CLAUS’ BRUID

Heel wat Vlaamse gezelschappen nemen dit seizoen een stuk van Hugo Claus op de affiche. Verwonderlijk daarbij is dat “Een bruid in de morgen” vrijwel nergens voorkomt. Nochtans bezit deze vroege Claus (in 1953 geschreven) zo’n intrinsieke kracht, dat nog vele boeiende benaderingen mogelijk zijn.

Op 21 januari (20 u.30) komt het Nederlandse gezelschap De Wetten van Kepler voor een eenmalige voorstelling van “Een bruid in de morgen” naar De Werf in Brugge.

Regisseur Wim Berings benadrukt in beeld- en speelstijl de surreële sfeer van het stuk. Dat legt mekanismen bloot die werkzaam zijn binnen een gezin waarvan de leden het zeer moeilijk hebben met het inrichten van hun leven.

Van 18 februari af zal ook het Gentse, niet-professionele gezelschap La Barraca in Arca een aantal voorstellingen spelen van “Een bruid in de morgen” in een regie van BRTN-producer Winnie Enghien.

– Reserv. : ((050) 33.05.29 (De Werf, Brugge) ; (09) 225.18.60 (Arca, Gent).

CORIOLANUS

Met “Coriolanus” speelt het Nederlands Toneel Gent (NTG) een minder bekend stuk van Shakespeare, dat al vaker op “onwil, verontwaardiging of koelheid stuitte”, aldus NTG-dramaturg Wim Vangansbeke. Hij noemt “Coriolanus” weerbarstig, stug en hard en niet zelden cynisch. Vond dit stuk in de loop der tijden maar weinig bewonderaars, Bertolt Brecht nam het graag als uitgangspunt voor zijn “Koriolan” en maakte het aspekt van de klassenstrijd tot hoofdmotief.

“Coriolanus” blijft zeer aktueel, want “de parallellen met vandaag liggen voor het grijpen” : nationalisme, burgeroorlog, burgerlijke ongehoorzaamheid. Het stuk stelt ook begrippen als demokratie, Realpolitik en partijpolitiek in vraag en verwijst naar de roep om en de weerstand tegen een “sterke man” en naar de aloude spanning tussen enkeling, massa en overheid.

“Coriolanus” wordt van 21 januari (19 u.30) af in de Gentse stadsschouwburg aan het Sint-Baafsplein, gespeeld. Ulrich Greiff regisseert een uitgebreide NTG-ploeg en licht op 5 februari (11 u.) in de KNS tijdens een foyergesprek met Freek Neirynck, zijn regie toe.

– Reserv. : (09) 225.32.08. (NTG).

EVENWICHT

In Teater Tinnenpot (Tinnenpotstraat, Gent, onder Arca-beheer) wordt “Het evenwicht” gespeeld, een zeer recent stuk van Botho Strauss. Na de wereldpremière in Salzburg in 1993 sprak men van een “on-evenwicht”, maar iedereen was het erover eens, dat “Das Gleichgewicht” enorm veel aspekten inhoudt.

Voor de Arca-produktie in Gent tekent Dirk Buyse voor de regie en zorgen Nand Buyl, Hans De Munter, Koen De Sutter, Mia Grijp, Rik Hancké, Bob Snijers en Rita Wouters voor de vertolkingen in een vertaling van Robin Maekelbergh.

“Het evenwicht” kan gezien worden als één grote metafoor voor de gespletenheid van de wereld en zeer konkreet voor de vroegere verdeeldheid van Duitsland dat 5 jaar geleden, niet onverdeeld toegejuicht, opnieuw verenigd werd.

De handeling in dit stuk gaat over Lilly Groth die getrouwd is met de veel oudere Christoph, professor in de vrije-marktekonomie, die voor een jaar naar Australië gaat doceren. Lilly blijft in Berlijn en beiden stellen dus gedurende een jaar hun wederzijdse liefde op de proef.

Christoph komt in Australië in de ban van de Zen-filozofie en probeert door middel van de kunst van het boogschieten zijn eigen bestaan en dat van Lilly in een perfekt evenwicht te brengen. Maar Lilly blijkt meerdere levens te leiden. “Het evenwicht” is nog te zien tot eind februari.

– Reserv. : (09) 225.18.60 (Arca).

ZWAK/STERK

Blauwe Maandag Cie (BMCie) brengt met de kreatie in het Nederlands van “Les forts, les faibles” (“Zwak/Sterk”) twee belangrijke Franstalige teatermakers onder de aandacht : auteur Jean-Marie Piemme en regisseur Philippe Sireuil.

Jean-Marie Piemme (1944) studeerde af op vertelstrukturen in televisiefeuilletons. Als dramaturg was hij bedrijvig in operahuizen in Brussel, Frankfurt en Amsterdam en werkte, eveneens in Brussel, bijThéâtre Varia samen met Philippe Sireuil.

Sinds 1986 schrijft Piemme voor teater en film en een paar van zijn stukken zijn vertaald in het Duits en het Nederlands. “Ça va craquer” werd een paar seizoenen geleden door TheaterTeater uit Mechelen in het Nederlands gecreëerd. Marc Didden zal “La femme au carnet noir”, op een script van Piemme, verfilmen.

Philippe Sireuil (1952) is sinds 1982 artistiek direkteur van Théâtre Varia en als regisseur zowel met opera als met toneel bezig. Behalve werk van Piemme regisseerde hij onder meer “Dans la jungle des villes” (“Im Dickicht der Städte”) van Bertolt Brecht. Onlangs regisseerde hij ook een opmerkelijke “Don Giovanni” bij de Opéra de Wallonie. Zijn regie van “Scandaleuses”, een stuk van Jean-Marie Piemme, was verleden zomer te zien in Avignon. Sireuil staat gewoonlijk ook zelf in voor het lichtkoncept en doet dat ook nu voor “Zwak/Sterk” bij BMCie.

In “Zwak/Sterk” (Nederlandse vertaling van Frans Denissen) zijn de personages onaf evenals hun handelingen en verhalen. Zo ontstaat ruimte voor een scala van emoties en situaties die niet expliciet getoond of besproken worden, maar toch herkenbaar aanwezig zijn.

“Zwak/Sterk” wordt gespeeld door Jakob Beks, François Beukelaers, Reinhilde Decleir, Els Dottermans, Wim Opbrouck, Hans Roijaards, Karlijn Sileghem, Erik Van Herreweghe, Guy Van Sande. Tot 21 januari (20 u.) in Vooruit, Gent. Daarna op toernee tot 11 maart.

– Reserv. : (09) 233.82.01 (Vooruit). Info : (09) 233.64.62 (BMCie).

ROGER ARTEEL

Karlijn Sileghem, een onaf personage in “Zwak/Sterk” van Blauwe Maandag Cie.

SCHRIJNEND

“Hoe krijg je twintig joden in een Volkswagen ? Drie voorin, drie achterin en de rest in de asbak. ” Deze en gelijksoortige “jodenmoppen” komen voor in “Jubileum”, een stuk van Georg Tabori. Het werk van Tabori wemelt van dit soort schrijnende humor. Schrijnend omdat Tabori niet alleen zeer hardvochtig en met een grondige hekel aan goede manieren omspringt met een aantal heilige huisjes. Schrijnend ook omdat Tabori, die in 1914 in Boedapest werd geboren, de gruwelen van het Derde Rijk kent uit eerste hand : zijn Hongaars-joodse vader en familie werden vermoord in Auschwitz.

Tabori weet dus waarover hij spreekt. Maar hij is altijd intelligent genoeg geweest om de massale vernietiging van de joden in een ruimer verband te zien. Hij houdt niet van veralgemeningen en stereotypen. Hij hoedt zich ervoor om zwart-witportretten te schetsen van slechte Duitsers en zielige joden. Zijn stelling is dat iedereen in wezen een stukje fascist is, dat liegen en bedriegen onhebbelijkheden zijn die in alle mensen ingebakken zijn en dat het kwaad enkel kan ontmaskerd worden met humor, hoe cynisch ook.

Vorig jaar trok Theater Antigone door Vlaanderen en Nederland met een interessante enscenering van Tabori’s “Mein Kampf”. Dit seizoen kan men in twee grote teaters in Brussel twee totaal andere stukken van de 81-jarige Tabori ontdekken.

Bij de Koninklijke Vlaamse Schouwburg spelen Bert André, Jef Demedts en Chris Thys “Requiem voor een Spion”, een stuk over verraad waarin Tabori ervaringen verwerkte uit de tijd dat hij werkte bij de Britse inlichtingendienst in Istanbul. De regie van deze produktie, nog te zien t/m 5 februari, is in handen van Jean-Claude Berutti, een Fransman die vorig jaar twee stukken van Goldonicreëerde bij het Théâtre National.

Bij dat Théâtre National vindt deze week de première plaats van “Le Courage de ma Mère”, een autobiografische tekst die Tabori in 1979 als hoorspel schreef voor de Duitse radio. Tabori vertelt daarin het absurde verhaal van zijn moeder die in 1944 met de jodentrein naar Auschwitz werd gevoerd, maar na diverse vernederingen als bij mirakel ontsnapt aan de dood. De rollen van moeder en zoon worden vertolkt door Yvette Théraulaz en Jean Bollery. De regie is in handen van Philippe Van Kessel, de direkteur van het Théâtre National die vorig seizoen met “La Conquête du Pôle Sud” één van de mooiste grote-zaalprodukties van de jongste jaren afleverde. Philippe Van Kessel voelt een grote affiniteit met Tabori’s werk, niet in het minst omdat ook zijn joodse familie omkwam in koncentratiekampen. Volgend seizoen regisseert Van Kessel “Weissman und Rotgesicht”, een stuk van Tabori dat een paar seizoenen geleden op het repertoire stond van De Trust. “Le Courage de ma Mère” is bij Théatre National te zien t/m 4 februari.

– Reserv. : (02) 217.69.37 (KVS) en (02) 217.03.03.

KEUKENINTRIGES

Als zoon van een arbeider uit een Londense volkswijk moest Arnold Wesker vroeg zijn kost verdienen. Een van zijn jobs was patissier-leerjongen in een hotel in Londen. Op basis van de daar beleefde avonturen schreef Wesker in 1959 “The Kitchen”, een stuk waarin de intriges tussen koks en diensters in een keukenbedrijf uitgroeien tot een metafoor voor de oppervlakkige relaties binnen de helse machine die de westerse konsumptiesamenleving is.

Weskers debuut sloeg bij de kreatie in 1961 in als een bom en werd kort daarna overal opgevoerd. Zijn suksesstuk blijft toneelmakers uitdagen. In september 1995 zal Dirk Tanghe op uitnodiging van de Rotterdamse Schouwburg “De Keuken” regisseren in een loods in de haven van Rotterdam. Tussen 2 en 14 juni wordt “De Keuken” in een regie van Johan Van Lierde op lokatie gespeeld in Turnhout, een samenwerkingsprojekt van de Warande en een reeks Kempense amateurgezelschappen. Deze week gaat “De Keuken” in première bij de KNS. Hier voert Ronnie Commissaris de regie ; hij was ooit zelf aktief in het restaurantwezen en is nu hoofddocent aan het Brussels Conservatorium en als televisieregisseur verantwoordelijk voor VTM-series als “De Kotmadam”. Bij de KNS wordt “De Keuken” gespeeld door o.a. Frank Aendenboom, Katrien Devos, Leo Madder, Marilou Mermans en Denise Zimmerman. Voorstellingen van 21 janauri t/m 18 februari.

– Reserv. : (03) 231.07.50.

SMAAKMAKERS

Sedert enige tijd opereert Pat Van Hemelrijck vanuit De Smaakmakerij, een leegstaande ruimte bij het Brusselse Noordstation, waarin jarenlang de firma Universal Flavors huisde. In dit post-industriële pand doet Pat nog steeds wat hij destijds al deed bij het komische kwartet Radeis, nl. gekke objekten maken en ze proberen in te passen in teatrale installaties die uitdrukking geven aan zijn kinderlijke fantazie. Hij krijgt daarbij assistentie van geestesverwanten als technicus Koen De Smet en akteur Marc Peeters. Met zijn drieën vormen ze het Alibi Collectief. Hun nieuwste produktie “De Smaakmakers” gaat over de geschiedenis van de film. De première vindt plaats op 19 januari in De Smaakmakerij. Voorstellingen tot en met 31 januari. Daarna volgt een lange toernee door Vlaanderen en Nederland.

– Info : (02) 201.03.69.

EN OOK NOG

– “Das Wasserrad” : liederenprogramma door laatstejaarsstudenten Studio Teirlinck, van 23 t/m 31/1 in de Studio in Antwerpen. Reserv. : (03) 231.54.65.

– “De Tramlijn die Verlangen heet” : Chris Nietvelt, Katelijne Damen, Johan Van Assche e.a. spelen een klassieker van Tennessee Williams in een vertaling van Eric De Kuyper en in een regie van Ivo Van Hove. Deze produktie van het Zuidelijk Toneel toert, van 20 januari t/m 4 maart, door Nederland. Info : (00-31) 40/33.36.33.

EDWARD VAN HEER

Pat van Hemelrijck (links) en Marc Peeters aan het werk in hun Smaakmakerij.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content