‘Zelfs spullen die O’Keeffe in de jaren twintig en dertig droeg, zou ik vandaag met plezier aantrekken’

Nathalie Le Blanc staat stil bij de frappante feiten die ze al lezend opmerkte.

Lange, elegante vingers die een kleine naald in zwarte stof steken, het was niet de meest spectaculaire foto op de Alfred Stieglitz-expo die ik in ’97 per ongeluk binnenliep in het Metropolitan Museum. Maar ze trok mijn aandacht, misschien omdat ik naai, en zo ontdekte ik Georgia O’Keeffe, van wie die handen waren. In datzelfde New Yorkse museum zag ik ook haar schilderijen, het begin van mijn fascinatie voor een van Amerika’s meest gerenommeerde kunstenaars. Haar figuratieve stijl, die neigt naar abstract, is bekend om de indrukwekkende bloemenschilderijen, maar de landschappen die ze later in New Mexico schilderde zijn zo mogelijk nog mooier. Vanaf de jaren twintig was ze binnen de kunstwereld een Grote Naam, maar in de jaren zestig werd ze – een beetje tegen haar zin – omwille van haar kunst én haar levenskeuzes een feministisch icoon. Heel de VS kende haar als de veelvuldig gefotografeerde kunstdoyenne in het zwart die altijd streng kijkt.

Zelfs spullen die O’Keeffe in de jaren twintig en dertig droeg, zou ik vandaag met plezier aantrekken .

Geen toeval, zo lees ik in Living Modern, de catalogus van een tentoonstelling over haar kleding- en interieurstijl. Zelfs als tiener had O’Keeffe een duidelijk beeld van hoe ze er wilde uitzien. Op een klasfoto uit 1903 dragen haar klasgenootjes weelderige strikken in hun opgepofte kapsels, maar de zestienjarige Georgia kijkt ernstig in de camera met strak in een staart getrokken haar. Ze ontwikkelde van jongs af aan een uitgepuurde kledingstijl in een tijd dat dat concept nog niet bestond, en zelfs spullen die ze in de jaren twintig en dertig droeg, zou ik vandaag met plezier aantrekken. ‘ Plain and unornamented‘, zo omschrijft curator Wanda M. Corn het. ‘ She was born modern.’ De artieste was consequent en koesterde haar mooie spullen, want toen ze in 1986 op 98-jarige leeftijd stierf, hing in haar kast nog kleding van meer dan zestig jaar oud. Ze naaide zelf – en graag, schreef ze aan vrienden – maar was ook een enthousiaste klant van kleermakers, kopieerde schaamteloos haar favoriete kleren, verzamelde Japanse kimono’s en was fan van het in de jaren vijftig baanbrekende Finse merk Marimekko. Zolang ze in New York woonde, droeg ze consequent zwart, vaak met een toets wit, en haar interieurs waren altijd neutraal, want: ‘Kleur doet iets met mij, alleen als het er niet is, ben ik vrij.’ En ook: ‘Als ik kleuren voor mijn jurken moet uitkiezen, heb ik geen tijd meer om te schilderen.’

Waarom wil je hetzelfde dragen als iedereen, vroeg O’Keeffe zich af, waarom wil je niet opvallen en anders zijn?

Pas in New Mexico, waar ze sinds 1929 vaak kwam en later woonde, koos ze voor meer kleur in haar garderobe. Maar ook dan zien we haar nog steeds alleen in het zwart op foto’s. En glimlachen deed ze vaak in het leven, maar niet naar fotografen. ‘Amerikanen zien eruit als idioten als ze glimlachen’, vond ze. Net als Frida Kahlo construeerde ze haar publieke imago zorgvuldig, als een manier om haar progressieve ideeën ook naast haar werk uit te dragen. ‘Waar ik geboren ben en waar en hoe ik geleefd heb, is onbelangrijk, het is wat ik heb gedaan en waar ik geweest ben dat interessant is’, schreef O’Keeffe. ‘Haar creativiteit uitte ze in alles’, schrijft Corn. ‘Er waren geen grenzen tussen het maken van kunst en het leven van een goed leven.’ Zoals een van O’Keeffes assistentes schreef: ‘Alles in haar huis was utilitair, maar ook prachtig. Het was een visueel feest.’ Logisch dus, dat lifestylebladen gretig reportages maakten over haar huizen en Calvin Klein er zelfs advertenties fotografeerde.

She performed her modernism‘, schrijft Corn. Waarom wil je hetzelfde dragen als iedereen, vroeg O’Keeffe zich af, waarom wil je niet opvallen en anders zijn? Misschien omdat het niet zo eenvoudig is als het eruitziet, zo’n gecureerd leven, denk ik terwijl ik door het boek blader. Het ziet er dan wel nonchalant uit, maar er zit een ijzeren discipline achter. Een retestrak idee van wie je bent ook. Iets wat we niet allemaal hebben, jammer genoeg.

Georgia O’Keeffe: Living Modern, Wanda M. Corn, Brooklyn Museum Delmonico Books, 2016.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content