Genève pakt graag uit met nieuwigheden. Dit jaar tonen de fabrikanten vooral geslaagde lichtgewichten.

De jaarlijkse salon van Genève is een unieke gelegenheid om kennis te maken met de nieuwste concepten in de autowereld. De zachte winter heeft nu ook de doorsneegebruiker ervan overtuigd dat het menens wordt met de opwarming van de aarde. Toyota, dat zich al veertig jaar bezighoudt met hybride aandrijving, toonde in Genève twee modellen. De Hybrid X is een visie van een toekomstige klassieke, familiale hybride met een lengte van 4,50 meter, gecreëerd door de Franse dochter ED2. Opvallend zijn de grote glaspartij en de portieren die in twee richtingen openen. Dat een hybride niet saai hoeft te zijn, toonde Toyota met zijn onwaarschijnlijk mooie FT-HS. De sportwagen met een 3,5 liter V6-motor die bijgestaan wordt door een hybride systeem, wat samen niet minder dan 400 pk levert en het geheel in vier seconden naar de 100 km/uur katapulteert.

Ook Honda geloofde al vroeg in hybride oplossingen en wil met zijn kleine Sports Concept een breder publiek overtuigen. De kleine sportwagen gebruikt de IMA viercilinder benzinemotor in combinatie met een elektromotor, die via een CVT-versnellingsbak de voorwielen aandrijft en een opvallende styling meekreeg.

Andere constructeurs zoeken een lager verbruik voorlopig nog in het gebruik van lichtere materialen. Hyundai zocht naar een samenwerking met GE plastics om de Qarmaq op wielen te zetten. De cross-over met de opwindende styling valt niet alleen lichter uit dan men zou verwachten, maar is ook al helemaal ingesteld op de nieuwe wetgeving over de bescherming van de voetganger – door geschikte materialen te combineren met een optimale vorm.

Het zoeken naar minder gewicht heeft altijd centraal gestaan bij Joop Donkervoort, die al dertig jaar aan de weg timmert. Omdat hij altijd strak heeft vastgehouden aan een vorm die hij omschrijft als een sigaar met losstaande wielen wordt die filosofie jammer genoeg niet gekoppeld aan zeer aerodynamische vormen. En dat is jammer. Voor het eerst in zijn geschiedenis zet Donkervoort nu de stap naar een coupé en wel een bijzonder expressieve. De D8 GT wordt aangedreven door een Audi 1.8 turbomotor die zo’n 270 pk op de achterwielen overzet. Dat is al niet niks, maar gecombineerd met een gewicht van slechts 650 kg tekent Donkervoort voor de lichtste coupé ter wereld. Niet toevallig houdt het merk ook het ronderecord op de Nurburgring, afgesnoept van de Porsche Carrera GT. De dramatisch uitziende D8 GT wordt volgend jaar gelanceerd met een instapprijs van 90.000 euro (zonder taksen).

De Oostenrijkse motorfietsenfabrikant KTM maakt met zijn X-Bow eenzelfde demarche door een extreme vormgeving te combineren met lichtgewichtmaterialen, als koolstofvezel en aluminium, om tot een eindgewicht van 700 kg te komen. De tweezitter lijkt overigens meer op een formule 3 met een zeer gedurfde, agressieve look. Van de zeer minimalistische X-Bow hopen de makers jaarlijks een duizendtal exemplaren te bouwen. Prijs : 40.000 euro. Een buitenkansje voor de liefhebbers van extreme vormen.

Rinspeed van zijn kant meet zich sinds jaar en dag een geheel eigen filosofie aan, die nog het makkelijkst als ‘inspirerend’ omschreven kan worden. Met de Exasis wil Frank Rinderknecht aantonen dat een geheel uit kunststof gebouwde auto geen utopie is. In samenwerking met Bayer ontwierp ook hij een sigaar op wielen, maar dan wel een stuk minder elegant. De inzittenden nemen in tandem plaats zodat het frontale oppervlak verkleind kon worden. Ondanks het gebruik van kunststof weegt de tweezitter met zijn tweecilinder Webermotor toch nog 750 kg. Door gebruik te maken van bio-ethanol moet de CO2-uitstoot tot ongeveer 20 gr/km gereduceerd worden. Dat is een uitzonderlijk resultaat, want de zuinigste wagen op onze markt, de nieuwe Smart CDI, pompt nog altijd 88 gr/km in de lucht.

Toch ging onze belangstelling vooral uit naar de Zwitserse Biomobile van professor Michel Perraudin van de ingenieursschool van Genève. Perraudin gebruikt plantaardig afval afkomstig van restaurants om dat om te zetten tot biobenzine. In de natuur gebeurt die omzetting in ongeveer 100 miljoen jaar, terwijl hij daar met zijn eigen, voorlopig geheime procedé, slechts vier uur voor nodig heeft. Hij gebruikt een Honda viertakt grasmaaier als motor in zijn slechts dertig kilogram lichte recordwagen, die op

‘normale’ benzine al twee keer deelnam aan

de Shell Ecomarathon. Volgens de professor moet hij op biobenzine zo’n 0,15 liter/100 km verbruiken zodat hij met één liter 650 km ver komt. Het aardige aan zijn vinding is dat de brandstof geen enkele wijziging aan de afstelling van een klassieke benzinemotor behoeft.

Met zijn styling sprong vooral de Mazda Hakaze in het oog. Zijn vloeiende lijnen zetten de nieuwe vormentaal van het merk in de verf. Het koetswerk werd van alle uitsteeksels als deurhendels en spiegels (vervangen door camera’s) ontdaan, maar ook de B-stijl verdween. Het achterste deel van het glazen dak kan worden afgenomen en opgeborgen in de achterste bumper. De zwevende zitjes en de unieke verlichting vervolledigen het geheel.

Ook andere constructeurs willen met een nieuwe vormentaal nieuwe klanten vinden, zoals Opel dat met de GTC een persoonlijker designtaal wil creëren. Van een heel andere orde is de renaissance van de Russo-Balt met zijn barokke vormen, of de Jaguar C-XF die breekt met het classicisme van de S-type die hij straks zal opvolgen. Een interessante nieuwigheid is de Artega, een nieuw merk dat door de Duitse toeleverancier Paragon werd gelanceerd. De Artega GT, getekend door Henrik Fisker, Aston Martins vorige designer, bezit wat Porsche Carrera trekjes, zal 75.000 euro gaan kosten en in een oplage van 500 stuks per jaar worden gebouwd. Ook nieuw waren de drie modellen van het Chinese Brilliance dat in weerwil van veel kritiek een allesbehalve amateuristische indruk achterliet.

Door Pierre Darge

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content