Soms jarenlang op vrije voet en dan toch weer onder één dak met de ouders. Ook in ons land overkomt het almaar meer volwassenen. Hoe voelt dat, zo’n retourtje mama ?

Acht maanden geleden trok Alex (27) noodgedwongen weer bij zijn ouders in. Na zijn studies kon hij als copywriter aan de slag. Maar door de crisis en een reorganisatie stond hij na twee jaar weer op straat. Toen hij op zoek ging naar een nieuwe baan, bleken zijn opties beperkter dan verwacht. Op den duur kon hij niet eens meer de huur van zijn appartement betalen. Alex : “Dus had ik geen keuze en klopte ik bij mijn ouders aan. Natuurlijk was ik welkom. Ze vroegen niet om geld en gaven me geen takenlijst. Maar toch voelde het voor mij vooral gênant. De vrijgevochten kerel die graag het heft zelf in handen houdt, stond plots met hangende pootjes voor de deur van mama en papa. Het voelde alsof ik heel erg had gefaald. En dat gevoel verdwijnt niet. Ik zie mijn vrienden wél op eigen benen staan. Ze hebben een relatie, gaan samenwonen en denken aan kinderen. Maar ik kwam plots weer in mijn slaapkamer van toen terecht.”

Alex is een boemerangkind, een volwassene die opnieuw bij zijn ouders op de stoep staat, met de vraag of het weer thuis kan wonen. Tijdelijk, bij wijze van tussenoplossing. Hij is niet de enige. Van de jongeren die in de jaren zeventig uit huis gingen, keerde zeven procent van de mannen en tien procent van de vrouwen tijdelijk terug naar huis. In de jaren negentig steeg dat al naar vijftien procent van beide geslachten. De laatste jaren is vooral het aantal vrouwelijke boemerangkinderen gestegen. Bijna één op de vijf vrouwen trekt weer bij mama en papa in. Miet Timmers is projectbegeleider bij de opleiding Gezinswetenschappen aan de Odisee Hogeschool in Brussel. Zij is ervan overtuigd dat het aantal boemerangkinderen de komende jaren nog zal stijgen. “Concrete cijfers zijn er niet in ons land. Maar in andere landen, zoals Nederland en de VS, zien we een stijgende trend. Er is geen enkele aanwijzing dat dit in België niet zo zou zijn. Boemerangkinderen zijn een typisch verschijnsel van deze tijd. Het is moeilijker dan ooit om als jongere op eigen benen te staan. Banen zijn moeilijker te vinden. Wonen is duur. En tegelijk willen we allemaal meer luxe dan vroeger. Logisch dat steeds meer jonge volwassenen weer thuis komen wonen.”

RELATIEBREUK OF FINANCIËLE TEGENSLAG

Net als Marianne (32). Op haar achttiende ging ze op kot. Na vier jaar studeren trok ze met haar vriend de wereld rond. Marianne : “We waren avonturiers in hart en nieren. Altijd zin in nieuwe uitdagingen en ontmoetingen. Op het randje van rusteloos. Na ons wereldavontuur settelden we ons in hartje Gent. Ook wij evolueerden, maar wel allebei op onze manier. Hij bleef avonturieren en uitgaan. Ik werd dat leven spuugzat. Na de spreekwoordelijke druppel was er geen weg meer terug. Nog diezelfde dag stond mijn vader met een busje op de stoep om mijn spullen in te laden en te vertrekken. Ik ging weer bij mijn ouders wonen. Omdat ik op mijn eentje geen eigen woonst kon bekostigen. Maar ook omdat ik nood had aan rust en regelmaat. Ik snakte naar gezelligheid in mijn leven. Gelukkig deelden mijn ouders en ik enkele interesses. Ik heb er een klein jaar gewoond. Tot ik weer de kracht had om op eigen benen te staan. Nu woon ik twee jaar op mijn eentje. Maar ik denk nog vaak terug aan dat boemerangjaar. Blij dat ik dat noodgedwongen heb meegepikt. En neen, we liepen elkaar toen niet in de weg. Omdat we elkaar met rust lieten. Ik mocht gaan en staan waar ik wilde, zolang ik het mijn ouders op voorhand zei. Zij hoefden met mij geen rekening te houden. Ik trok mijn plan wel als ze er niet waren. Het is niet evident om na jaren weer bij je ouders te gaan wonen. De juiste afspraken en een open communicatie zijn ontzettend belangrijk. Dat hadden wij gelukkig snel door.”

Marianne zocht bewust de geborgenheid van toen terug op. Een gegronde reden om opnieuw bij haar ouders in te trekken. Maar toch is dit niet de meest voor de hand liggende reden. Volgens Dimitri Mortelmans, hoogleraar aan de faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen van de Universiteit Antwerpen, kunnen we twee grote groepen boemerangkinderen onderscheiden. “De eerste grote groep zijn de volwassen kinderen die een relatiebreuk achter de rug hebben. De tweede groep kreeg een economische tegenslag te verwerken. Dat zorgt voor een duidelijk verschil. Degenen die terugkeren om economische redenen zijn jonger. Als je al enige tijd zelfstandig bent, is de kans op een financiële buffer groter. Jonge mensen hebben die buffer vaak niet. Ook de afstand en psychologische drempel om terug naar huis te gaan, is kleiner als je nog maar pas bent uitgevlogen. Je oude slaapkamer is hoogstwaarschijnlijk nog intact. Je kunt je leven van toen gemakkelijker terug opnemen. Dat is anders voor de groep die na een echtscheiding opnieuw bij mama en papa op de stoep staat. Meestal gaat het om een relatie die enige tijd geduurd heeft. Soms zijn er zelfs kinderen die eveneens bij oma en opa komen wonen. Dat is een ander verhaal. Omdat je als ouder een gezin in huis neemt dat al gevormd was. Een gezin met eigen gewoonten en ritmen. Dat vraagt om een groter aanpassingsvermogen van beide kanten.”

Zo was David (41) vijftien jaar getrouwd met Ina. Samen hebben ze twee tieners van dertien en elf. Ina werd vorig jaar verliefd op een ander. Na enkele weken wilde ze al bij haar nieuwe liefde intrekken. David : “Het huis waarin we woonden, kon ik niet alleen bekostigen. Dus moest ik halsoverkop op zoek naar een andere woonplek. Mijn ouders stelden voor om van hun zolder een tijdelijke plek voor mij en de kinderen te maken. Sindsdien woon ik dus opnieuw thuis. Eén week op de twee zijn ook de kinderen er. Die eerste weken ging alles prima. Maar sinds enkele maanden zijn er vaker spanningen. Zo wil ik tijdens mijn week zonder kinderen zo vaak mogelijk naar buiten. Vrienden zien. Mijn ouders hebben het daar moeilijk mee. ‘We zijn goed voor je als de kinderen er zijn,’ gooide mijn vader me voor de voeten, ‘zodra ze bij hun moeder zijn, zien we je niet meer.’ Hij geeft me het gevoel dat ik profiteer. Bovendien heeft mijn moeder op alles iets te zeggen. Zeker als het over de opvoeding van de kinderen gaat. Ik word steeds weer gecorrigeerd. Ze zien me niet als een vader, maar enkel als hun zoon die, net zoals vroeger, bijsturing nodig heeft. Het feit dat ik veertiger ben en al een eigen leven achter de rug heb, doet er niet toe. Zo staat ook mijn huisraad nog altijd in hun garage. Ze zeggen niets, maar ik zie dat ze zich ook daar aan ergeren. Ze leren een andere David kennen. Een man waar ze nog weinig vat op hebben. Daar wringt het. Ik betaal nu al een tijdje een maandelijks bedrag. Puur om te delen in de kosten. Ik dacht dat dit de lucht wel wat zou opklaren. Tot nu merk ik daar niets van. Ik ben op zoek naar een appartement. Tot die tijd moeten we het met elkaar zien te redden. Het zal gegarandeerd af en toe botsen. Als volwassene bij je ouders wonen, dat is vaak om problemen vragen. Maar wat moet ik ?”

DUIDELIJKE AFSPRAKEN

Ook Annemie (32) ergert zich aan haar moeder, nu ze weer samenwonen. “Ik trok drie maanden geleden bij haar in. Puur omdat ik geen andere keuze had. Mijn vriend zette me van de ene dag op de andere op straat. Sindsdien doet mijn moeder alles voor mij. Ze wast mijn kleren, maakt mijn ontbijt, vult mijn lunchbox, kookt mijn lievelingskost. Ik weet dat ze alles met hart en ziel doet. Maar haar betutteling irriteert. Alsof ik weer haar dochter van vijftien ben. Mijn vader is twee jaar geleden gestorven. Doordat ik weer bij haar inwoon, is er extra leven in huis. ’s Avonds samen televisie kijken, dat vindt ze heerlijk. Zeker als het om haar favoriete serie Thuis gaat. En ik erger me stiekem, maar drink dan toch samen die kop thee. Ja, ik ben een boemerangkind. Tegen wil en dank. Ik snak weer naar mijn vrijheid. Maar ik kan het me financieel niet veroorloven, en dat is frustrerend. Ik voel dat de bom op een dag zal barsten. Puur omdat ik zelf bijna ontplof van frustratie. Maar ik heb geen keuze. Omdat ik nergens anders terechtkan.”

Wie aan een boemerangtraject begint, moet bepaalde dingen goed voor ogen houden. Gebeurt dat niet, dan is dat traject al bij voorbaat gedoemd om te mislukken. Dimitri Mortelmans : “Zo is het belangrijk om elkaars rollen in de nieuwe situatie te respecteren. Heeft je zoon of dochter zelf kinderen als die weer thuis komt wonen, respecteer dan zijn of haar ouderrol. En blijf voor je kleinkinderen enkel een grootouder. Niet altijd even gemakkelijk. Maar toch moet het. Net als duidelijke afspraken maken. Welke financiële bijdrage kan je kind leveren ? In hoeverre kan het in het huishouden meehelpen ? Wat met de privacy ? Als je open afspraken maakt, kom je voor minder verrassingen te staan. Want als ouder heb je sinds het vertrek van de kinderen ook een eigen leven en ritme opgebouwd. Plots zit je weer midden in een levensfase waar je eigenlijk al afscheid van had genomen. Dan loert ergernis al snel om de hoek. Ergernis om de wc-rol die niet werd vervangen. De lege melkfles in de koelkast. De vuile sokken die rondslingeren. De uitpuilende wasmand. De terugkomst van een kind mag dit nieuwe leven niet op het spel zetten.”

Dat deed de terugkomst van Louise (32), de dochter van Carine (58), wel. Carine : “Plots staat je dochter van bijna dertig weer voor de deur. Al die jaren woonde ze alleen. Door een grote financiële tegenslag moest ze haar appartement opzeggen. Dus vroeg ze ons of we haar even wilden helpen om onderdak te geven. Maar ‘even’ is intussen al twee jaar en dat begint te wegen. Omdat mijn man en ik voordien zo’n druk leven hadden en bijna nooit thuis waren. Nu wil ik er wel zijn. Voor haar. Bovendien hadden we met ons tweetjes een eigen draai in het leven gevonden. Toen ze vertrok, voelde het echt als een nieuwe levensfase. Andere vrijheden. We moesten met niemand rekening houden. Ook niet in huis. Nu moet dat wel. Alles wordt gedeeld. Van ijskast tot televisie. Dat is niet altijd even simpel. We zijn nu twee jaar verder. Ze maakt geen aanstalten om snel het huis uit te gaan. Maar we kunnen haar toch moeilijk op straat zetten ? Ze blijft onze dochter. Voor een kind doe je toch alles, niet ?”

EEN STAP IN SCHOONHEID

We hebben net een economische crisis achter de rug. Het wordt steeds moeilijker om een job te vinden of houden. Bovendien stijgt ook het aantal scheidingen. De combinatie van de twee is de ideale voedingsbodem voor nog meer boemerangkinderen. Maar er is meer. Dimitri Mortelmans : “Ook het psychologisch klimaat van ouderschap is de laatste jaren zo veranderd. Denk maar aan het fenomeen ‘hotelmama’ waarin we duidelijk merken dat jongeren de stap om zelfstandig te gaan wonen heel bewust uitstellen. Afstuderen en meteen op eigen benen staan, dat was vroeger een evidentie. Omdat je toen ook veel gemakkelijker een baan vond en de hulp van de ouders niet meer nodig had. Nu ligt dat minder voor de hand. Ook omdat de jongeren van vandaag die stap in schoonheid en comfort willen nemen. De familie aflopen op zoek naar afdankertjes, als een oude tafel, een ongebruikt bed of kasten die nog net goed genoeg zijn voor enkele maanden, dat werkt nu niet meer. Veel jongeren willen eerst bij Ikea langs om helemaal in het nieuw aan dat nieuwe hoofdstuk te beginnen. Voor minder gaan ze niet. Ook dat verhoogt de drempel om een eigen leven te beginnen. Bovendien wordt dit ook helemaal aanvaard. Het taboe rond langer thuiswonen is veel kleiner. Dat is net zo als het om volwassen kinderen gaat die na een tijdje weer bij de ouders aankloppen. Vorige generaties moesten op eigen benen staan om voor de buitenwereld hun volwassenheid te bewijzen. Nu is dit echt niet meer zo.”

Jongeren hebben nu ook een andere band met hun ouders. De grote generatiekloof is er niet meer. De regels en grenzen die ouders stelden en de ruimte die kinderen kregen om deze regels en grenzen bij te stellen zijn veranderd. Omdat ouders in moderne ‘onderhandelingsgezinnen’ soepele regels hanteren, is de kans op conflicten kleiner dan in de ‘bevelshuishoudingen’ van vroeger. Ook dat verlaagt de drempel om terug naar de ouders te gaan. Miet Timmers : “Helikopterouders noemen we ze soms. Ouders die langer boven hun kinderen blijven cirkelen. Daardoor hebben ze ook een grotere impact op het leven van die kinderen. Ze blijven hen langer ondersteunen, ook dat stimuleert het ‘boemerangen’. Kind is koning, dat blijft vaak ook zo als dat kind volwassen is.”

PRIVACY VOOROP !

Die eerste weken of maanden samen onder dat ene dak verlopen meestal vrij vlot. De spanningen komen vaak later. Vooral als er geen einddatum in zicht is. Hoe pak je dat als ouder én als kind het beste aan ? Miet Timmers : “We deden recentelijk nog onderzoek. Het is opvallend hoe weinig afspraken worden gemaakt voordat het kind komt inwonen. ‘Dat loopt wel los’, denken de meeste betrokkenen. Alsof er een taboe rust op het maken van afspraken met je kinderen. Maar net daardoor ontstaan er vaak kleine en grote misverstanden. Er wordt heel weinig vooraf geregeld. Hoe doen we dat financieel ? Moeten zoon of dochter huur betalen ? Wat met de kosten voor eten en drinken ? Kan zoon of dochter zomaar de koelkast leegplunderen ? De benen onder tafel schuiven zonder zelf iets te doen ? Poetsen ? Strijken ? De tuin onderhouden ? Wie doet wat ? Het is ook belangrijk om naar de andere broers en zussen te luisteren, ook degenen die al het huis uit zijn. Bekijk met zijn allen de impact en consequenties op voorhand. Het kan voor wrevel zorgen met broers en zussen die wel zelf in hun levensonderhoud voorzien.”

“Ook de privacy is belangrijk als je thuis een boemerangkind en de eventuele kinderen rondlopen hebt. Als ouder moet je van dag één beseffen dat je een stuk privacy afgeeft. Er wonen plots andere mensen in huis. Ze staan plots in jouw badkamer. Maar ook als boemerangkind lever je autonomie in. In jouw huis was jij de baas, maar als boemerangkind is dat niet meer zo. ‘Hoe garandeer je de privacy van beide partijen ?’ is eveneens een vraag die aan het begin van de boemerangperiode moet worden gesteld.”

“En tot slot : laat je als ouder je volwassen kind weer bij je inwonen, enkel en alleen omdat je het gevoel hebt dat je dit als ouder moet doen ? Dan zit de basis al fout. Het mag geen verplicht nummer zijn, maar je moet allemaal de meerwaarde kunnen inzien van de nieuwe situatie. Dat allemaal kunnen uitspreken, geeft het boemerangproject zoveel meer kans op slagen.”

Door Barbara Claeys

“Het is niet evident om na jaren weer bij je ouders te gaan wonen. Afspraken en een open communicatie zijn ontzettend belangrijk”

“We kunnen haar toch moeilijk op straat zetten ? Ze blijft onze dochter. Voor een kind doe je toch alles, niet ?’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content