Madrid is geen stad, maar een levenswijze. De mensen, de drukte, het bruisende nachtleven : in de Spaanse hoofdstad viert ‘la marcha’ hoogtij. Dat ervaart ook Gentenaar Nick Evers die er werkt en woont.

Barcelona vindt het nog steeds niks : hoe kon een onbeduidend, streekloos provincieplaatsje als Madrid nu ooit de Spaanse hoofdstad worden ? Koning Filips II daarentegen zag het helemaal zitten, want in 1561 stelde het oord zo weinig voor dat hij er niemand hoefde te vrezen. Amper 20.000 zielen woonden er. Zodoende werd het gehucht stilaan een project : geen organische stad dus, met door de tijd ingesleten trekken, maar gewild en gepland. Een ‘zielloze’ stad ook : dankzij immigratie nu wel een metropool van 5,5 miljoen inwoners, maar zonder de herkenbaarheid van Parijs of Londen. Zoals letterkundige en aficionadoMaarten Steenmeijer schrijft in Ongenaakbaar Madrid : “Het typische van Madrid is dat het niet typisch is. Madrid pretendeert niet, zoals andere grote steden van Spanje, een eigen karakter te hebben. Als de stad al een identiteit heeft, dan is het dat zij geen identiteit heeft. Madrid is een verzamelplaats, van iedereen en van niemand.”

Niet gehinderd door misplaatst chauvinisme, is Madrid dan ook gewoon de optelsom van Spanje, van alles wat Spaanse inwijkelingen uit hun geboorteplaats meebrachten : van de Andalusische flamenco en de Arabisch getinte cuevas tot de regionale keukens van Galicië, Baskenland en andere provincies. Zoek dus niet te lang naar typisch Madrileense gerechten of tradities, de Spaanse hoofdstad is vooral een idee : eentje dat pas vorm krijgt als Real Madrid weer een kampioenschap wint, de wachtrijen aan de bioscopen op Gran Vía aandikken of kroostrijke families en uitgetelde feestgangers het uitgestrekte Parque del Retiro ’s zondags overspoelen.

Moeilijk om ‘depri’ te zijn

Nee, Madrid is voorFal levenslust, of het nu de snelgroeiende economie betreft, nu al ruim de sterkste van Spanje, de drang om mensenmassa’s te vormen en restaurants te vullen of een exuberante kunstschat als het Prado. Madrilenen wanen zich graag uitverkoren, en dus winkelen, schransen en dansen ze aan een onnavolgbaar tempo. De verleidingen en vertiermogelijkheden zijn eindeloos. Want uitgaan, la marcha, is in Madrid een traditie : in de vooravond duiken tieners in de disco, terwijl andere danstempels pas openen om zes uur ’s ochtends. Madrid mag dan weinig oog hebben voor ruimtelijke ordening, verkeersmanagement of monumentenzorg, deze stad van heilzoekers wil het beste uit het leven halen.

“Madrid heeft een enorme aantrekkingskracht op Spanjaarden”, zegt Gentenaar Nick Evers (28). Na een jaar studeren in Granada, belandde hij drie zomers geleden in Madrid. Dagelijks pendelt hij er van La Latina, de kunstenaarswijk waar hij een kamer bewoont, naar een Britse verzekeringsfirma, net buiten de stad. “De grote stad lokt. Mensen komen op zoek naar werk, mensen, vrijheid. Ze zijn vaak alleen, wat het sociale leven sterk kleurt. Het maakt Madrilenen uitermate open en vriendelijk. Waar je ook komt, mensen willen praten, mopperen. Dat maakt een grootstad aangenaam.” Veelzijdig ook, waarbij minder fortuinlijke gelukzoekers in de prostitutie of zwarthandel belanden.

Er zijn wel meer eigenaardigheden : terrassen van hamburgertenten en cafés te midden van uitlaatgassen, de onmogelijke trappenbouwsels in de overigens uitstekende metro, de nonchalance in horecazaken. Het deert niemand : in Madrid is er voor elke toeterende automobilist een vrijpostig kussend koppeltje te vinden. “Ik ken hier een chronisch geluk”, zegt Nick, “onwezenlijk bijna. Alles is zo aantrekkelijk, het weer, het eten. De verleiding is groot om je te laten meeslepen. Op elke avond van de week kun je uitgaan. Dan denk je niet aan de hoge huurprijzen of een goede job, die hier niet makkelijk te vinden is. De zon en de mensen geven zoveel energie, het is moeilijk om depri te zijn.” Wat eigen is aan de Madrileen ? “Zijn ontvlambaarheid”, antwoordt hij. “In het vuur van de strijd kunnen ze erg hard en betwetering uit de hoek komen, ze reageren impulsief. De metro is atypisch : iedereen die stilzwijgend voor zich uitstaart, dat klopt helemaal niet met de sfeer van deze stad.”

Een verzameling van dorpen

De gastvrijheid van Madrid betekent niet alleen dat de stad van iedereen is, ook het wijkleven leeft sterk voort. De Spaanse hoofdstad is een verzameling van dorpen : op loopafstand van het centro, het commerciële hart tussen de Puerta del Sol, het Koninklijke Paleis en de Plaza del Callao, liggen wijken met elk een eigen karakter. Chueca is met zijn trendy kledingwinkels, omvangrijke homo scene en ’s zomers eeuwig gevulde pleinen, een stukje Amsterdam in Spanje, terwijl La Latina verwant is met de Marollen.

“La Latina is een gezellige wijk met steegjes, trendy terrasjes en kleine pleinen als Plaza de la Paja en Plaza Humilladero. Populair bij kunstenaars en bohémiens, maar ook bij alternatieve snobs”, lacht Nick. Terwijl de drukke terrassen van de zeventiende-eeuwse Plaza Mayor toeristisch en duurder zijn, is La Latina vooral een slenterwijk. “Ook Lavapiès, de oude Arabische wijk met trendy cafés in Calle Argumosa, moet je te voet verkennen. Kijk, Madrid is niet de meest tot de verbeelding sprekende stad. Als je de moeite doet om haar te leren kennen, ontdek je haar charme. Madrid is als Brussel. Op de weekenddrukte rond Puerta del Sol na, is het een opvallend leefbare en zelfs provinciale grootstad. Je voelt je er rustiger dan in andere Europese hoofdsteden.”

Vooruit en traditioneel tegelijk

Het belang van Madrid voor Spanje zelf kan nauwelijks overschat worden. Dit is niet alleen de stad die het langst het Franco-regime weerstond, met de movida – ‘de beweging’ uit de jaren ’80 die ook Pedro Almodóvar kleurde – nam ze ook het voortouw in de modernisering van het nieuwe, ‘Europese’ Spanje. Toch is Madrid schizofreen, zegt Nick : “Enerzijds zijn er ten noorden van Gran Vía trendy jongerenbuurten zoals Malesaña en Tribunal, anderzijds is er ook het historische Spanje met flamencopodia, tapasbars en eenvoudige winkels. Kijk naar de Plaza Mayor of de Plaza Santa Ana, in de literaire wijk. Het traditionele, gesloten Spanje van de dictatuur is niet veraf.”

Als jonge democratie is Spanje, ook Madrid, amper vertrouwd met immigratie, zegt Nick : “De stad is verrassend homogeen. Latijns-Amerikanen mogen dan dezelfde taal spreken, ze worden sociaal, economisch en cultureel buitengesloten. Oudere Madrilenen moeten vaak niets weten van vredesactivisten of Noord-Afrikanen. Criminelen, denken ze dan. Dat benauwt me soms, maar uiteindelijk leeft het hier allemaal samen.” n

Tekst en foto’s Wim Denolf

Nick Evers : “Ik ken hier een chronisch geluk, onwezenlijk bijna. De verleiding is groot om je te laten meeslepen. De zon, de mensen, het eten – het is moeilijk om depri te zijn.”

Madrid is een verzameling dorpen : wijken met elk hun eigen karakter.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content