“DIT IS GEEN TENDENS VAN VOORBIJGAANDE AARD, HET IS DE TOEKOMST VAN DE MODE.” DRIE MAANDEN NA DE OPENING VAN DE GROENE CONCEPTSTORE HALELUJA ZIET SONJA NOËL HET BELANG VAN ECOFASHION ALLEEN MAAR TOENEMEN.

Ecologie en mode, het roept connotaties op van vormeloze hennepbroeken, vilten sjaals en – gruwel – gebatikte T-shirts. Clichés uiteraard, maar toch : we associëren groen niet meteen met fashion. Laat staan met cutting edge fashion. Nochtans is dat precies wat Sonja Noël, Dansaertpionier met de designerwinkel Stijl, op het oog had toen ze in september in Brussel Haleluja opende. Een winkel met kledij van ecologische of gerecycleerde stoffen, maar wel defilémateriaal, ontworpen door een nieuwe generatie jonge designers. Een internationale primeur, die drie maanden na zijn opening helemaal in de tijdgeest van 2011 lijkt te passen.

Trendwatcher Li Edelkoort voorspelt voor 2011 een “toenemende ontwikkeling van een meer intuïtieve relatie met de natuur ; de komst van een ecologisch bewuste periode waarin onze interactie met de planeet een sleutelrol speelt”. U staat niet alleen.

Sonja Noël : Het bevestigt voor mij dat ik juist zit en goed bezig ben. Li Edelkoort is niet niemand, hé, ze is zowat dé goeroe van de westerse modewereld. Dat doet plezier. Het valt ook niet te ontkennen. Het belang en de omvang van groene mode – of slow fashion, zo je wil – groeit alleen maar. En dat zal zich ook voortzetten op alle niveaus. De collecties zullen groter worden, de ontwerpers zullen belangrijker worden en er zullen meer winkels bijkomen. Ik geloof ook niet dat dit een trend van voorbijgaande aard is of een hype van het jaar. Het gaat fundamenteler dan dat : ik zie het echt als een richting die de mode uit gaat. Alleen is 2011 misschien nog te vroeg. Ik denk dat het pas over vijf jaar op zijn hoogtepunt zal zijn.

Is Haleluja er dan niet te vroeg gekomen ?

Maar ik hou net van dat soort uitdagingen. Met Stijl heb ik ook ontwerpers als Martin Margiela, Dries Van Noten, Ann Demeulemeester en Tim Van Steenbergen in huis gehaald toen ze nog onbekend waren. Als ik ergens in geloof, heb ik geen zin om te wachten. Toen ik al die jonge ontwerpers zag werken met ecologie, heb ik meteen gekeken of ik er geen concept rond kon bouwen. De winkel is een primeur, zelfs internationaal is er nog geen winkel die op dezelfde manier fashion en ecologie verenigt. Maar ik merk aan de reacties dat ik niet te vroeg ben. De klanten zijn helemaal mee. Iedereen reageert enthousiast, en ze kijken niet alleen, ze kopen ook. Ergens is dat ook evident. Mensen die in mode geïnteresseerd zijn, willen mee zijn. Het zijn jonge mensen die vooruitkijken, met tendensen bezig zijn.

Wat de piepjonge slow fashion-beweging nog mist, zijn een aantal ontwerpersgezichten. Naar welke namen is het volgens u uitkijken ?

In de mannencollecties gebeuren er heel interessante dingen. Kohzo valt heel erg op door zijn authenticiteit : ze zijn al twintig jaar bezig met duurzame mode en gaan er heel ver in. Ze gebruiken uitsluitend ecologische stoffen, verven en technieken, ze steken hun broeken zelfs in de grond. Heel uniek. Arn Mercantile is dan weer net het omgekeerde. Ongecompliceerd, makkelijk draagbaar en heel mannelijk met een retrofeel. Een heel andere benadering van ecofashion, maar heel interessant.

En in de vrouwencollectie zie je heel creatieve ontwerpers opkomen. Ik blijf heel erg onder de indruk van Goodone en de Britse ontwerpster Henrietta Ludgate. Heel jonge mode, waarin ecologie op een andere manier bekeken wordt. Echt uitzonderlijk. Want dat is waar het me uiteindelijk ook om gaat : het esthetische moet blijven primeren. Het moet ecologisch zijn, maar het moet ook voldoen aan de eisen van de fashion.

–

Info : Haleluja, Nieuwe Graanmarkt 6, Brussel

DOOR GEERT ZAGERS – PORTRET CHARLIE DE KEERSMAECKER