Bij Volvo speelt design een steeds belangrijker rol. Drie ontwerpers van de nieuwe studio in Barcelona over creativiteit, kwaliteit en een zwevende middenconsole.

Zo’n vijftien jaar geleden begon het begrip design voor Volvo een rol van betekenis te spelen. Dat werd onderstreept met de komst van designer Peter Horbury en de oprichting van het Volvo Monitoring & ConceptCentre in het Californische Camarillo, dat als ontwerpstudio en denktank moest functioneren. De locatie was evenmin toevallig gekozen : veel nieuwe trends ontstaan in het gebied rondom Los Angeles.

In 2001 opende het Volvo Strategic Design Centre in Barcelona zijn deuren en die inplanting contrasteert in allerlei opzichten met Camarillo : in Californië zijn de wegen recht en breed, in Barcelona zijn ze smal. De auto’s zijn veel kleiner in Zuid-Europa en parkeren is er tot een nachtmerrie verworden. En toch is Barcelona de juiste plaats voor innoverende autode- signers.

“Barcelona is de stad van het modernisme, met een prachtige architectuurtraditie”, aldus David Ancona, de chief-designer van het centrum die we op een lentemiddag ontmoeten in het fraaie Casa Berlinguer (1907), waar Volvo is neergestreken. “Bovendien bezit de stad een geweldig sterke designcultuur, bestaan er niet minder dan 45.000 design consultancies en duikt overal een bruisende creativiteit op. Van Xavier Mariscal over Armand Basi, FerranAdria naar de Grupo Tragaluz tot de schoenenmaker Camper, die zich inmiddels op het ontwerpen van hotels en health food heeft geworpen. We zitten hier in het historische stadscentrum niet alleen dicht bij de gebruiker, maar ook ver van het moederhuis in Göteborg. Dat is relatief, natuurlijk, met de moderne communicatiemedia is het toch maar een muisklik ver.”

Ancona wordt in Barcelona omringd door zes designers, twee modelleurs en een studio-ingenieur, “die ook kookt en flessen uitspoelt”. Dat creatieve volkje heeft 250 m2 ter beschikking, staat met de voeten op de grond, maar leeft met het hoofd in de toekomst. “Ons denken begint voorbij de volgende generatie van auto’s, zeg maar de periode 2010-2015 en dat is minder vanzelfsprekend dan het lijkt, want je moet er rekening mee houden dat er tegen die tijd nieuwe materialen, nieuwe technieken en ook nieuwe wetten zullen zijn. Een van de huidige trends is dat mensen hoger willen zitten, they want amorecommandingdrivingposition. Vroeger was een sportieve wagen laag, terwijl een hoge zit nu juist als sportief ervaren wordt. Veiligheid beperkte zich lang tot de inzittenden, zeer binnenkort komen er wetten over de veiligheid van de voetganger. Dat betekent een flexibeler motorkap, die de voetganger bij een aanrijding beter ‘opvangt’ û en dat heeft een serieuze impact op het design. Want als er één aspect is waarop we geen compromissen kunnen sluiten, dan is het wel veiligheid.”

In de studio werkt ook een landgenoot, Nicolas Grammaticopoulos, die uitlegt wat van hem verwacht wordt : “We moeten voorzien wat mensen verwachten en uitzoeken hoe we die verwachtingen inpassen in het interieur. En we moeten nagaan wat we aan de mensen kunnen verkopen om hen het leven aangenamer en het rijden veiliger te maken. Omdat we geloven dat mensen almaar meer tijd in hun wagen zullen doorbrengen, moeten we daarop inspelen met een beter gebruik van hun tijd in de auto – bijvoorbeeld door meer entertainement aan te bieden.”

José Luiz Diaz de la Vega is geboren in Mexico City, was in niet geringe mate verantwoordelijk voor de concept cars die Volvo de voorbije jaren showde en boog zich tegelijkertijd over de nieuwe architectuur, functies en kleuren van zowel interieur als van het uiterlijk van de Zweedse auto’s. “Waar je zelf naar kijkt, is belangrijker dan waar je buurman naar kijkt, blijft onze stelling. Dat verklaart onze groeiende belangstelling voor het interieur. Maar we hebben ook zeventig jaar geschiedenis achter de rug en een zekere Swedishness, en die staat voor harmonie, zorg voor het milieu en voor de anderen – waarvan veiligheid eigenlijk een verlengstuk is. Maar Zweden zijn ook functioneel en daarom hadden onze breaks altijd een wat vierkante vorm : daar gaat namelijk het meest in. Onze eigenheid ligt ook in stijlkenmerken als de stevige schouderlijn. Maar we zweren bij tijdloosheid en dat betekent dat we niet meelopen in vluchtige trends, waardoor onze producten ook langer meekunnen. Dat is de filosofie van nuchtere mensen die geen geld over de balk gooien, liever investeren in kwaliteit en duurzaamheid en daardoor ook ecologisch goed scoren.”

“Die nuchterheid vind je ook terug in het bannen van al te veel toetsen. Een moderne auto heeft zoveel functies dat je al snel met een compleet klavier toetsen zit, en dan kun je rustig van visuele pollutie spreken. Dat is vreselijk omdat veiligheid ook te maken heeft met eyes on the road, hands on the wheel. Beperk dus het aantal toetsen en zorg ervoor dat je ze blindelings kunt vinden. Bij Hasselblatt – niet toevallig ook Zweeds – hadden ze dat al lang in de gaten : ze maken stevige, kwaliteitsvolle en eenvoudig te bedienen camera’s die ook nog op de maan en met een ruimtepak aan gemakkelijk te hanteren zijn. Zelf streven we ook naar die eenvoud. Om de bestuurder te helpen, richten we het dashboard discreet naar hem toe, zodat hij makkelijk een goed overzicht krijgt van de bedieningsorganen. Ik omschrijf onze taak weleens als the art of anticipation and action.

“Bij de SCC concept car duwden we het veiligheidsaspect tot aan de limiet en de wereld was daar zo door verbaasd dat we de wagen kwijtspeelden aan het Smithsonian Institute in Washington. Een groep vrouwen zette de YCC ineen met vrouwvriendelijke oplossingen en met de 3CC toonden we hoe een moderne auto vriendelijk kan zijn voor milieu én gebruiker en tegelijkertijd toch weer heel functioneel. Maar we zijn ook mensen, en zorgen graag voor een menselijke toets : handmade care of details, steken op een kussen, of luxetrekjes zoals je die op speedboten vindt waar luxe en functionaliteit hand in hand gaan.”

Zwevend instrumentenpaneel

De Engelse ontwerper Guy Burgoyne is pas 35, creëerde de eerste Volvo XC (cross country), maar is vooral trots over zijn zwevende middenconsole in de S40 en de V50. Hij houdt van snowboarden en reizen, rijdt een Austin Healey Sprite uit 1962, zit al tien jaar bij Volvo en noemt zich shapedesigner, vormgever van vormen. Hij vindt dat designers hun inspiratie niet uit autotijdschriften moeten halen, want die tonen alleen producten die al voorbij zijn.

“Ook op autosalons zul je me niet vinden, omdat zo’n bezoek ongeveer hetzelfde is als de krant van gisteren lezen. Maar ik ga wel naar de meubelbeurs in Milaan en ik kijk aandachtig naar de styling van sportschoenen en gsm’s, omdat de evolutie daar veel sneller gaat. Maar ik mag evenmin uit het oog verliezen wie onze klanten zijn : we mikken op consumenten die veeleisend zijn bij hun keuze van zowel waterketels als horloges. En dus minstens zo kritisch voor hun nieuwe auto.”

“Ik hang graag een inspirationboard op in de studio waarop zowel een Dualit-toaster als een mooie chronometer of een elektrisch scheerapparaat prijken – voorwerpen met een tijdloze lijn. Maar ik wijs medewerkers ook op de kwaliteit van het lederen handvat van een golfclub, of de pure lijnen van een afstandsbediening van een B&O televisie die stevig in de hand ligt, zeer functioneel en duidelijk is. Het probleem is dat het jaren duurt voor een auto op de markt komt en dat je zowel ingenieurs, de-signers als boekhouders op één lijn moet zien te brengen, want het eindproduct moet vernieuwend, betaalbaar en toch begeerlijk zijn.”

Een van Burgoynes huzarenstukjes is het fameuze zwevende instrumentenpaneel in de Volvo 40 en 50-series. “We wilden de inzittenden het gevoel geven dat ze zich in een lichte en ruimtelijke omgeving bevinden in plaats van in een auto. Het Scandinavisch meubelontwerp met zijn heldere en rechte lijnen en vooral de beroemde Myran-stoel van ArneJacobsen uit de jaren vijftig vormden de basis. Die was gemaakt van gebogen hout en had de perfecte vorm die wij ook wilden gebruiken. Vervolgens moesten we dat mooie, eenvoudige design combineren met hightechmaterialen en -functies. Uiteindelijk kwamen we tot de conclusie dat het bedieningspaneel van de middenconsole dezelfde logica en hetzelfde elegante ontwerp zou moeten hebben als de afstandsbedieningen voor audio en tv thuis, met vooral het mooie exemplaar van Bang & Olufsen voor ogen.”

Het zwevende bedieningspaneel laat aan de achterzijde een open opbergruimte vrij die discreet verlicht wordt. Een ideetje dat Burgoyne opdeed bij de verlichte toetsen van gsm’s. “We willen niet alleen aan de perceptie van ruimte werken, we willen ook ruimte creëren.”

Op concept cars worden al jaren prachtige, elegante en ragfijne stoelen getoond die schoonheid en ruimte weten te verenigen. Wanneer krijgen we die in productiemodellen te zien ?

“Voor ons komt het eropaan om voldoende stevig én betaalbaar materiaal te vinden dat we eenzelfde sterkte kunnen geven en vooral in eenzelfde zitcomfort als de huidige stoelen. Geloof mij, die parameters samenbrengen is geen eenvoudige klus. Maar we komen eruit.”

Maar boven alles willen Volvo’s meer bieden dan de passant verwacht. Oplossingen zitten vaak op een tweede niveau, worden pas duidelijk bij het gebruik, zoals de verzonken haakjes voor tassen. Volvo-design staat ook voor understatement, of zoals Burgoyne het formuleert : Volvoisnot aboutscreaming, it’saboutlistening. En luisteren doen ze in Barcelona.n

Tekst Pierre Darge

“We lopen niet mee in vluchtige trends, waardoor onze producten ook langer meekunnen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content