?Elk jaar als de vakantie begint, ben ik ongerust : mensen vertrekken onbezorgd, de sfeer is los en plezierig, de zon schijnt, en er wordt overal volop gevrijd. Ik hoop maar dat ze ’t veilig houden.

Ik vermoed dat ik besmet ben met het HIV in ’85, door mijn tweede of derde seksueel contact. De twee partners die ik daarna nog had, heb ik gewaarschuwd dat ik seropositief was, maar van hen kwam het niet : zij waren allebei negatief.

Mijn vermoeden over het tijdstip van besmetting klopt met het verloop : tien jaar is de gemiddelde duur van gezond leven met het HIV, en vorig jaar ben ik ziek geworden. Mijn weerstand brokkelt af en ik ben vatbaar voor allerlei infecties : ontstekingen die slecht genezen, allergieën… Omdat het niet meer gaat, werk ik niet meer op vaste basis. Ook niet halftime : moe, totaal gebrek aan energie, ziek. Zeer uitputtend, en een dagje bijslapen haalt niets uit. Ik weet nooit wat me de volgende ochtend te wachten staat : ontstoken ogen of oren, misselijkheid… Tot nu toe ben ik gespaard gebleven van gewichtsverlies en diarree, maar mijn lichaam is niet meer onder controle. Aan de buitenkant is er niks te merken, maar binnenin… Dat is het verraderlijke van dit virus.

Die aidstest, bijna zes jaar geleden… Ik zag clips op tv die zegden dat aids een probleem was van iedereen, niet enkel van homo’s en drugsspuiters. En dat ook heteroseksuele contacten riskant zijn. Zonder erbij na te denken, heb ik me laten testen tijdens een routinebezoek aan de gynaecoloog. Eerst wilde hij niet eens, omdat ik zogezegd niet tot een risicogroep behoorde, maar ik hield voet bij stuk. Tegelijk was ik er zo gerust in, dat we niet eens een afspraak maakten om de uitslag van de test te bespreken. Die arts is blijkbaar erg geschrokken van het resultaat, hij probeerde me op alle manieren te bereiken. Tenslotte belde ik hem zelf om 11 uur ’s avonds, en kreeg ik het te horen. Hij wachtte nog op bevestiging, zei hij, maar daar moest ik wel een maand op wachten, want hij ging met vakantie. De volgende dag nam mijn broer me mee naar het Tropisch Instituut voor een nieuwe test.

‘Ik maak er een eind aan’, dacht ik. De angst om het aan je ouders te vertellen, is verschrikkelijk. Mijn broer heeft dat van me overgenomen. Ze reageerden heel vriendelijk en bezorgd, en ik vond dat ik er niet nog een schep bovenop kon doen door mezelf van kant te maken. ‘Misschien valt er mee te leven’, dacht ik dan maar. Ik kon in een hoekje zitten grienen, of proberen er nog iets van te maken. Ik koos het laatste, en daar heb ik geen spijt van : ik ben blij dat ik er nog ben, en het leven is te kort om te zitten kniezen, zeker als je besmet bent.

Met hart en ziel stortte ik mij op aidspreventie. De meesten lopen niet met hun besmetting te koop, maar ik ben ervoor uitgekomen omdat ik vond dat ik een waarschuwingsfunctie had, en omdat het uit de taboesfeer moest. Anders had ik het waarschijnlijk niet aan de grote klok gehangen, omdat de gevolgen heel groot kunnen zijn. Veel besmette mensen proberen gewoon verder te leven zolang het kan, ook om hun ouders te beschermen. Maar als je er pas mee voor de dag komt als je ziek wordt, hebben die te veel tegelijk te verwerken : je seropositiviteit, het feit dat je ziek bent, en dat ze spoedig afscheid zullen moeten nemen. Die mensen hebben ook tijd nodig. Ik heb het stelselmatig de ene na de andere verteld, en ik heb nooit slechte reacties gekregen. Goede vrienden laten je niet vallen omdat je seropositief bent, en als je het vertelt, valt een zware last van je af : het is onmenselijk om het alleen te dragen.

Heel lang heb ik me afgesloten voor een mogelijke relatie, doodsbang om het virus door te geven. Ik zat ook met de vraag of je iemand kan of mag opzadelen met een ziek mens. Maar drie jaar geleden ontmoette ik mijn huidige vriend. Ik weet dat ik er niet lang meer zal zijn, en dat ik hem geen kinderen kan geven. Nooit kinderen hebben, was het moeilijkste om te aanvaarden, áls ik het al aanvaard heb. Ik probeer me ermee te verzoenen, maar als ik jonge moeders met hun kinderwagen zie wandelen, heb ik het lastig.?

De Witte Raven (Schijfwerpersstraat 145, 2020 Antwerpen, tel.(03) 828.69.00) is een werkgroep van en voor mensen met HIV en aids, en voor hun directe omgeving.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content