het flacon en de positionering zijn geniaal. Een meester-stukje in marketing.

Die vetbetaalde managers willen allemaal hun gouden zitje behouden. Je moet ze bezig horen met de geurstrookjes : (hautain) “Interessant… Minder interessant.” Over het algemeen houden ze er niet écht van. ‘Interessant’ wil zeggen : zonder risico’s. Soms liet ik zelfs lege geurstrookjes rondgaan. Het effect is ongelofelijk : hier en daar hoor je dan opperen dat dat toch wel een interessante geur is !

Eén van uw brochures zegt : ‘Parfum, écht parfum, is een luxe. Het mooie heeft nood aan het uitzonderlijke.’ Zijn echte, uitzonderlijke parfums dan voorbestemd voor de elitaire klasse ?

Ik geloof wel in de elite, maar niet in het elitedenken. We moeten erkennen dat er, bijvoorbeeld in de cinema of muziek, een elite is, de allerbesten. Maar je kunt niet werken voor de elite, dat zou doodvulgair zijn : jezelf zó hoog inschatten dat je alleen voor de besten ter wereld wil werken. Ik wil weg van dat commerciële verhaal, en terug naar een verhaal van smaak. Het gaat er niet om dat dit een parfum is voor de rijken, voor de groten, voor de intelligentsia, nee ! Het is een parfum voor wie ervan houdt.

Wat betekent Marrakech voor u ?

Zonder Marokko, en meer bepaald Marrakech, had ik nooit parfums gemaakt. Al worden parfums hier niet in vraag gesteld, men lééft ertussen. Neem nu Féminité du Bois (zijn grootste succes, uit 1992) : de ceder daarin, die heb ik hier geroken.

Bent u dan vooral in de Franse of Marokkaanse traditie geworteld ?

Mijn manier van kijken heeft een vreselijk Franse stempel. Vergelijk het met Baudelaire : hij reisde, maar “echte reizigers zijn de enigen die vertrekken om te vertrekken”. Dat is een vers van Baudelaire. (mijmert die zin opnieuw, en dan, lachend) Echte parfumeurs zijn zij die parfumeren om te parfumeren !

Door Stefanie Van den Broeck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content