PIETER STOCKMANS

© DIEGO FRANSSENS

Ik heb eigenlijk nooit iets nieuws gemaakt in het serviesgoed. Zoveel verandert er niet in de eetgewoonten om voortdurend nieuw servies nodig te hebben. Ik maak cilinders en kubussen. Kun je zeggen dat dat nieuw is ? Nee toch ? Maar ik heb het wel in andere reeksen gemaakt, met andere verhoudingen en met persoonlijke accenten waardoor het een eigentijds verhaal werd.

Alle lelijke dingen zijn wél door vormgevers gemaakt. Mijn studenten kregen dit honderd keer te horen. Ik heb 29 jaar lang het vak industriële vormgeving gegeven, tot mijn 58. Een leraar is een katalysator, hij beïnvloedt de snelheid van een bepaalde reactie zonder zélf brandstof te zijn. We bespraken alles in groep. Dan hoef je een opmerking geen tien keer te herhalen, en als je iets toch tien keer zegt, is het er zeker ingegaan. Je hebt evenveel aan de kritiek van de studenten als aan die van de leraar.

Na mijn dood moet mijn atelier een vervolg krijgen. Ik signeer mijn vrij werk met mijn roepnaam Piet. Maar daarnaast is er het merk Pieter Stockmans. Daaronder valt alles wat hier in het atelier door mij ontworpen, maar niet noodzakelijk door mij is gemaakt. Wij werken met zeven mensen hier, onder wie mijn dochter en mijn schoonzoon.

Alles in de natuur is mooi, omdat het natuurwetten zijn die zulke vormen creëren : zwaartekracht, entropie… Daar kun je als ontwerper niet tegenop. In Krimp, de jongste expo van mijn vrije werk, heb ik de natuur daarom het meeste werk laten doen.

Als ik een beetje in de put zit, dan ga ik er eens mee rammelen. In 2006 bedacht ik bijvoorbeeld de ideale stad Limburg. Een stad van porselein, die wel gebroken kan worden, maar nooit vernietigd. De hele cultuurgeschiedenis bestaat uit potscherven, anders zouden we niets weten. De hele wereld zou over duizenden jaren nog naar die stad komen kijken.

Je zult nooit de beste worden, als je iets doet waar je hart niet naartoe gaat. Wat je ook studeert, je moet zorgen dat je er de beste in wordt. Ik ben een streber. Ik word volgend jaar 75, maar ik stop pas met werken als ik sterf.

Als je met jonge mensen in contact blijft, blijf je jong. Raf Simons, Casimir, Linde Hermans, Jan Boelen, Roel Vandebeek, Michaël Verheyden, Wim Segers, Luk Vanderhallen, ze zijn allemaal bij ons afgestudeerd. En ze komen allemaal nog geregeld. Ik wil weten waar jongere generaties mee bezig zijn. Het voedt mij, ik leef daarvan.

Kunstenaars hebben een maatschappelijke taak. Als je gebruikmaakt van de voorzieningen van een land, moet je iets teruggeven. Kunstenaars moeten niet aan de rand van de maatschappij leven, maar er midden in. Een kunstwerk is een product, net zo goed als iets anders, dat moet een eigen leven krijgen nadat het gecreëerd is.

Pieter Stockmans (74 jaar) is industrieel vormgever, beeldend kunstenaar en keramist. Hij levert serviezen aan sterrenkoks in binnen- en buitenland, hij maakt eigen series en ontwierp ook voor industriële merken als Mosa en Serax. Zijn atelier in C-Mine in Genk, waar ambachtelijk vervaardigde serviezen en vrij werk tentoon en te koop staat, is deze zomer elke zaterdag en zondag open van 14 tot 17 uur. De tentoonstelling ‘Krimp’ loopt er nog tot eind september. www.pietstockmans.com

DOOR LEEN CREVE & PORTRET DIEGO FRANSSENS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content