MERDAN TAPLAK

© PORTRET FRED DEBROCK

“Iedereen is gelukkig anders”, zei mijn schoonvader onlangs. Ik kan er niet bij dat mensen verontwaardigd zijn als in Komen eten een transseksueel opduikt. Wat mij betreft, mag iedereen zichzelf zijn. Om dezelfde reden heb ik een grondige hekel aan muzikaal snobisme. Je hoeft je persoonlijke smaak niet als dé norm te hanteren.

Vandaag ben ik in het reine met mezelf en mijn afkomst. Waarom noemen ze iemand als ik een halfbloed ? Dubbelbloed, zoals de Nederlandse cabaretier Najib Amhali het uitdrukt, klinkt positiever. Je identiteit blijft ook evolueren. Nu heb ik het gevoel dat mijn Turkse en Vlaamse roots mooi in balans zijn. Antwerpen is mijn thuis, maar als ik in Turkije kom, herken ik de geuren en de klanken.

Opgroeien in armoede is een litteken. Maar het belet me niet om vandaag gelukkig te zijn. Ik geef graag geld uit, maar ben doordrongen van het besef dat het voor anderen in deze wereld, die overspoeld wordt met reclame, niet evident is om geld te hebben. Armoede is nog altijd schrijnend en vaak verdoken. Als je zestien bent, hang je niet aan de grote klok dat er thuis deurwaarders over de vloer zijn gekomen.

Het beeld van de oerman, die geen gevoelens toont, is compleet achterhaald. En waarom zouden mannen zichzelf niet mogen verzorgen ? Omdat ik met drie oudere zussen ben opgegroeid, voel ik me zeer op mijn gemak in vrouwelijk gezelschap. Ik heb een evenwicht gevonden tussen ambitie en bescheidenheid. Mensen die altijd zeggen dat ze het ‘druk druk druk’ hebben, doen dat vaak enkel om zich te profileren. Mensen die écht hard zwoegen, hebben geen tijd om daarover te klagen. Ik zet me af tegen de busy trap. Ik heb met de jaren meer rust gevonden, geniet vaker van de kleine dingen. Even met iemand een kop koffie gaan drinken, in het besef dat ik nadien nog altijd verder kan werken, is een luxe die ik mezelf permitteer.

De enorme drive die ik vroeger had, heeft me gemaakt tot wie ik vandaag ben. Toen ik als vijftienjarige voor het eerst naar I Love Techno in Gent ging, trof het me dat de deejay in zijn eentje een volle zaal kon begeesteren. Het virus greep me en heeft me nooit meer losgelaten. Uit een onbezonnen drang wou ik te snel te veel. Ik herinner mij dat ik een mail stuurde naar een gevestigde deejay. Omdat hij niet direct antwoordde, bleef ik hem bestoken met berichtjes. Tot hij het op een gegeven moment beu was. “Doe eens normaal”, sneerde hij. Ik kon toen niet begrijpen dat hij het te druk had om mij te helpen. Zelf neem ik nu met plezier jonge collega’s onder mijn vleugels.

Leerkracht ben je voor het leven. Al moet ik erop letten dat ik mensen niet té veel wil sturen. Ik bedoel het goed, maar kom soms betweterig over. Sinds vorig jaar ben ik verbonden aan een privéschool die me af en toe opdrachten geeft. Als ik enkele uren per week samenzit met iemand met leerproblemen, en ik zie hoe die er na verloop van tijd in slaagt betere schema’s te maken, dan geeft me dat veel voldoening.

Wees mild voor jezelf. Als iets mislukt, hoef je niet kwaad te zijn op jezelf. Je hebt het tenminste geprobeerd. Hoeveel mensen hebben in één vloeiende, stijgende lijn succes ? Iedereen faalt weleens. Steve Jobs heeft ook miljoenen geïnvesteerd in innovaties die op niets uitdraaiden. Ik heb vaak een ‘nee’ gekregen in het begin van mijn carrière, maar verstond de kunst om de woede vervolgens te kanaliseren. Werd een demo van me afgewezen, dan stuurde ik er van de weeromstuit opnieuw twintig rond. Tot een ‘ja’ mijn deel werd.

Merdan Taplak (31), zoon van een Turkse vader en een Belgische moeder, is sinds drie jaar voltijds deejay (voordien combineerde hij zijn muzikale carrière met een job als leerkracht). Zopas verscheen zijn tweede cd Imperial Dancefloor Material.

DOOR PETER VAN DYCK & PORTRET FRED DEBROCK

“Als iets mislukt, hoef je niet kwaad te zijn op jezelf. Je hebt het tenminste geprobeerd. Hoeveel mensen hebben in één vloeiende, stijgende lijn succes ?”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content