Tessa Vermeiren
Tessa Vermeiren Tessa Vermeiren is voormalig hoofdredactrice van Knack Weekend

Elke keer als para’s worden uitgestuurd voor humanitaire operaties in verre gebieden, ontplooit de legerleiding een bestudeerde public-relationsactie. Televisiecamera’s filmen stoere gasten, die met de kitzak over de schouder de kazerne binnenstappen, een stralende glimlach op het gelaat. Verslaggevers die meevliegen berichten dat de jongens, bij gebrek aan actie, opgesloten zijn als jonge leeuwen in hun tentenkampen. Zoveel energie, zoveel edelmoedigheid, zoveel paraatheid die wacht om tentoongespreid te worden. Er wordt verwacht dat we trots op hen zijn. Bij de terugkeer krijgen we dan de geëikte beelden : kindjes die wegkruipen in de sterke armen van papa die maanden is weggeweest. Vertederend.

Onlangs verschenen er andere beelden in de pers. Het folteren van kinderen, het barbaars vernederen van zwarten. Plots wordt er uit de biecht geklapt. Mannen volgen de ordewoorden van het corps niet meer op en halen ontluisterende foto’s boven. Hebben ze de verhalen met bewijzen willen staven omdat ze het niet langer aankonden geïdentificeerd te worden met dit soort beulen ? Zeer aannemelijk. Maar je vraagt je wel af waarom ze die foto’s niet eerder toonden. Uit angst voor vergelding ?

Zo’n para-opleiding moet aantrekkelijk lijken als je een jonge actionman bent. Je lichaam afbeulen, toffe jongens onder elkaar die er op tijd en stond mogen invliegen, mogelijkheid op een verblijf in een of ander exotisch gebied. De held uit je eigen dromen worden. Alleen verschijnen er nu hier en daar ook verslagen uit de eerste hand over die ?harde? opleiding, waaruit blijkt dat er soms onmenselijke technieken en tactieken gebruikt worden om van jongens mannen te maken. Of oorlogsmachines, alsof dat een synoniem zou zijn. De grens van de vernedering is vaak dichtbij en wordt meer dan nodig overschreden. Kadaverdiscipline blijkt de regel. En dan gaan sommige van die mannen later, in de actie, zelf uit de naad. In extreme omstandigheden zal de lijn wel erg dun wezen tussen de macho en het beest. Zoals legerpsycholoog Luc Quintyn zei in De Morgen : ?Niemand is gemaakt om te moorden. Maar militairen hebben het statuut om het te mogen.? Voor elitetroepen als para’s lijken gruweldaden nog meer gelegitimeerd. De omstandigheden waarin zij optreden, zijn altijd uitzonderlijk. Zij moeten nog meer man zijn.

Ik probeer mij de soldaat die op een dode Somali plaste, naakt in bed voor te stellen met zijn lief of zijn vrouw. Ik haal mij de twee voor de geest die een kind roosterden boven het vuur, stoeiend op het tapijt met hun kroost. Ik weet niet eens of ze vrouw of kind hebben. Het zijn voor mij naamloze mannen, zonder gezicht. Maar wel mannen die in mijn straat zouden kunnen wonen, mannen die je kunt tegenkomen op café of op de tram en die een praatje met je willen maken, misschien zelfs meer proberen. Het is ze niet aan te zien in het dagelijkse leven. Het blijft mij een raadsel hoe in een ziel die twee dingen kunnen samenleven. Zijn dat soort mannen echt anders bij vrede dan in oorlog ? En waarom bedrijven gewapende mannen in uniform altijd dezelfde gruweldaden ?

Het ontmenselijken van vijanden of slachtoffers heet objectiveren. Dat klinkt netjes, klinisch. Zo zijn militaire termen nu eenmaal. Letterlijk betekent het ?herleiden tot een ding?. Zou dat soort mannen ook in zijn privé-sfeer in de verleiding komen om te objectiveren ? Hoe kijk je naar zo iemand als je zijn vrouw bent ? Als er plots een vreemde blijkt te schuilen in de man die naast je slaapt ?

Tessa Vermeiren

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content