Christophe Charon brengt opnieuw een eigen collectie, deze keer voor mannen. Zonder defilé of promotiecampagne, maar met een winkel als uitvalsbasis.

Twee jaar geleden zette Christophe Charon een punt achter zijn vrouwencollectie. Tot grote spijt van kenners en fans aan de zijlijn. Maar ondanks de kracht en de waarde van zijn bejubelde ontwerpen brak de naam Charon niet door in het internationale verkoopcircuit. Waarom, daar ligt hij niet meer wakker van. Hoofdstuk afgesloten. Nu kiest Charon voor mannenmode, een discipline die hem al bij al beter ligt, zegt hij zelf. “Ik besefte dat ik niet verder kon met vrouwenkleren. Vrouwen staan verder van me af dan mannen, waardoor het ontwerpen een bijna abstracte bezigheid was. Te meer omdat ik nooit een specifiek soort vrouw voor ogen had. Verrassend is wel dat vrouwen nu erg goed reageren op mijn mannenkleren. Er zijn er veel die ze zelf meteen willen dragen.”

Christophe Charon speelde al langer met het idee van een mannencollectie, maar het breekpunt kwam toen hij een staalkaart van woldraden onder ogen kreeg. “Het waren heel mooie kleuren”, vertelt hij. “In een impuls heb ik de fabrikant opgebeld om samen te werken. Aanvankelijk wou ik enkel truien maken, voor mannen. Een pull is tegelijk modern en primitief, heeft iets artisanaals, en is erg flexibel. Alle lichaamstypes kunnen er iets mee aanvangen. Maar terwijl ik die pulls ontwierp, begon ik als vanzelf na te denken over de kleren die ik erbij zou willen zien. Welk hemd, welke broek of jas? Zo ben ik uiteindelijk toch tot een volledige lijn gekomen.”

Charon werkt niet met thema’s of met at random gekozen uitgangspunten. Zijn collectie noemt hij, als hij er dan toch een naam op moet plakken, een mannengarderobe, een verzameling items. “Ik hou niet van mode die elk seizoen verandert”, zegt hij. “Kleren nemen nu eenmaal niet om de zes maanden een andere vorm aan. Ik maak geen basics in de strikte zin van het woord, maar veel stukken zullen elk seizoen terugkeren. Ik lever de kleren, de klanten zijn vrij om er hun ding mee te doen. Een vooropgestelde total look heb ik niet. Designermode ligt me niet. De meeste kleren van ontwerpers zijn in mijn ogen harnassen. De hand van de ontwerper overheerst de persoonlijkheid van de drager. Als je met zo’n kleren op straat komt, ben je een voorgeprogrammeerde vlek, totaal in strijd met de omgeving. Zo’n vlek ben je beter niet. Je moet het jezelf niet moeilijk maken om het idee van een ander te promoten. Kleren dienen om je persoonlijkheid uit te drukken, niet om je er een te geven.”

Christophe Charon, geboren in Antwerpen en opgeleid aan de modeacademie van de Scheldestad, heeft in zijn appartement in Parijs geen tekentafel staan. Wel veel boeken en, centraal in de kamer, een computer. Die computer is het perfecte symbool van waar hij voor staat: “Alles zit erin, van grafiek tot organisatie, allemaal verzameld in één enkel kernobject. Zo zie ik ook mijn kleren: een samenvatting van elementen. Mijn tekentafel is de omgeving waarin we leven. We worden omringd door duizenden dingen waarmee telkens iets te doen valt. Ik sluit me niet op. Ik kijk rond en stel me voortdurend vragen. Waarom je bijvoorbeeld steeds minder pakken en dassen ziet, en steeds meer T-shirts en sweatshirts. Dat zijn tekens aan de wand. Mode moet reageren op de gebeurtenissen rondom ons. Velen grijpen voortdurend terug naar het verleden, maar wat telt is de realiteit van nu. Zelfs nadenken over morgen is niet altijd nodig. Ik vind dat de meeste ontwerpers niet genoeg uitgaan, naar muziek luisteren of echt om zich heen kijken.” Wat hijzelf het liefste doet? “Werken. En wandelen. En dansen.”

De Charon-collectie voor deze winter is sterk; het soort kleren dat als intelligent en hoogstaand overkomt, zonder ook maar ergens toe te geven aan het droge nineties-minimalisme of aan de alom verspreide verbastering van sport en street. Het zijn veeleer kleren met een stamboom, met respect voor traditionele materialen en, belangrijk, geïnjecteerd met een sereen optimisme. Voor dit artikel organiseerde Charon een snelle casting met vrienden om zijn kleren te fotograferen. Eenmaal de jongens hun Adidas-jacks en tweedehands hemden hadden ingeruild voor de Charon-outfits, zagen ze er niet ‘anders’ uit, ook niet chiquer, zelfs niet noodzakelijk beter, wel enigmatischer en vinniger. “De winterlijn is mijn start”, zegt Christophe Charon. “Daarom wou ik vooral erg neutrale zaken tonen. Veel flanel, jersey, tricot. Zeemanstruien, regenjassen, gestreepte pulls, rechte hemden, vesten of jekkers in bont. Ik hou van pop en ik hou van luxe en ik probeer die twee voortdurend te verenigen. Dus zijn er goedkope, maar ook erg dure materialen. Sweaters met een bedrukking maar ook gekookte kasjmier. Wat de vormen betreft wou ik niet raken aan bestaande archetypen, ik wou ze hoogstens scherpstellen. Ik beperk de collectie tot een aantal items, maar binnen die limieten probeer ik zoveel mogelijk te doen. Werken met kleur, bijvoorbeeld. Dat is een erg onderschat medium. Met een kleur kan je meer uitdrukken dan met een vreemde vorm of een total look. Kleuren roepen gevoelens op en dienen ook om een stemming te visualiseren. Ik heb het uitgetest: als ik bijvoorbeeld een roze trui uit mijn collectie draag, reageren mensen haast instinctief op die kleur. Er is communicatie. En dat is de bedoeling van kleren. Daarom ben ik ook zo gefascineerd door grafiek en signalisatie. Iemand met een roze pull en een grijze broek is in mijn ogen ‘wandelende grafiek’, en functioneert tegelijk als een teken in het straatbeeld. Ik kijk veel naar grafische signalen: verkeersborden, gele en witte lijnen, treinsporen, alles wat een landschap onderbreekt. Kleren werken ook zo: ze scheppen signalen voor hun omgeving. Elke persoon hier op aarde telt, en iedereen heeft de drang om zijn aanwezigheid op een bepaalde manier te ‘melden’. Dat doe je beter niet door gratuit op te vallen. Als mijn kleren op straat komen, hoeven ze niet te versmelten met de grijze massa, maar ze hoeven nu ook niet botweg te botsen met het decor. Dan worden ze die gevreesde en overbodige vlek.”

Om zichzelf te ‘signaleren’, heeft Christophe Charon een eigen winkel geopend in het derde arrondissement van Parijs. “Ik zou een defilé kunnen geven, maar ik voel me nog niet klaar om via die weg uit te drukken wat ik wil zeggen. Een defilé is een theaterstuk van tien minuten, wat niet wil zeggen dat ik er tegen ben. Alleen: een winkel is voor mij een symbool van aanwezig zijn in een straat waar allerlei mensen passeren en rondbewegen. Bij een winkel voel ik een dynamiek die ik bij een modeshow doorgaans mis. Een winkel betekent 365 dagen direct contact, directe reacties. Het modesysteem dicteert dat je als jonge ontwerper vooral een defilé hoort te geven, maar er bestaan volgens mij andere wegen. Of een eigen winkel openen beter is, weet ik niet. Maar het is wel zo dat je als ‘nieuwe’ ontwerper vaak slechts de staart van het Mode-dier bent en dat je bijna voortdurend weggedrukt wordt door grote namen met reuzenbudgetten en megacampagnes. Als nieuweling moét je dat en dat verkooppunt kunnen binnenrijven, moét je die of die persagent hebben… Er moet toch een mogelijkheid bestaan om die voorgekauwde systemen te vermijden. En dat is ook aan het gebeuren, langzaam aan.”

De inrichting van zijn shop heeft Christophe zelf getekend. De vloer is bedekt met deurmattapijt en de meubelen zijn vierkante kubussen, die dienen als toonbank, als uitstal- en stapelblokken of als zitbanken. “Ik wou alles herleiden tot geometrische vormen”, verduidelijkt hij. “De meubelen zijn gebaseerd op een blokkendoos voor kinderen. In feite hebben we die kubussen gewoon uitvergroot. Als uitganspunt zijn ze ideaal: ze zijn geometrisch, constructief en praktisch. Ik ben nogal gefascineerd door collectieven, typische mannengemeenschappen: het leger, sportploegen, scholen. Daarom wou ik de meubels van de winkel op een of andere manier laten refereren aan een school. Toen ik klein was, zag ik op de rug van de stoel voor mijn bank altijd een bepaald fabricatielogo gedrukt. En op een goeie dag reed ik langs die fabriek en wat bleek: het logo was twintig jaar later nog hetzelfde. Die mensen hebben nu mijn meubelen gemaakt. Ze begrepen meteen wat ik wou. De kubussen zijn mathematisch juist, maar zijn toch met de hand geschilderd. De menselijke tussenkomst blijft duidelijk, en dat is erg belangrijk. Op elk gebied.”

Christophe Charon-shop, rue du Perche 4, 75003 Parijs. Tel. (00-33) 1-44.54.03.83.

Peter De Potter / Foto’s Guy Kokken

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content