Decadente consumptie-uitwas. Stressbron. Subtiel chantagemiddel. Of stiekeme vorm van opschepperij. Het geschenkenritueel krijgt het hard te verduren. In deze crisistijden hebben we bovendien beslist ons cadeaubudget te kortwieken, zo blijkt. Op sterven na dood ? Of zal ze blijven, de folklore van de ingepakte kleinigheidjes ?

Hij had me gevraagd hoe het ging. Ik had hem geantwoord dat het een vrij bewolkte dag was. “Daar heb ik iets voor”, mailde hij. Nog dezelfde dag kwam hij ermee langs. Een in krantenpapier ingepakt cd’tje, met één nummer erop. Mr. Blue Sky, van de seventiesgroep ELO. Ik glimlachte. Het was een lief en leuk gevonden antwoord op mijn ‘bewolkte dag’. Hij hield vol. “Echt. Het helpt.” En ik glimlachte nog eens. Maar toen gebeurde het. De volgende ochtend, toen ik nog steeds met bewolkte geest de auto instapte en het nummer opzette. Een klein wonder. Bij elk akkoord trok mijn hemel verder open. Getoonzette Prozac. Glimlachen, huilen, ik deed het allemaal tegelijk. Een catharsis die zelfs Aristoteles overtrokken zou vinden. Mijn geheime wapen is het sindsdien. En ik ben er zuinig mee. Enkel te gebruiken bij hardnekkige bewolking, mist of neerslag.

Ziedaar, de kracht van een cadeautje. Een kleinigheidje, in krantenpapier verpakt. En ik heb er zo nog. Tot mijn favorieten : het fantastische verhaal De mantel van Nikolaj Gogol (“kruipt onder je vel, je zult het zien”), het verzamelde werk van Nescio (“begin met Dichtertje”), de meer dan een halve eeuw oude schrijfmachine van mijn grootvader (een Continental, weegt een kleine ton, “schrijf dáár maar op meisje”), de allereerste ‘kopvoeter’ van mijn neefje (“voor jou, tante”), enkele mixtapes, cd’s en liveopnames (“om de kilte van datumloze dagen te verdrijven”). En de vele groene, roze en turkooizen mutsen, sjaals en kousen die mijn grootmoeder me elke keer weer gaf met Nieuwjaar. Vreselijk vond ik ze toen. Hartverwarmend nu. Sinds ik doorheb hoeveel bezorgde liefde uit die kleurrijke wol spreekt.

Return to sender

Cadeautjes geven en krijgen : het is in deze rationele tijden een zonderling ritueel. Waarom doen we het ? Niemendalletjes, maar wel (bij voorkeur) veelzeggendheden zoeken, cadeaupapier uitkiezen, zorgvuldig inpakken, lintjes krullen. Ja, zelfs rond flessen wijn rollen we een velletje. ‘De commercie’ die ons een rad voor ogen draait ? Volgen we slaafs wat vicieuze marketeers ons inprenten ? “Het geschenkenritueel is eeuwenoud”, weerlegt Dimitri Mortelmans, socioloog aan de Universiteit Antwerpen. Hij deed onderzoek naar de geschenkgewoontes van de Vlaming. “Het is een krachtig symbool dat de relatie bevestigt. Niet te onderschatten, ook niet te overschatten. Maar wel te erkennen. Sociologisch bekeken is het geschenk een heel interessant fenomeen. Het zegt veel over de relatie in kwestie.”

Eeuwenoud ? Je zou het inderdaad geloven. In de klassieke literatuur en mythologie is het geschenk een populair gegeven. Opvallend wel dat het daar zelden een vrolijk verhaal oplevert. Vergiftigd, dat zijn de geschenken vooral. Het was tenslotte Pandora’s doos waarmee de ellende in dit tranendal begon. Of wat met dat paard in Troje ? Een cadeautje van Poseidon, jubelden de Trojanen. Helaas… En Koning Midas dan. “Laat al wat ik aanraak in goud veranderen.” “Da’s goed”, zei een gulle Dionysos. Bleek dat je goud niet kunt eten, en dat het bovendien weinig liefde teruggeeft.

Nee, geschenken zijn niet altijd onschuldig. Net omdát een geschenk in se onverdacht is en de code vereist dat je het dankbaar en blij aanvaardt, is het zo’n krachtig wapen. Oppassen ermee. Ze kunnen in vele opzichten ook carrément fout zijn. Mortelmans : “Moraliserende of pedagogische geschenken bijvoorbeeld. Ouders die hun zoon een atlas geven, nadat hij gezakt was voor aardrijkskunde. Een boekje met voornamen aan de schoondochter die nog niet zwanger is. Een te duur cadeau kan ook tricky zijn. Zeker van een baas aan een medewerker, dat kan chanterend werken. Hoe subtiel ook.” Gulheid kan bovendien een uiterst verfijnde vorm van vernederen zijn. En té symbolisch is delicaat : een cd met romantic lovesongs van die collega drie bureaus verder, bijvoorbeeld. Return to sender, is dan het duidelijkste antwoord.

Sprekende boeketten

Kortom : het is vooral bij de symboliek van cadeaus dat het kan mislopen. Het is net dat wat voor stress zorgt. Het geschenk is namelijk het ‘bewijs’ dat je de ontvanger goed kent. Dat je precies weet waarmee hij of zij blij zal zijn. Liever geschenken waar de warme gloed van vriendschap en liefde van afstraalt natuurlijk, dan andermaal een fotokader of flesopener. Het niemendalletje wordt zo, haast, de lakmoesproef van een relatie. En dat wil al eens voor koudwatervrees zorgen. Vandaar wellicht het succes van dé uitvinding die deze uitdaging de pas afsnijdt : de geschenkbon. “Zomaar geld geven, is wel heel ongeïnspireerd. Alleen van grootouders, peters en meters aanvaarden we dat. En dan nog wordt er meestal een ‘naam’ opgeplakt : “voor je nieuwe fiets, voor je nieuwe stereo-installatie…” Geschenkbonnen zijn het ideale compromis. De uiteindelijke beslissing laat je aan de ontvanger, maar de ‘verrassing’ blijft. De meeste winkels besteden intussen veel aandacht aan hun bons. Almaar meer. Het moet er mooi uitzien.”

Nog handiger : de Bongobon (en intussen ook de Cadeaubox of de Vivabox). Wat een gat in de markt heeft die gedicht. Geeft de gever zelfs te kennen helemaal mee te zijn. Door binnen de materialistische cadeautjescarrousel onmaterialistisch te doen, want een ‘ervaring’ cadeau te geven. Extra handig : het uiteindelijke slagen van het cadeau leg je in handen van de ontvanger zelf. Of hij of zij zich amuseert tijdens dat wellnessweekend, dat heeft die grotendeels zelf in handen. En de symboliek zit goed, want Bongo’s zijn (voorlopig nog, zoiets verandert snel) hip. Al zijn we de kunst van de echte symboliek dan wel jammerlijk verleerd. Wie weet nog dat gele tulpen de ontvanger duidelijk maken dat zijn aangeboden liefde onmogelijk is ? En dat de rode anjers in het antwoord een gebroken hart verraden ? Sprekende boeketten, Victor Hugo schreef er nog bladzijden over vol. Tweehonderd jaar later is de liefde open en vrij, en de stille veelzeggendheid dus minder van levensbelang.

Santa Claus is een vrouw

Hoe dan ook, bottomline is dit : een geschenk is en blijft een sociaal smeermiddel. Do ut des, om het met de Romeinen onsympathiek te verwoorden. Ik geef, zodat jij ook geeft. En laten vrouwen daar nu blijkbaar harder de noodzaak van inzien dan mannen. Mortelmans : “Mannen delen ook graag cadeautjes uit. Maar de hele aanloop ernaartoe, dat is een vrouwenzaak. Ook inpakken en versieren : zo goed als uitsluitend vrouwen houden er zich mee bezig. Jawel, Santa Claus is a woman. De vrouw is nog altijd de kin keeper van de familie, de lijm die de leden samenhoudt. Aangezien cadeaus de hechtheid van een relatie symboliseren of zelfs oppoetsen, is het niet meer dan logisch dat vooral vrouwen aan cadeautjes denken. Dat merk je zelfs al bij kinderen. Voor hun zoons die naar een verjaardagsfeestje moeten, kopen moeders lang het cadeau. Dochters nemen dat heft sneller zelf in handen.”

Een sociologisch oergegeven dus, cadeautjes zoeken en geven. Maar Santa Claus ontsproot wel aan het geniale brein van een Coca-Cola-marketeer. En dat 14 februari de naamdag is van Valentijn, dat weten we ook nog niet zó lang. “Symbolen geven om de relatie te bevestigen, is eeuwenoud. Maar het dwangmatige van sommige cadeautjesgelegenheden, dat is uiteraard een uitvinding van de consumptiemaatschappij. Er worden almaar nieuwe aanleidingen gecreëerd. Tien jaar geleden wisten we amper af van secretaressedag, vandaag vergeet een bedrijfsleider maar beter niet om die dag een bloemetje te kopen. Hetzelfde met Halloween. Al zijn niet alle geschenkgelegenheden even commercieel. In Nederland is Sinterklaas bijvoorbeeld een heel ander feest dan bij ons. Daar krijgen niet alleen kinderen iets van de ouders. Ook volwassenen geven elkaar cadeaus, en ze proberen die bovendien zoveel mogelijk zelf te maken. Een gedicht bijvoorbeeld. Het is veel minder materialistisch dan bij ons. Met kerst worden dan trouwens geen cadeaus meer uitgewisseld.”

Cadeaufobie

Bij ons blijft december de topmaand. ‘Gekte’ is het woord dat dan graag gemonkeld wordt door stoïcijnen aan de zijlijn. Die lijken almaar talrijker te worden. “Doen wij niet meer aan mee.” Of zoals een van hen het welsprekend verwoordde : “The Christmas season has come to mean the period when the public plays Santa Claus to the merchants.” Liever het hele budget in deze zingevingzoekende tijden in de pot droppen van een of ander goed doel (nogal wat ngo’s spelen daar overigens dankbaar op in). Of op zijn minst dat budget kortwieken. Zeker nu die nakende recessie zo onheilspellend grijnst. Consultancybedrijf Deloitte polste onlangs in vijftien Europese landen naar de Christmasshoppingplannen. De uitslag was redelijk ongezellig. Maar liefst één op de twee Europeanen wil zijn cadeaubudget strikt limiteren. Op sterven na dood, de pakjesgekte ?

“Ik denk het niet. Het ritueel is eeuwenoud en het zal blijven. Ik weet overigens niet of we er zo cynisch over moeten doen. Ja, de kleinhandel zwengelt de motor graag aan en het zijn materialistisch ondubbelzinnige tijden. Maar we mogen het kind niet met het badwater weggooien. Ik doe momenteel onderzoek over echtscheidingen, en eerlijk : af en toe is het niet slecht om de relatie opnieuw te bevestigen. Met een speciale gelegenheid, een cadeautje, iets symbolisch. Ook in het gezin en de familie : een met zorg geselecteerde attentie kan de banden nieuw leven inblazen. We mogen dat niet onderschatten. Ik denk overigens niet dat de crisis ons sterk zal afremmen. Als het zo ver is en we vinden hét geschenk, dan kijken we echt niet op vijf euro meer of minder.”

Trouwens. We hebben het over de stress van de gever gehad. Maar wat met die van de ontvanger ? Voor de cadeaufoben onder ons – die bestaan, jawel – breken klamme tijden aan. Hoe in godsnaam te reageren, eens het pakje uitgepakt ? Enthousiast, dat zeker. Maar ook niet té, het moet geloofwaardig blijven. En krijgen we die enthousiaste glimlach authentiek geglimlacht ? Openen we het cadeautje meteen ? In sommige landen is het zonder meer onbeleefd om een geschenk direct te openen. Te gretig het papier kapotscheuren, is evenmin elegant. Het is een kunst, krijgen. En nog geen kleintje.

Maar onderschat ze dus niet, de ingepakte kleinigheden. Ze zijn er om te blijven, want intrinsiek menselijk. Kind en Gezin omschrijft de eerste vrijgevigheid bij kleuters als een eerste vorm van contact. “De kleuter lijkt hiermee te willen vragen : vind je mij aardig ?”

Alsof dàt ooit verandert.

Door Guinevere Claeys Illustratie Sebastiaan Van Doninck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content