Rijeka Crnojevica, daar wilden we naartoe. In Montenegro, waar ze niet op een medeklinker meer kijken, in naar ons taalgevoel exotische combinaties bovendien. Je zou voor minder hopen de weg niet te hoeven vragen. Maar daar hadden we de gps voor, die het verhuurbedrijf ons bij wijze van bonus bij de Skoda Fabia Sport geleverd had. Josip doopten we hem, ter nagedachtenis van de grote partizanenleider, maarschalk Tito. Voor alle duidelijkheid : zowel mijn partner als ik waren geheel gps-onkundig. Typisch zo’n nuttig ding dat ik al lang wilde kopen, maar altijd was de trek in een paar oorbellen of een nieuwe bloes groter.

Aangezien het Montenegrijnse binnenland arm is aan zowel wegwijzers als levende wezens, leek het me een uitstekend testgebied voor een navigatiesysteem. Het intikken van de bestemming alleen al was een uitdaging, zelfs met weglating van een paar accenten. Bingo, iemand anders had zich ooit al naar Rijeka dinges aan het Skadarmeer willen begeven, Josip wist meteen van wanten. Alleen liep het bij de eerste bocht al grondig fout. “After 300 meters, turn left”, zo commandeerde onze kameraad in digitaal Engels met een Amerikaans accent. Helaas bevond zich op die plek een gigantische werf van een hotelcomplex in aanbouw, links afslaan behoorde niet tot de mogelijkheden. “Wrong recalculation”, stelde Josip vast, neutraal maar zonder adempauze, wat meteen de nodige twijfels deed rijzen over de recalculation. Terecht zo bleek, want de weg die hij ons vijf kilometer verder links wilde doen inslaan, had de allures van een geitenpad. Mijn partner, die ik ken als een in alle omstandigheden beminnelijk mens, keek grimmig. “Niet onnozel doen, hé maat.”

Voor ik verder ga, is wellicht een kleine toelichting nodig. Als autotoerist ben ik eerder van het nonchalante type. Gaat de reis naar het Zuiden, dan veronderstel ik gemakshalve dat alle wegen naar Rome leiden. Of naar Marseille of Perpignan of Barcelona, al naargelang het geval. Het zal wel aangeduid zijn, zeker. Meestal loopt zoiets goed af. Soms ook niet, zoals die keer toen ik met een vriendin in Saarbrücken belandde, terwijl we in Colmar hoorden te zijn. Afslag op de autosnelweg gemist wegens te druk in gesprek. Om erger te voorkomen misschien, koppelt het lot mij bij voorkeur aan uiterst goed georganiseerde mannen die aan de vooravond van een reis een uitdraai maken van de route, compleet met de nummers van autosnelwegen, nationale wegen en alle opeenvolgende afslagen. Het type mannen ook dat na de vierde wrong recalculation in staat is tot geweldpleging, zo niet op de medepassagier dan toch op de elektronische gids. “Het is hij of ik, je kunt kiezen.” En vervolgens, tussen opeengeklemde tanden : “Ik wil weten waar ik ben en waar ik naartoe ga”, wat wellicht existentiëler klonk dan het bedoeld was. Zelf bewaar ik in zulke omstandigheden het soort koppige opgewektheid waarmee je mannen tot razernij kunt brengen. Ik ben mij daarvan bewust, maar het is sterker dan mijzelf. “Maar schatje toch, rechts is de zee, links zijn de bergen en Montenegro is een voorschoot groot. Wat kan er in godsnaam mislopen ?”

Enfin, we zijn uiteindelijk toch in Rijeka Crnojevica geraakt. Via een tankstation met landkaarten. “In Montenegro gps no good”, wist de pombediende. Maar toen zat Josip al uren in het handschoenkastje.

Linda Asselbergs

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content