in het spoor van een Périgourdine kasteelvrouw, die ook nog piano speelt in haar vrije tijd én schildert, ben ik vandaag het dierenrijk binnengetreden. Ik had haar de avond voordien gevraagd om iets speciaals voor mij te zoeken en nu sta ik hier met mijn stadsschoenen in het slijk van een afgelegen boerderij, op zoek naar Dorothée.

Dorothée ziet er buitengewoon alledaags uit, in een gerafelde trui en een wat te korte jeans, maar ik weet al dat onder dit banale uiterlijk onvermoede kwaliteiten huizen. Gemakshalve had mijn gastvrouw haar als een paardenfluisteraar omschreven, en daar onmiddellijk aan toegevoegd dat het woord de lading niet dekte, ze kon er alleen geen beter bedenken.

“Honden en leeuwen moet je temmen, paarden kan je opvoeden”, zegt de boerendochter. “En het geheim om dat op een zachte manier te doen is communicatie. Om te ontdekken hoe die communicatie in elkaar zit, moet je observeren en een beetje achtergrond kennen. Paarden zijn zeer gevoelig en kunnen zich nauwelijks verdedigen. Ze raken snel overstuur of bang en dan is vluchten de enige uitweg. Paarden zoeken bescherming in de groep en dus komt het erop aan hen duidelijk te maken dat je er bent voor hen, en voor hun bescherming. Grote woorden en gebaren helpen daarbij niet, omdat de taal vol leugens zit. Een paard kijkt daar doorheen, ziet alleen de lichaamstaal.”

Daarop stapt Dorothée met een zevenjarige merrie in de ring, gaat tegenover haar staan met in de linkerhand een opgerolde lasso, in de andere helemaal niets. Met kleine gebaren laat ze het paard naar links of naar rechts stappen, lopen, keren, stoppen, op haar af komen. Geeft haar dan een schouderklopje en een aai. Dan stapt ze uit de ring en zegt : “Nu jij. Flink rechtop, want Khali wil autoriteit en bescherming. En bedenk dat de persoon van geen belang is, alleen je attitude telt.”

En daar sta ik dan, aan het eind van de wereld met een opgerolde lasso in de linkerhand en de vaste overtuiging om Khali liefdevol en autoritair te begeleiden. Het is een volstrekt stille en overweldigende ervaring, een verlopen stadsmens tegenover een merrie, met twee zwijgende vrouwen op de achtergrond. De allereerste keer lukt het niet. “Laat geen enkele twijfel over wat je wilt, laat geen ruimte over voor twijfel of keuze”, zegt Dorothée. Ik sluit nu door een kleine stap voorwaarts vriendelijk maar beslist de linkerroute af en toon met een klein handgebaar de weg naar rechts. En Khali gaat, en ze stopt wanneer ik dat vraag. Keert om, stapt links, gaat op een drafje, blijft staan waar ik wil, komt op mij af als ik zachtjes wenk.

“Een paard zoekt bescherming en comfort, en dat comfort is rust, een knuffel”, had Dorothée gezegd.

Ik begin me steeds beter en rustiger te voelen, aai Khali over haar hals en haar rug. Laat haar dan weer een paar rondjes maken. Als de oefening bijna is afgelopen, stap ik de ring uit en weet dat Khali me zal volgen, maar draai me even om te checken of ze dat wel doet.

“Nu breng je haar in verwarring,” zegt Dorothée, “een leider kijkt niet om, die weet dat hij gevolgd wordt.”

Natuurlijk. Dat leider zijn heeft me in het dagelijkse leven al nooit gelegen. Ik wil niet op sleeptouw genomen worden en niet op sleeptouw nemen. Ni dieu, ni maître, maar voor een knappe, zevenjarige merrie wil ik graag een uitzondering maken,

Pierre Darge reist

gedurende zestien weken

snel en ecologisch met de tgv

naar het Franse zuiden

om daar van het leven te proeven.

www.nmbs.be

Vandaag schrijft hij

aan Luc D’Hont,

tandarts en

paardenliefhebber. Villeréal, mei

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content