:: Reacties : jp.mulders@skynet.be

Het paradijs op aard

Wordt in den echt gevonden

Als liefde man en vrouw

Houdt met elkaar verbonden.

De spreuk staat in sierlijke letters op een bordje van klatergoud. Ik vond het ooit op een rommelmarkt, en heb het voor de aardigheid in mijn bureau gehangen, als herinnering aan de tijden waarin mensen samenbleven voor het leven. Die tijden zijn nu al een tijdje beschimmeld. Als gevolg van het groeiende aantal echtscheidingen, zijn nieuw samengestelde gezinnen stilaan de norm.

Ik vind dat een vreselijk begrip, nieuw samengesteld. Om te beginnen vraag ik mij af waarom het nieuw samengesteld zou moeten wezen, alsof er daarnaast ook zoiets als oud samengestelde gezinnen bestaat. Samengesteld moet dat dus zijn, tout court. Maar ook dat vind ik lelijk. Het doet me aan protheses en kunstbenen denken. Daar heeft het trouwens iets mee gemeen, namelijk dat het doorgaans niet iets is waar je met je volle goesting voor kiest. Je neemt het erbij omdat je, ondanks die kinderen uit een vorig huwelijk, dol bent op de man of vrouw in kwestie.

Kaat Schaubroeck, schrijfster van het onlangs verschenen boek Bijna familie, slaagde er alvast in voor het verschijnsel een mooier woord te bedenken. Zij spreekt van de mikado-generatie : gezinnen die dooreen worden geschud en zoals de stokjes van het spel in telkens nieuwe en kleurige combinaties op tafel komen te liggen. Typisch voor mikado is dat je behendige vingers nodig hebt om het spel te spelen. Kinderen zijn – en geef ze eens ongelijk – aartsconservatief, die nog het liefst zouden willen dat papa en mama voor de rest van hun bestaan als gewillige slaven aan elkaar vastgekluisterd zaten. Wie daartussen komt, is hun natuurlijke vijand. De stiefouder natuurlijk, in de eerste plaats. Die mag nog zo hard zijn best doen, veel kans dat hij eerder vroeg dan laat met een opgestoken middenvingertje geconfronteerd wordt. Of met het bekende zinnetje, dat in de topvijf staat van de meest ijzingwekkende quotes die ik ken : “Jij bent mijn papa niet.”

Natuurlijk zijn er gevallen waarin de nieuwe samenstelling wel degelijk werkt en door alle betrokken partijen als een meerwaarde wordt ervaren. Als ik zulke verhalen hoor, sta ik met grote ogen te kijken, alsof men mij over wonderen en heiligenlevens vertelt. Ik heb daar veel respect voor en voel me dan een zwak en hardvochtig mens, bij de gedachte dat ik dat zelf niet zomaar kan. Gelukkig vind je dan steun bij gelijkgestemden. “Dat zit daar dan, in de zetel, met ogen die overlopen van verwijt”, huiverde een vriendin onlangs over het achtjarige dochtertje van haar partner met co-ouderschap. Voor buitenstaanders kan dat misschien harteloos klinken. Wie het zelf heeft meegemaakt, herkent de horror echter meteen. Voor wie niet over een hart van suikergoed beschikt, zullen reeds aanwezige kinderen altijd wel blijven ruiken naar het vorige nest. Dat is een weeë geur, die in de neus blijft hangen en je bij vlagen erg kan tegenstaan.

Maar of we dat nu leuk vinden of niet, het nieuw samengesteld model is er. Je ertegen verzetten heeft ongeveer evenveel zin als in opstand komen tegen het feit dat zeewater zout is, of dat nogal wat mensen blauwe ogen hebben. “Als je nog eens een fantastische vrouw tegenkomt die je zoetjes verklapt al in het bezit te zijn van een paar koters”, gaf een nuchtere vriend mij ooit de raad, “gooi dan de armen in de lucht en ren zo hard mogelijk weg.” Helaas ben ik daarvoor een veel te hopeloos romantisch geval, dat zich in het prille vuur van de liefde niet laat afschrikken door bagatellen als bestaande kindertjes. Tegen beter weten in speel ik dan mikado. Later volgt doorgaans de kater. Voor andermans kinderen zorgen is een slopende bezigheid, waarvoor je nooit iets in ruil mag verwachten. Dat kan leiden tot bittere frustratie. In veel gevallen is het dan ook een kortstondig gebeuren, waaruit hoogstens wat humor valt te puren. Zoals het grapje dat ik onlangs in mijn mailbox vond, en dat zo tekenend is voor deze tijd dat ik er hartelijk om heb moeten lachen :

“Ik heb een nieuwe papa”, vertelt Luna van vier trots aan haar vriendjes in de kleuterklas, doelend op de nieuwe vriend van haar moeder. “En hij komt me straks ophalen na school !” Als het zover is, haasten Luna en haar klasgenootjes zich naar buiten om de ‘nieuwe papa’ te gaan bewonderen. “Kijk ! Daar is ie, mijn nieuwe papa”, zegt Luna. Waarop de vierjarige Tim enthousiast roept : “Oh ja, die is cool ! Die hebben wij ook al gehad !”

JEAN-PAUL MULDERS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content