“Ik wil vrouwen opnieuw zelfvertrouwen geven”, zegt modeontwerpster Fiona Mc Greal in dit nummer (p. 89). Ze legt daarmee de vinger op de wond. Volgens een Britse studie zou 48 procent van de vrouwen tussen 25 en 35 jaar op dieet leven. Behalve schimmige celebrities als Geri Halliwell wordt daarvoor de modeindustrie verantwoordelijk geacht. ” Size Matters-How does the fashion industry make you feel about your body?” vroeg de Sunday Times onlangs aan haar lezers. Eerlijk gezegd: slecht. Na een week modedefilés in Parijs voel ik me met mijn 1m62 een lilliputter met de karakteristieken van een hangbuikzwijntje. Bij wijze van compensatie komt dan de shopaholic in mij boven en meestal gaat het daarna weer iets beter. Ruby Wax denkt er net zo over. “Je kunt dikke billen hebben, maar als er Moschino op staat, zijn het wel Moschino-billen”, zei ze ooit. Schizofreen? Jazeker, maar steeds meer centra voor eetstoornissen erkennen het als een efficiënte vorm van therapie. Bernadette Chirac – haar oudste dochter leed ooit aan anorexia – ijvert ervoor om na Marseille ook in Parijs een soort modebibliotheek te openen. Patiënten kunnen er designkleding ontlenen waardoor ze een positiever lichaamsbeeld krijgen. Het mes snijdt dus aan twee kanten. Niettemin blijven de paskamers van grote modeketens de folterkamer voor veel vrouwen.

Zijn we te dik of is de kleding gewoon te krap? Size UK houdt een nationale enquète om de maat van de Britten in schaal te brengen. Wetenschappers verwachten alvast grote verschillen met de laatste studie die vijftig jaar geleden werd uitgevoerd. Gelijklopend met het algemeen welvaartspeil wijkt ook de naald van de weegschaal verder uit. Vliegtuigzitjes en cinemafauteuils zijn de afgelopen jaren al verscheidene keren aangepast aan ons uitdijende zitvlak, maar de modewereld dwingt ons nog altijd in een vooroorlogs keurslijf.

Tot daarin verandering komt, stel ik voor om Nancy Etcoff, professor aan de Harvard Medical School en auteur van Survival of the Prettiest: The Science of Beauty, uit te roepen tot de beschermheilige van alle pashokjes. In een Amerikaanse glossy stelt ze: “Ons schoonheidsideaal is volledig misvormd. Als je je eigen schoonheid zou meten aan dat van de mensen die je in het leven van elke dag ontmoet, zou iedereen zich veel beter voelen.” Ze reageert daarmee op de ‘ Cleopatra was een misbaksel’-theorie. Recentelijk opgegraven standbeelden zouden niet zo’n fraai beeld geven van het Egyptische stijlicoon: een lange, hoekige neus, scheve tanden en klein van gestalte met een buikje. Toch wist ze Julius Caesar te strikken. Hoe groot het cliché ook is: uitstraling maakt blijkbaar echt veel goed.

Sinds België zijn dochters uitstuurt, begint het ook te dagen in de modewereld. Onconventionele schoonheden als Hannelore Knuts en Kim Peers maken korte metten met de gepolijste Gisele Bündchen-look. Toch blijven de laatste taboes – gewicht en leeftijd – nog altijd onaangetast. Onder de demografische druk van de babyboomers stuntte de Amerikaanse Vogue vorige maand met een Age Issue. ” What to wear, not just at 17 but at 70“, schreeuwde de cover. Golden girls als Lauren Bacall en Annette de la Renta werden opgevoerd en daarmee is dan ook alles gezegd. Judith Krantz, die de aanzet gaf met een snijdende lezersbrief, formuleerde het minder zeemzoeterig dan in haar romans: “Zelfs Vogue heeft nog een lange weg te gaan,” zegt ze in een interview met de New York Times. “Er staat geen enkele gewone vrouw in dat nummer. Niemand zonder naam of hopen geld.”

Ook al behoor ik tot de X-generation, ik sympathiseer met de babyboomers. Hun overwicht zal marketeers en modehuizen verplichten de schoonheidsidealen bij te stellen. Pioniers als Camper en Delvaux genieten alvast mijn sympathie. Toegegeven, een beetje opportunisme speelt mee. Ik mag dan nog elke dag luidkeels Forever Young van Alphaville meezingen, mijn tijd komt ook. Tot dan pleit ik voor een eerherstel van de lilliputters.

PASCALE BAELDEN

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content