Cosmetica is eeuwenoud, toch komt er pas sinds vorige eeuw enig professionalisme aan te pas. Ook het wettelijke kader is vrij recent, maar broodnodig : cosmetica gaat immers steeds meer de medische toer op.

De Oude Egyptenaren en Romeinen stonden al bekend als fervente gebruikers van make-up en zelfs antirimpelverzorging. Maar toch duurde het tot het begin van de twintigste eeuw voor de zaken wat wetenschappelijker werden aangepakt. Het ontstaan van grote merken als L’Oréal en Nivea, belangrijke ontdekkingen zoals vitaminen en zonnefilters en de ontwikkeling van wetenschappelijke testmethoden professionaliseerden de sector in ijltempo. Eindelijk wordt er ook werk gemaakt van een degelijk wettelijk kader, wat de kwaliteit en veiligheid van de producten zeker ten goede komt, maar de wet kan het tempo van de industrie nauwelijks volgen en blijft vaak achterophinken. Toch is dat een prioriteit, omdat cosmetica almaar meer medische aspiraties vertoont.

Logisch, want veel bekende cosmeticanamen behoren tot grote groepen die vaak ook actief zijn in de medische of chemische sector. Cosmeticalabs worden geleid door wetenschappers en het personeel is steevast hoogopgeleid : “Mijn mensen zijn echte wetenschappers”, zegt Daniel Maes, vice-president onderzoek & productontwikkeling van Estée Lauder. “Iedereen die bij mij werkt, heeft een doctorsgraad.”

Volgens Marie-Hélène Lair, doctor in de farmacie en werkzaam bij Chanel, is die professionalisering een must “om aan de vraag naar innovatie te kunnen voldoen”. Die ontwikkeling is al tien jaar bezig, volgens Maes : “Grote bedrijven investeerden enorme bedragen in het verbeteren en verhogen van onderzoek in cosmetica en daar plukken we nu de vruchten van. We presenteren onze onderzoeksresultaten op medische congressen, waar dan over wordt gediscussieerd met andere wetenschappers.”

Maes geeft toe dat de cosmetica-industrie in wetenschappelijke kringen nog altijd met een imagoprobleem zit, maar volgens hem is dat stilaan aan het veranderen : “Wanneer ik mijn presentatie begin, hebben veel wetenschappers zo’n lachje om de mond, maar dat verdwijnt als ze het geduld hebben om te luisteren. De resultaten spreken voor zich. Sommige wetenschappers stellen zelf voor om samen te werken. En ook de farmaceutica zoekt contact : Pfizer bijvoorbeeld wil graag een licentieakkoord voor enkele van onze technieken. Dat zie ik als een compliment, want die megafirma’s hebben budgetten die veel groter zijn dan de onze. Als ze bij ons aankloppen, wil dat toch iets zeggen.”

De samenwerking met de wetenschappelijke wereld wordt steeds nauwer : onderzoek is namelijk een geldverslindende activiteit en dus gevoelig voor sponsoring, maar ook cosmeticamerken doen er hun voordeel mee : de onderzoeksresultaten zijn een interessante basis voor productontwikkeling en de associatie met een gerenommeerd wetenschappelijk instituut verleent een enorme geloofwaardigheid aan het merk.

Clinique had er zeven miljoen dollar voor over om zich te associëren met het Weill Medical College aan de Cornell University van New York. Het merk financiert er de oprichting van The Clinique Wellness Center, een onderdeel van een nieuw dermatologisch centrum, waar symposia zullen worden georganiseerd over de laatste bevindingen en waar onderzoek gedaan zal worden naar immuniteitssystemen van de huid en stress. In ruil krijgt het merk als eerste toegang tot de onderzoeksresultaten. Chanel heeft zich verbonden aan het CERIES, het centrum voor epidermaal en zintuiglijk onderzoek, en het Zwitserse Ecole Polytechnique Fédérale de Lausanne ontwikkelde voor Valmont een methode voor huidanalyse en een index voor antirimpelwerking om de efficiëntie van hun producten te kunnen nagaan. Ook Estée Lauder heeft samenwerkingscontracten lopen met veertig universitaire laboratoria. “Niet noodzakelijk om producten te ontwikkelen, maar om erachter te komen wat er aan de hand is. In vergelijking met elektronica en farmacie heeft de dermatologie een enorme research-achterstand”, aldus Maes.

Dior kreeg de hulp van niet minder dan een Nobelprijswinnaar : bij de ontwikkeling van de nieuwe verzorgingscrème Hydraction gebruikte het merk de bevindingen van Peter Agre, die met de ontdekking van de aquaporines in 2003 de Nobelprijs voor Chemie won. Deze proteïnen zijn van nature aanwezig in de lipidenlaag rond het celmembraan en vormen kanalen waarlangs vocht tussen de cellen en weefsels kan bewegen. Naarmate men ouder wordt, daalt het aantal aquaporines en hydradeert de huid dus minder goed. Dior ontwikkelde een complex dat de productie van de aquaporines en de waterstroom stimuleert, om een langdurige hydratatie te verzekeren.

Ook Lancôme schakelde een expert in : voor Resurface Peel, een glycolzuurpeeling voor thuisgebruik, werd samengewerkt met Tina Alster, een Amerikaanse professor in de dermatologie aan de Georgetown University in Washington, die gespecialiseerd is in gelaatspeelings.

Die ‘verwetenschappelijking’ laat zich uiteraard ook voelen in het soort producten dat de laatste tijd gelanceerd wordt. Het leeuwendeel van de cosmetica is tegenwoordig geïnspireerd door een van de grootste trends in de strijd tegen huidveroudering : de esthetische chirurgie. Met namen als No Surgetics Plasti Sculpt ( Givenchy), Succeslaser ( Guerlain) en Collagenist ( Helena Rubinstein) die alluderen op de populairste ingrepen in het dokterskabinet positioneert deze cosmetica zich als een minder ingrijpend alternatief voor de naald of het scalpel. Vorig jaar waren de morfologische principes van een facelift – ronde gezichten hebben vooral te kampen met verslapping, hoekige, magere types verliezen vooral volume – een populair thema, dit jaar gaan Vichy, Roc en Lancôme nog een stapje verder met dermabrasieën en peelings in doe-het-zelfkits. Estée Lauder en Chanel stellen hun cosmetische alternatieven voor fillers en botoxinjecties voor.

Zijn die producten veilig ? “Wettelijk gezien zijn er geen beperkingen opgelegd qua concentratie voor dergelijke producten, enkel die van het gezond verstand”, stelt dr. Maes. “Een te hoge dosis van bepaalde activa geeft irritatie en dat willen we niet. Als je veiligheidsproblemen riskeert, ben je als merk wettelijk verantwoordelijk. En die verantwoordelijkheid werkt zelfregulerend : geen enkel merk wil huid- of allergieproblemen veroorzaken, dus nemen we geen risico’s en worden alle producten grondig getest. ” n

Sofie Albrecht

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content