De klassieke Sea Cloud heeft er een modern zusje bij, de Sea Cloud II. Die heeft meer comfort, meer ruimte, drie masten en een legendarische kapitein.

Het eerste wat de gasten vragen als ze aan boord komen, is hoe snel het schip kan zeilen. En onmiddellijk daarna: Wann bewegt Sie? Liegt Sie immer noch am Anker? Omdat ze gewoon zijn van in een razend tempo door het leven te hollen. Maar hier ligt dat even anders. Hier zijn geduld en vakmanschap vereist om een schip zo groot als een appartementsgebouw veilig een haven in en uit te loodsen.”

“Omdat we de jaren dertig getrouw wilden zijn, bedankten we voor computersturing op de zeilen. Maar dat betekent dat de jongens en meisjes in de touwen moeten klimmen voor we onder zeil kunnen gaan. Dat is niet alleen moeilijk, het is ook gevaarlijk. Het ultieme punt van de hoogste mast ligt 53 meter boven de waterlijn, dan weet je het wel. Ongelukken loeren bij elk maneuver, maar ik wil geen jonge mensen verliezen, want dan word je in één nacht grijs.”

We zitten met kapitein Gerhard Lickfett in zijn kajuit op het hoogste dek van de Sea Cloud II, het zusje van de legendarische Sea Cloud. De oorspronkelijke Sea Cloud werd op last van de Amerikaanse miljardair Marjorie Post in 1931 gebouwd als privé-jacht en kwam na een woelig leven in handen van meneer Ebel, die het liet verbouwen tot een zeilschip voor passagiers. De Sea Cloud blijft een juweeltje, maar is veroordeeld om veiligheidsredenen. Internationale regels verbieden houten schepen om vanaf 2010 nog passagiers te vervoeren en daarom bouwde Ebel een nieuw schip, waarop Lickfett het bevel voert.

Dat schip draagt één mast minder en telt één dek meer, en kan daardoor 96 in plaats van 68 passagiers aan boord nemen. De standaardhutten getuigen van een uitgesproken luxe, met marmeren badkamers, houten panelen tegen de muren, een salonnetje, televisie en video, telefoon en een toilettafel.

Het nieuwe schip bezit een luchtige lounge, waar oranje fauteuils om kleine tafeltjes geschaard staan, het licht valt er volop van boven binnen. Er is ook een kleine haard, houten decoratiewerk en er hangen Venetiaanse gordijnen en plafonnières. Daar zit George de helft van de dag achter de piano en nemen de gasten voor het diner het aperitief. De Sea Cloud II is ook sneller dan zijn voorganger, maar daar heeft de kapitein het nauwelijks over.

Er is behoorlijk wat vraag naar zeilreizen, maar toch blijven er wereldwijd nog amper achttien grote schepen in de vaart. Lickfett, die als kind al in omgebouwde drinkbakken van koeien over het water dobberde, raakte zelf in de ban van het leven op zee toen hij als vijftienjarige de film Sturm im Atlantik ging zien. Na een opleiding aan de zeevaartschool in Elsfleth, waar hij weerkunde, zeemanskunst en navigatie studeerde, monsterde hij aan op de bananenboot Perikles die op Zuid-Amerika voer. Dat leven beviel hem wel, tot het schip op een dag in het Kanaal de viermasterbark Pamir kruiste.

De 63-jarige kapitein, die moeiteloos de oude klassieken kan citeren en zoals zo vaak in een blauwe pull gekleed gaat, lacht hardop, terwijl zijn ogen oplichten. “Toen wist ik dat ik eigenlijk alleen maar thuishoorde op een zeilschip en ging vrijwel meteen in dienst op het zusterschip van de Pamir, de Passat. Het werd een wonderlijke tijd: ik was al jaren gymnast aan de horizontale liggers en dat had me sterk en lenig gemaakt, en die kwaliteiten kwamen aardig van pas tijdens het klimmen in de mast.”

“Later, toen ik kapitein werd, klom ik nog, ik ben dat blijven doen. Ik ben dol op de wind en op het klimwerk, vier dagen geleden stond ik nog op de hoogste ra’s. Omdat je als kapitein nu en dan aan de crew moet laten zien dat wat je hun vraagt ook nog best zelf kunt.”

Noem het romantiek of ouderwetse charme of sentimentaliteit, maar er gaat een rilling door de groep opvarenden als op woensdagochtend de zeilen worden uitgezet, een karwei die manueel wordt geklaard – op veel moderne zeilschepen stuurt een computer die hele operatie. De jongens en meisjes klimmen in de dwarsbalken en maken dan de samengebonden zeilen los, een gevaarlijk karwei. Als de 26 zeilen, samen drieduizend vierkante meter groot, uitgezet zijn, gaan de motoren af en zeilen we zoals in de tijden van weleer. We zijn gisteren uit Palma de Mallorca vertrokken en nu zetten we koers naar Civitavecchia, bij Rome.

De zeilervaring laat zich moeilijk beschrijven, als passagier twijfel je tussen opperste bewondering en volmaakte rust. Dat de wind alleen zo’n gevaarte voortstuwt, als het een beetje meezit zelfs tot veertien knopen, is zonder meer miraculeus.

In Ajaccio, waar twee gitaarspelers en het opschrift Je t’aime ma marmotte de opvarenden verwelkomen, ruikt alles naar Bonaparte, de bekendste inwoner van de stad. De platanen zorgen voor wat schaduw en in het Fesch-paleis is een tentoonstelling gewijd aan de beroemdste zoon van de stad. Daar lopen we tussen de marmeren borst van zijn zus, Pauline Borghese, en het schitterende schilderij van Giuseppe Borsato: Napoléon 1er preside la régate sur le Grand Canal. Op 2 december 1807, te midden van protserigheid en weelde, wist de Corsicaan nog niet dat er een eind kon komen aan de probleemloze dagen.

Maar eigenlijk zijn die stops een beetje overbodig: net goed om een paar kranten te kopen en een terrasje te doen en weer naar de driemaster te slenteren, waar de helft van het stadje voor in bewondering staat.

Terug aan boord, zoeken we de kapitein op, want wie weet beter waarom de Sea Cloud II geen viermaster is geworden, zoals het originele voorbeeld? “De vier masten stonden te dicht bij elkaar, waarschijnlijk is de vierde mast er zelfs alleen om prestigeredenen gekomen”, zegt Lickfett. “Het eindresultaat was minder efficiënt dan de driemaster die we nu hebben en die in de windtunnel al een voorsmaakje liet zien van zijn uitstekende mogelijkheden.”

Toen de Pamir in 1957 verging, kreeg de zeilerij een nieuwe slag en zag de Duitser zich verplicht naar de handelsvaart terug te keren waar hij op betere tijden wachtte. Dat wachten zou dertig jaar duren. Pas vanaf 1987 kreeg het cruisepubliek, dat sinds de Tweede Wereldoorlog op almaar grotere passagiersschepen had gereisd, weer zin in kleinschaligheid en in het zeilen. De vraag naar kleinere schepen groeide opnieuw.

Gerhard Lickfett staat achtereenvolgens aan het roer van het schoolschip Thor Heyerdahl, van de Sea Cloud en van de driemasterbark Alexander von Humboldt, waar hij stuurlui en matrozen opleidt. Tijdens zijn dagen op de Sea Cloud krijgt hij het bezoek van een stille Zweed.

“Het is veertien jaar geleden, maar ik herinner me het als gisteren: hier in de baai van Porto Cervo stapte Mikael Krafft aan boord, en hij deed dat als spion. Want hij wilde zelf zeilschepen bouwen, maar wist niet veel van de praktische uitvoering. Een paar jaar later, toen der Schwede zijn Star Clipper en Star Flyer in de vaart bracht, kwam hij Lickfett opzoeken, die zou tien jaar voor hem werken. Zijn laatste opdracht was als kapitein van de Royal Clipper, een vijfmaster en het grootste zeilpassagierschip dat momenteel in de vaart is.

Maar die periode lijkt afgesloten en nu leidt de Duitser met ijzeren hand de Sea Cloud II. Hij roemt de stabiliteit en de zeewaardigheid die haar heelhuids door een storm heeft geholpen een paar maanden geleden tijdens een trans-Atlantische oversteek.

Als het weer even meevalt en de zeilen zijn uitgezet, zitten we in de ligstoelen aan de loefzijde en genieten van de zon. Op minder zonnige dagen brengen we een deel van de dag in de lounge door, maar nog aardiger is het in de kleine bibliotheek die de hele breedte van het dek beslaat. Daar staan een paar ouderwets ogende fauteuils en stoelen, enkele tafels, een secretaire met de computer waarop straks internet wordt aangesloten. In de vloer zit een prachtig kompas gemonteerd.

Maar de meesten komen hier voor de kasten vol boeken over schepen en verre landen. Genoeg om een passagier die maar niet kan wennen aan het trage tempo van het leven aan boord, een paar weken zoet te houden. Want vertier zoals dat op grotere schepen wordt geboden, is hier niet aanwezig. Geen bioscoop, geen spektakelzaal, geen casino.

Niemand lijkt daar een probleem van te maken, wie met dit soort schepen meereist, heeft meer oog voor de zeilervaring. Altijd vind je een deel van de opvarenden beschut op een van de dekken gewoon van de zee en de wind te genieten. Er zijn wel officiële uitstappen, maar veel gasten stellen zich tevreden met een korte wandeling in de haven, ze drinken een koffie en haasten zich weer naar de prestigieuze loopbrug.

Het traditionele amusement aan boord is het diner. De twee laatste dagen is de Duitse chef Wolfgang Dubs aan boord gehaald, wat het culinaire peil nog hoger tilt. Een deel van de gasten blijkt vrijwel uitsluitend geïnteresseerd in de gastronomische hoogtepunten van de cruise. Op het afscheidsdiner heeft gelegenheidschef Dubs een gourmetdiner bereid. Wij zijn te gast aan de captain’s table.

“De moderne mens wil alles”, zegt de kapitein, “Amerikanen zouden het liefst drie havens per dag aandoen en overal shoppen. Europeanen hebben meer belangstelling voor het zeilen en als ze ter bestemming zijn, blijken de zeiluren vaak hun sterkste herinnering. Dat motiveert ons en toont aan dat we goed bezig zijn.

Wie geen zin heeft om naar de zeilen of naar het water te turen, kan zich gewoon in zijn hut terugtrekken en vanuit bed of in de comfortabele sofa een video of bijvoorbeeld CNN bekijken, het fruitmandje bij de hand, of een goed boek lezen.

En natuurlijk zijn er de contacten die een cruise altijd tot een bijzondere gebeurtenis maken. “Hoe specialer de plek, hoe specialer het volk”, zegt Antje Biermann. Zij brak na drie en een half jaar haar studie cultuurmanagement af om op de oude Sea Cloud te gaan werken. “Niet dat ik speciaal van schepen hield, maar ik had dringend wat centen nodig. En veel ervaring was niet vereist. Je moest bereid zijn om in de masten te klimmen en het dek te schrobben. Dus klom ik in de mast en schrobde ik gedurende een jaar het dek, waarna ik mijn studie voortzette.”

Toen Antje afstudeerde, belde ze Hapagg-Lloyd met de vraag of ze iemand konden gebruiken. “Het was vrijdag en ik mocht aantreden als ik ’s maandags in Alaska kon zijn. Natuurlijk kon dat, ik was zo weer onderweg. Maar de cruisedirector van de Sea Cloud II, de jonge vrouw die treintjes chartert en de uitstappen in goede banen leidt en tegelijkertijd de gastvrouw is, wilde verder en meer.

“Voor ik het wist, was ik een manager met een fraai kantoor en een meer dan behoorlijk loon. Maar ik voelde me als Tim Thaler uit het sprookje, die zijn lach voor veel geld aan een zakenman verkocht, en vervolgens wegkwijnde. Vier weken hield ik het als manager vol, voor ik mezelf durfde te bekennen dat een kantoor niets voor mij was. Uiteindelijk belandde ik hier. Ik ben nog altijd geen scheepsfanaat, maar de Sea Cloud II bezit zo’n fantastisch profiel en het teamwork is zo geweldig, dat ik dit voor geen geld ter wereld meer wil missen.” Antje lacht.

De kapitein knikt en schept een lepel soep. Dan kijkt hij weer op naar de genodigden aan zijn tafel. “Een van de mooiste baaien die ik ken, ligt in de buurt van Calvi”, begint hij, “in mei ligt er sneeuw op de bergen en aan stuurboord passeren we het kasteel. Het is op die plek dat Nelson een been verloor, nadat hij op Santa Cruz, Tenerife, al een oog verloren had.” We zijn weer vertrokken voor een avond vol fantastische verhalen. En de bouillabaisse von die Languste mit Seeteufel und Rotbarbe van Herr Dubs smaakt verrukkelijk.

praktisch

Weekend Knack reisde op uitnodiging van Lemco Travel dat de Sea Cloud-reizen in ons land verkoopt. De driemaster die 96 gasten aan boord kan nemen, bezeilt in de zomer de Middellandse Zee, de Noordzee en de Oostzee en brengt dan de winter zeilend door in de Cariben. In Europa zeilt men een week vanaf 93.640 fr./ 2321,27 euro; voor negen dagen vanaf 106.015 fr./ 2628,04 euro; voor twaalf dagen vanaf 144.379 fr./ 3579,06 euro.

Die prijzen zijn cruise-only, maar wel op basis van volpension, de dranken en de wijn aan tafel inbegrepen, evenals de havengelden, koffie en frisdrank de hele dag, gebruik van sauna en fitness. Het 117 meter lange schip telt 48 hutten, voert een 56-koppige bemanning mee en bezit een autonomie van 10.000 zeemijl (18.520 km). De 24 zeilen hebben samen een oppervlakte van 3000 m².

Info: bij de reisagent of via Lemco Travel, Tel. 03-772 73 28, fax 03-772 00 59.

Tekst en foto’s: Pierre Darge

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content