Chocola van Armani, mokken van Bikkembergs, hotelkamers en kookboeken : met hun zijsprongen bereiken modeontwerpers nu ook de grote massa. Weekend Knack bekeek enkele voorbeelden van succesvolle samenwerking met andere sectoren,en polste reclamemakers naar nieuwe ideeën. Of hoe de mode ook Leonidas kan inspireren.

Info : www.americanexpress.be/blue

Kredietkaart met goede smaak

Weinig bedrijven waren zo betrokken bij de carrière van een ontwerper als American Express. De kredietkaartmaatschappij sponsorde het debuut van Alexander McQueen op de modekalenders van Parijs en New York en neemt nog steeds zijn defilékosten op zich. In ruil verwerkte de Brit in ’97 een door hem ontworpen Gold Card in zijn zomercollectie, en creëerde hij in 2001 een kredietkaart in echt bladgoud, een haute-couturekaart voor de haute finance, zeg maar. McQueen verschijnt ook vaak op American Express-evenementen, al is het partnership niet vlekkeloos : in ’98 werd zijn Golden Shower-collectie toch maar Untitled gedoopt wegens te pikant voor de sponsor. In België financiert de instelling geen modeontwerpers, al zouden haar prestigieuze wedstrijden voor jonge Britse modestudenten en fotografen wel navolging kunnen krijgen. Momenteel wordt bij ons immers Blue gelanceerd, een transparante kredietkaart voor stijlbewuste stedelingen. De kaarthouders genieten gunsttarieven in de lifestylesector, en een website houdt hen op de hoogte van trendy designobjecten en reis- en ontspanningsmogelijkheden.

Ontwerpers op wielen

Modefans houden de komende weken Mercedes-Benz in de gaten. Dan verschijnen immers de eerste exemplaren van de CLK Designed by Giorgio Armani op de weg. De Italiaanse modekoning nam vorig jaar een cabriolet uit de CLK-klasse onder handen en drukte er zijn onmiskenbare stempel op, met voor de buitenkant een matte zandkleur en aan de binnenkant leder, sporttextiel en niet-reflecterende materialen. “Armani wilde het ambachtelijke gevoel van vintage-auto’s opwekken”, zei de- signhoofd Stefan Sielaff bij de voorstelling in Parijs. De band tussen Mercedes-Benz en Armani is overigens niet nieuw : de autofabrikant sponsorde de voorbije jaren de Armani-toer langs de Guggenheim-musea. Volgens Sielaff zijn beide huizen aan elkaar gewaagd : “Onze designprincipes zijn dezelfde : een elegante en tijdloze look, authentieke kwaliteitsmaterialen en eenvoud, want less is more.” De auto, waarvan slechts honderd exemplaren verkocht worden aan bijna 87.000 euro per stuk, is pas de eerste van een ganse reeks. Eerder pakte Elie Saab een BMW X5 aan en personaliseerde Paul Smith een Jaguar X-Type met herkenbare strepen. “Automerken van dit kaliber verkopen zichzelf”, erkent Jan Vroemans van Jaguar Belgium. “Anderzijds willen we de band met onze klanten aanhalen en interesse tonen voor hun leefwereld. Ze hebben vaak belangstelling voor zaken als de golfsport, gastronomie, kunst en mode, en dus is het logisch dat die sectoren ons interesseren.”

Zoek de stijlbewuste consument

Een drankje is op de defilés in Milaan en Parijs snel gevonden : Vitell is er aanwezig, net als enkele bekende alcoholische dranken. In eigen land vond Coca-Cola designers als Raf Simons en Bernard Willhelm bereid om drankblikjes te decoreren, organiseert waspoederfabrikant Coral zijn eigen modewedstrijd en zijn bedrijven als Proximus, Absolut Vodka, Levis Paints en Motorola prominente sponsors van modieuze evenementen. Logisch, zegt Irene Garcia Romay, marketingmanager bij Motorola Benelux : “Consumentenkeuzes weerspiegelen steeds meer de persoonlijkheid van mensen. Ze drukken hun individuele stijl niet louter uit in een T-shirt, een vintage-jeans of bepaalde sneakers, maar ook door de manier waarop ze leven, werken, spelen, reizen en communiceren.” Volgens Motorola groeien technologie en mode, voordien “moeilijke bedgenoten”, dan ook naar elkaar toe. Met innovatieve designtoestellen als de V70 en de vorig jaar gelanceerde V3 RAZR richt het bedrijf zich op stijlbewuste consumenten. Evisu, Adidas, Swarovski en Vivienne Westwood leverden al gsm-ontwerpen en de jongste jaren bracht Motorola ontwerpers, modejournalisten en aanverwanten samen op feesten in Londen, New York en Brussel. Onlangs sponsorde Motorola ook het Stylistenparcours van Modo Bruxellae en de publieksprijs die de vzw uitreikte, een stevige wenk naar 5000 modegevoelige bezoekers.

Werken aan een kleurrijke bank

Dat de modewereld aantrekkelijk is geworden voor sponsoring, zullen ze bij Fortis niet ontkennen. Zo val je als bedrijf tenminste op. Het sponsorbeleid van de bankverzekeraar onderging een ware transformatie : Fortis werd de hoofdsponsor van de Modenatie, co- financierde het Stylistenparcours in Brussel en organiseerde vorig jaar zijn tweede ontwerperswedstrijd op Couleur Café. In oktober sponsorde Fortis nog een defilé van zowel bekende ontwerpers als studenten voor Spullenhulp. “Uit onderzoek bleek dat we ons als marktleider scherper en gedurfder moesten profileren”, zegt sponsoringadviseur Edgar Hermans. “Sommige doelgroepen kwamen ook onvoldoende aan bod in onze sponsoring, zoals vrouwen, hoger opgeleiden en jongeren. Die voelden zich over het hoofd gezien, terwijl reguliere sponsoring amper opvalt.” Dus haalde Fortis de banden aan met ’toegepaste kunsten’ als mode, architectuur en de- sign. “Die sluiten goed aan bij ons gewenste imago : vernieuwend, toekomstgericht en kleurrijk. Bovendien staat België in die domeinen aan de top, denk aan Interieur in Kortrijk. Bovendien zijn er geen financiële instellingen actief in die wereld.” Ook de mogelijkheden tot relatiebinding worden volop benut : Fortis-klanten krijgen korting in het MoMu en konden aan een gunsttarief naar Interieur04 en de recente tentoonstelling rond Ingo Maurer in Grand-Hornu.

Comfortabel in modemeubels

In de catalogus van Ikea hebben we Hedi Slimane nog niet gezien, maar lang kan dat niet meer duren. Zijn strakke interieurontwerpen vliegen in de Londense Dover Street Market de deur uit, en ook Armani Casa bewees ondertussen een blijver te zijn. In eigen land baande Chris Mestdagh zich een weg naar menig eet- en slaapkamer. So what, zult u zeggen, Pierre Cardin maakte al meubelen in de jaren vijftig. Dat gereputeerde meubelfabrikanten zelf de modewereld opzoeken, is echter een relatief jong fenomeen. Zo sloeg Bulo designers als Dirk Bikkembergs en Ann Demeulemeester aan de haak. De stap is minder voor de hand liggend dan het lijkt. Waarom zouden gereputeerde meubelfabrikanten zich immers associëren met modeontwerpers ? In vergelijking met financiële instellingen of drankmerken die geen designimago hebben, is het voordeel voor hen een stuk kleiner en het risico aanzienlijk groter. “In eerste instantie dachten we gewoon aan een bekende naam, maar je moet elkaar natuurlijk wel vinden. De ontwerper in kwestie moet op dezelfde lijn zitten”, zegt verdeler Victor Bratkowski van Ligne Roset. De Franse meubelfabrikant vroeg in 2003 aan Veronique Branquinho en Xavier Delcour om zijn bekende Togo-sofa in een nieuw kleedje te steken. “Het effect van zo’n actie is moeilijk te meten, al zijn onze omzetcijfers wel gestegen. Of ons cliënteel veranderd is, weet ik niet, maar ik denk dat het voor beide partijen een win-winsituatie was.” n

Het ideale huwelijk volgens Fons Van Dyck (VVL/BBDO) : Dirk Bikkembergs & Pampers

“De uitgaven voor peuters en kleuters worden steeds groter. Mensen willen zich ook via dat marksegment identificeren en onderscheiden via designermerken. Het zou dus een uitdaging zijn voor iemand als Dirk Bikkembergs om de luiers van Pampers opnieuw uit te vinden als trendy maar functionele kleding. Te meer omdat Pampers op termijn marktaandeel kan verliezen aan huismerken en goedkopere producten. Het moet opnieuw een meerwaarde creëren om zijn prijsstrategie te kunnen handhaven. Brand extension, waarbij de klassieke luier een modieus artikel wordt, kan Pampers onderscheiden. Een merknaam als Prêt-à-Pampers zou die evolutie van het merk helder verwoorden. De doelgroep van het project zijn jonge ouders in de hogere sociale klassen. Bikkembergs appelleert ook aan de nieuwe mannen in die groep : denk aan zijn voorliefde voor robuuste materialen, simpele vormen en sexy kleding met een krachtige en zelfbewuste uitstraling. Zijn streven om het praktische aan het esthetische te koppelen, kan perfect vertaald worden naar nieuwe luiers. Die zouden dan niet verdeeld worden via de supermarkt, maar in de betere babyzaak en de verkooppunten van Bikkembergs.”

Het ideale huwelijk volgens Philip Vandenberghe (Quattro Saatchi & Saatchi) : Leonidas & de muziekwereld

“De interesse voor de modewereld heeft te maken met het aureool van luxe en status rond designernamen. Dat kan afstralen op andere merken, en die kunnen zich daardoor herbronnen en zelfs helemaal heruitvinden. Denk aan een Belgische klassieker als Leonidas, een instituut, maar helaas wat belegen. Het zou zijn marktpositie kunnen versterken door zich te associëren met Belgische muzikanten als Zita Swoon en Vive la Fête, twee veelzijdige groepen die bewezen hebben open te staan voor uitstapjes. Laat ze nieuwe smaken bedenken, pralines ontwerpen en zelfs de verpakking verzorgen. Een truffel met aardbei en nougat, verpakt in een vers van Flip Kowlier of Ozark Henry. De doosjes kunnen opgevat worden als oude muziekdozen en hebbedingen worden voor fijnproevers. Op die manier creëert Leonidas een echte premium, iets waartoe chocolade zich bij uitstek leent. Het is lekker, sensueel en verleidelijk. Het is dus geen toeval dat ook Giorgio Armanidolci maakt. En uiteraard kan Leonidas het ook aan Dries Van Noten vragen…”

Het ideale huwelijk volgens Stefaan Vandist (Duval Guillaume) : Maarten Van Severen & Stella

“Voor geslaagde co- branding moeten twee merken elkaars persoonlijkheid versterken : elkaar verrijken of verjongen, de betrokkenheid van de consument verhogen of elkaar over de grenzen van hun merkidentiteit helpen. Neem Stella Artois bijvoorbeeld. Dat is geen klassiek en traditioneel bier meer, maar eigentijds en jong. In Groot-Brittannië is het zelfs een luxebier. Voor Stella zou een project met Maarten Van Severen dat stijlvolle imago kunnen bevestigen, te meer daar het zich als een huiselijk bier profileert : ‘Mijn thuis is waar mijn Stella staat. ‘ Het zou dus mooi zijn als het permanent thuis aanwezig zou zijn bij zijn doelgroep. Van Severen zou nieuwe, gepolijste kratten met afneembare pootjes en een modulair kliksysteem kunnen ontwerpen. De kratten zouden gebruikt worden als salon- of bijzettafeltje en als voetsteun, en met die modules zou je grotere meubelstukken kunnen maken. Zo toont Van Severen zich als een polyvalente creatieveling die een breder publiek aanspreekt, en worden lompe en plaatsrovende bierkratten een intelligent interieurelement. Dat zou de merkidentiteit van Stella versterken, zeker bij jongeren. Die wonen vaak krap en verhuizen veel.

Tekst Wim Denolf

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content