De bibliotheek van het MoMu is op zoek naar alle mogelijke documentatie rond Dirk Bikkembergs, zoals defilé-uitnodigingen, catalogi en ander PR-materiaal. Wie kan helpen, kan contact opnemen met Dieter Suls of Birgit Ansoms. De bib zelf is vrij toegankelijk, na reservering. Openingsuren en info : 03 470 27 79, www.momu.be.

H et ModeMuseum in Antwerpen is bekend om zijn kledingarchief, maar de instelling beheert ook een omvangrijk documentatiecentrum.

De tweede verdieping van het monumentale pand in de Nationalestraat herbergt immers een gespecialiseerde bibliotheek. Ze bevat een schat aan informatie over de mode- en textielwereld : van academische studies en encyclopedieën tot lookbooks en defiléopnamen. Er zijn zelfs hobby- en patroonboeken en boekhoudkundige rapporten van modebedrijven in opgenomen. “We hebben meer dan 15.000 werken geïnventariseerd”, zegt hoofdbibliothecaris Dieter Suls.

De basis vormt de wetenschappelijke bibliotheek van het vroegere Provinciale Textiel- en Kostuummuseum Vrieselhof, die met ruim 4500 boeken zowat de hele geschiedenis van het kostuum, de mode en het textiel beslaat. Ze belicht zowel grondstoffen en vezels als ambachten en technische procédés, maar beperkt zich tot West-Europa. Daarom werd vier jaar geleden ook de Stodel-bibliotheek aangekocht, een al even omvangrijke verzameling boeken van de Nederlander Wiebe Stodel. “Daarin staan streekdrachten centraal, zowel in Europa als daarbuiten”, legt Suls uit. “De complementariteit van beide bibliotheken is dan ook onze grote troef.”

Niet minder trots is het MoMu op zijn indrukwekkende tijdschriftenverzameling, met zo’n veertig lopende abonnementen op mode-, kunst- en lifestylebladen en een historische collectie die teruggaat tot 1800. “Vanaf 1830 hebben we van elk jaar tijdschriften”, zegt Suls. “Wie erdoor bladert, kan het hele verloop van de vrouwenmode volgen, van de 19de eeuw tot nu.”

Dankzij giften van het Flanders Fashion Instiute ( FFI) en het Contemporary Fashion Archive, een Europees informatienetwerk waarvan het MoMu een van de vijf partners is, beschikt de bibliotheek echter ook over een ruime verzameling curiosa : van uitnodigingen voor defilés en studententekeningen tot originele schetsen van Belgische ontwerpers. Ook particulieren, al dan niet uit de modewereld zelf, hebben een belangrijke inbreng. Vorig jaar nog schonk een New Yorkse journaliste ruim 200 boeken, veilingcatalogi en lookbooks uit haar eigen archief, gecharmeerd als ze was door het ModeMuseum.

“Om aan materiaal te komen, zijn de juiste contacten heel belangrijk”, benadrukt Suls. “De beste spullen circuleren in een klein netwerk van ontwerpers, journalisten en fabrikanten, die kun je niet in de winkel kopen. Daarom is de steun van het FFI ook zo belangrijk, want zij zitten middenin die scene, terwijl wij meer tot de museumsector behoren.” Een bijkomende moeilijkheid is dat de mode zich van diverse kanalen bedient en kleding nooit op zich staat, zegt Suls : “Er hoort een bepaalde context bij op een defilé, uitnodigingen of etalages in ontwerpersboetieks kunnen de achterliggende ideeën verduidelijken en de kleding verschijnt in modereportages.”

Naast het conserveren van de werken door zuurvrije verpakking en andere ingrepen, en het ondersteunen van het museum in de voorbereiding van tentoonstellingen, wil de bibliotheek ook een publieke rol vervullen. In de leeszaal, 250 m2 groot, kunnen bezoekers de werken gratis raadplegen in afzonderlijke studiecellen, en de ruimte huisvest ook lezingen en symposia. “We willen een laboratorium voor studenten, vorsers, kunstenaars en geinteresseerden creëren,” zegt Suls”, een plek voor zowel studie en informatie als discussie.” Vorig jaar telden Suls en zijn vier medewerkers ruim 2750 bezoekers en honderden mails uit binnen- en buitenland. Het MoMu is dus goed op weg om ook deze doelstelling te halen. n

Tekst Wim Denolf

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content