Ellen von Unwerth is een buitenbeentje in de modefotografie. Tien jaar lang was ze zelf model op hoog niveau, maar pas achter de camera bloeide ze helemaal open. Een gesprek over voyeurisme, gedrevenheid en sterke maar sensuele vrouwen.

W ie het werk van Ellen von Unwerth kent, weet waaraan hij zich kan verwachten. In een Newtoneske sfeer brengt ze vrouwen en mannen samen in zeer suggestieve taferelen, soms op het randje van het sadomasochisme. Vooral in haar boek Revenge kwamen die scènes uitvoerig aan bod. Om die reden had ik een wat gedistingeerde vrouw van het geraffineerde genre verwacht, maar dan wel met onvermoede achtergronden. Een chique vrouw met veel maar keurig opgeborgen fantasma’s. Maar bij de lancering van het Cacharelparfum Noa Perle in het Palais des Miroirs in hartje Parijs wacht een wat speelse, geblondeerde vijftiger me op met een ontwapenende lach en een schaterende stem. Ze ziet eruit als een wat opgekleed boerendochtertje uit Holland, en wordt geflankeerd door twee andere dames die ondanks mijn vraag om ons met rust te laten bij het interview aanwezig zullen zijn. Dat wordt dus harken.

Maar Ellen von Unwerth blijkt de bereidwilligheid zelve, ziet eruit alsof ze het leven zomaar ongecompliceerd op zich laat afkomen en het geluk uit de lucht plukt wanneer het haar past. En dat terwijl de wonderlijkste voorstellen op haar afkomen. Was ze niet al heel jong in een circus bedrijvig, of is dat maar een fabeltje ?

“Het klopt helemaal. Ik was net afgestudeerd en het circus Roncalli kwam bij ons in Beieren langs, met zijn romantische sfeer en zijn schitterende enscenering. Ik was er helemaal weg van. Zozeer zelfs dat ik bij de directeur langsliep. Het bleek een charmante Oostenrijker die er al even wonderlijk uitzag. Ik vroeg hem gewoon om een baantje en dat vond hij meteen goed, want hij vond zelf dat ik er een beetje als een circusmeisje uitzag. Twee dagen later ging ik aan de slag en dat kwam me goed uit, want ik had niet echt precieze plannen.

Ook modellenwerk stond niet echt op uw verlanglijstje, kwam als het ware uit de lucht gevallen.

Ellen von Unwerth : Je gelooft het niet, maar de dag dat ik op weg was naar de universiteit om me in te schrijven in ik wist nog niet welke faculteit, werd ik op straat ontdekt, zoals dat heet. Eigenlijk had ik helemaal niet zo’n zin in dat modellenwerk, maar ik dacht : ik probeer het even uit. Ik vestigde me in Parijs, maar eigenlijk is dat hele gedoe me nooit echt bevallen.

Toch bleef u tien jaar lang op de catwalk defileren.

Als je het mij vraagt, heeft het allemaal veel te lang geduurd. Ik vond de job behoorlijk frustrerend maar ik zat een beetje vast. Om te beginnen ben ik al niet zo’n exhibitioniste, ik voel me veel behaaglijker in de rol van voyeur en van creatieveling. Maar het betaalde goed en ik kon de wonderlijkste reizen maken. En eenmaal je in dat wereldje meedraait, valt het een beetje moeilijk om die faciliteiten zomaar overboord te gooien.

Zijn er dan geen goede herinneringen uit die tijd blijven hangen, hebt u er dan niets geleerd dat later van pas is gekomen ?

Toch wel. Ik leerde er vooral wat ik zelf niet wilde. Op die shootings moest je bijvoorbeeld behoorlijk onbeweeglijk blijven kijken en dat haatte ik. Zo van ‘hoofd rechts’ of ‘hoofd links’, terwijl ik veel meer zin had in zotte poses of een levendige invalshoek. Vandaar dat ik de gelukkigste dag van mijn leven beleefde toen ik besloot zelf de camera ter hand te nemen om mijn eigen ding te doen.

Ik had in die jaren een vriend die fotograaf was en aldoor bezig was met me te fotograferen. Alleen kreeg ik van het resultaat maar bitter weinig te zien. Hij drukte van elke shooting namelijk welgeteld één foto af. Terwijl ik ook de andere beelden wilde bekijken. Dus leerde hij me foto’s afdrukken in de donkere kamer, zodat ik zelf aan de slag kon. Dat heb ik dan maar gedaan, compleet met al het geëxperimenteer errond. Uiteindelijk hing het hele appartement vol met foto’s van mezelf en toen ik daar doorheen was, begon ik andere meisjes te fotograferen.

Ik hield ook het werk van Guy Bourdin en Oliviero Toscani in gedachten, omdat die fotografen een diepe indruk op mij hadden gemaakt. Bourdin met zijn zeer persoonlijke, gedurfde foto’s, waar altijd wel opwinding in de lucht zat. En de energie van Toscani vergeet ik nooit.

Het verhaal wil anders dat u helemaal geen kaas gegeten hebt van techniek, en dat zit vele fotografen een beetje dwars. Zo van : ze gaat met het succes lopen en ze kent niets van techniek.

Ik ken ook maar heel weinig van techniek, en met mijn manier van werken vind ik dat bovendien volslagen onbelangrijk. Ik ben op een shooting omringd door assistenten en val die waar nodig lastig met vragen. Ze brengen de camera’s in gereedheid en voor de rest weet ik zo ongeveer wel welke foto’s ik wil maken : ik hou van heel levendige, spontane beelden met veel actie in. Precies het tegenovergestelde van wat ze me in mijn modellentijd hebben laten doen. Dus schrijf ik een vaag scenario uit voor mezelf en storm erop af. Vaak gebeurt dat met zoveel enthousiasme dat ik niet zelden tegengehouden word door mijn assistenten, die er me vriendelijk attent op maken dat er nog geeneens een film in het doosje zit. Het allerbelangrijkste vind ik dat er leven in het verhaal en in de foto’s zit. En ik let heel erg goed op de belichting en de sfeer. De mannequins mogen ook best knap zijn, maar eigenlijk is zelfs dat aspect weer ondergeschikt.

Een goede fotograaf is voor u niet in de eerste plaats een technische grootmeester ?

Het allerbelangrijkste aan een fotograaf is dat hij een eigen stijl heeft weten te vinden, dat zijn foto’s herkenbaar zijn. Alle beelden die de tijd overleven, zijn beelden met een heel eigen karakter. Kijk hoe Peter Lindbergh en Helmut Newton vrouwen in beeld brengen en je weet het. Hun foto’s zijn nooit gedateerd, nooit gedemodeerd omdat ze zo’n sterke persoonlijke stempel dragen. Toen ik zelf begon, wist ik dat ik een ander soort modefotografie wilde dan datgene wat ik overal om me heen zag. Een fotografie die lichtvoetiger, minder gestructureerd was, veel spontaner ook. Tussen een goede fotograaf en een middelmatige collega gaapt alleen een verschil in persoonlijkheid. Want je kunt dan wel het vak leren, maar persoonlijkheid heb je gewoon. Tenslotte spreken we hier over een artistieke benadering.

Veel van uw foto’s dragen een sm-stempel, waarbij vrouwen mannen domineren.

Ach, ik heb altijd graag in mijn eigen fantasiewereld geleefd, en het is toch aardig om als vrouw mannen te kunnen domineren. Maar neem het niet te serieus, het is niet veel meer dan een spel, en de meisjes die ik ingehuurd had, vonden het heel leuk en opwindend.

Met de campagne voor Noa Perle van Cacharel brengt u een heel ander soort vrouw in beeld.

De vrouw van Noa Perle is een vrouw naar mijn hart. Ze is sterk maar ook sensueel en een beetje een speelvogel. Voeg daar een romantisch decor bij en een sprookjessfeer en je krijgt het resultaat dat je gezien hebt. Veel mensen denken aan mij als de vrouw achter het boek Revenge, maar ook in dit beeld is veel van mezelf geslopen. Ik geloof dat de tijd stilaan rijp is dat vrouwen weer een stukje romantiek mogen toelaten in hun leven. Zeker is dat veel vrouwen een stuk van zichzelf herkennen in de vrouw van Noa Perle. Na het feminisme kan dat geen kwaad, en zelf hou ik veel meer van een wat romantischer, wat sensueler vrouw dan van dat agressieve type. Vrouwen mogen wat zachter, kwetsbaarder overkomen zonder daarom in te boeten aan persoonlijkheid. Want je hebt toch gemerkt dat het meisje op de foto ook de blik van een tijger heeft.

Weegt uw grote bewondering voor Helmut Newton sterk door in uw werk ?

Ik vind mijn kleine, Duitse landgenoot anders ook best een romanticus, met wat agressie aan de randjes. Maar dat ligt aan onze Duitse openheid. Ik kom uit Beieren en ergens voel ik me ook een beetje die kleine Heidi, maar dan wel met een open geest. Ik weet wel dat Beieren politiek een beetje reactionair is, maar ook open geesten bloeien er open.

Wie de shootings bekijkt, ziet altijd weer een duidelijk verhaal, een filmische opzet.

Ik hou van een rode lijn in het geheel. Voor Revenge had ik zelfs een heus scenario in elkaar geknutseld en ik boekte de meisjes als voor een film. Idem dito voor Noa Perle, omdat ik met elkaar opvolgende beelden werk, en daarmee voel ik me ook een cineaste. Ik ben nu bezig aan een retrospectieve over mijn werk voor een expo in Sjanghai, maar daarna wil ik absoluut aan de film.

Da’s een heel ander paar mouwen, en stukken ingewikkelder dan foto’s schieten.

Ik weet dat nog zo niet. Ik sta nooit stil bij de moeilijkheden, in de fotografie was het net zo. Iedereen zeurde altijd maar dat het zo moeilijk was, terwijl ik er los doorheen stormde. Het komt er gewoon op aan een stijl te vinden die niet te ingewikkeld is en er dan ongeremd tegenaan te gaan. Met video kun je prima uit de voeten en het kost helemaal niets. Ik heb overigens in New York al eens een videofilm geschoten met enkele vriendinnen, waarbij ik zelf de styling en het licht voor mijn rekening nam. Eigenlijk hadden we verder niemand nodig, en zeker geen crew. Ideaal is het niet en ik hou natuurlijk ook wel van een echte film, met alles wat daarbij komt kijken. Maar met mijn karakter betekent dat alleen maar dat ik mezelf in zo’n monsterorganisatie klem zou rijden en mijn bewegingsvrijheid en spontaneïteit zou verliezen. Dus kies ik voor een technisch eenvoudiger aanpak. En nu ik er zo aan denk, zou ik eigenlijk zelfs gewoon een filmpje kunnen draaien met mijn gsm…

Toch gaat u in de fotografie niet voor de digitale aanpak, die een stuk eenvoudiger is.

Dat klopt, ik werk uitsluitend met de klassieke 35-millimeterrolfilmpjes. Zo’n kleinbeeldcamera is helemaal mijn ding en laat me toe geheel vrij te werken. Voor de rest verkies ik om een dagje te wachten op het resultaat en dan een echte foto te bekijken. Ik heb het niet zo voor een foto die eerst op een scherm verschijnt waar iedereen bijstaat. Het is niet alleen niet mooi, er wordt dan ook nog voortdurend aan geknoeid en dat terwijl iedereen maar staat te loeren.

Met een klassieke film kan er anders van alles misgaan, en je krijgt geen tweede kans.

Hoezo misgaan ? Er gaat nooit wat mis, de foto’s zijn altijd goed (schatert het uit).

Revenge, Ellen von Unwerth, Twin Palms Publishers, ISBN 1931885141.

Door Pierre Darge

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content