Het Japanse label Sacai domineert sinds enkele seizoenen de modeconversatie. Ontwerpster Chitose Abe timmert nochtans al meer dan vijftien jaar aan haar visie op moderne mode.

Sacai, een relatief klein merk uit Tokio, is de grootste hype in modeland sinds Céline werd heruitgevonden door Phoebe Philo. Ontwerpster Chitose Abe begon bij Sacai nochtans al in 1999, met een minicollectie breigoed. Vijf stuks, niet meer en niet minder. Vijf jaar later trok ze met haar merk naar de modeweek van Parijs, voor simpele presentaties aan pers en inkopers, en daarna duurde het nog tot 2011 voor Abe zich aan defilés waagde. Kleinschalig eerst, voor een dertigtal toeschouwers, gezeten in een cirkel, maar daarna zoals het hoort, of tenminste verwacht wordt, Anna Wintour op de front row inbegrepen. Ook voor haar presentaties tijdens de mannenmodeweek loopt het storm. Zoals eind januari, in een kerk aan rue Saint-Honoré. Karl Lagerfeld, altijd au courant als het over getalenteerde ontwerpers gaat, noemde Abe vorig jaar de interessantste ontwerp-ster van het moment. En misschien is ze dat ook wel.

Abe is haar eigen baas. Haar parcours is vergelijkbaar met dat van een Dries Van Noten. Die veroverde ook grotendeels op eigen kracht de wereld, zonder de financiële en logistieke steun van een luxegroep, of de lichte dwang van een fors advertentiebudget, dat bijna vanzelf persaandacht garandeert. “Toen ik mijn bedrijf pas begon, waren shows of een eigen flagship store geen prioriteiten voor mij”, zegt ze. “Ik had andere bekommernissen. Ik wou mijn instinct volgen, en mijn eigen ritme. Ik wou niets forceren. Ik heb twaalf jaar gewacht voor ik mijn winkel opende in Tokio, omdat ik geen geschikte plek kon vinden. Ik wilde geen vlaggenschip waar ik niet honderd procent achter kon staan. Sacai is mijn bedrijf. Ik moet naar niemand luisteren.”

“Ik hoef niet zo nodig een hele reeks eigen winkels. Mijn focus ligt elders. Ik wil nieuwe dingen creëren, en dat zowel creatief als op zakelijk gebied. Dat ik zowel eigenaar als ontwerpster ben van Sacai, laat me toe het merk te beschermen, en het te laten groeien volgens mijn eigen plan en visie. Die vrijheid om zelf dingen te creëren ligt trouwens ook aan de basis van de huidige collectie.”

“Mijn werk is vaak routineus. Ik ontwerp de collecties, maar ik moet ook mijn bedrijf leiden, en dus gaat het vaak over cashflow, of over personeelsbeleid. Dat is niet altijd even opwindend, maar het is wel belangrijk.”

“Wat ik het liefst doe ? Ontwerpen, natuurlijk. Dat kon u toch raden ?”

DE BEGINJAREN

Chitose Abe (née Sakai), dochter van een naaister, wou als klein meisje al in de mode. Ze herinnert zich nog precies het moment toen ze op televisie een reclamefilmpje zag voor een Japans modemerk, vermoedelijk Issey Miyake. “Ik was tien. Ik maakte al kleren voor mijn poppen, en dat filmpje deed een nieuwe wereld voor me opengaan. Ik besefte dat ik van mijn hobby later ook een beroep kon maken.”

Ze studeerde mode in Tokio en leerde vervolgens de knepen van het vak bij World, een gigantisch Japans textielbedrijf. “Ik ben er volwassen geworden”, zegt ze over die periode. Twee jaar later ging ze aan de slag bij Comme des Garçons. Eerst laag op de ladder, als patroonsnijder, later als lid van het ontwerpteam, gespecialiseerd in breigoed. Ze hielp de lijn van Junya Watanabe op te starten en ontmoette er haar echtgenoot Junichi Abe, de man achter Kolor, een merk met aanzien in de mannenmode. “Bij Comme des Garçons heb ik geleerd dat het belangrijk is om constant met volledig nieuwe dingen te komen.”

In 1997 werd Abe zwanger. Ze nam ontslag om haar dochter op te voeden. In Japan, in velerlei opzicht een uiterst conservatief land, is dat heel normaal. “Ik heb een jaar zo goed als niets gedaan. Ik nam mijn dochter mee naar het park, zat vaak thuis. Ik droeg altijd dezelfde kleren : jeans en chino’s, truien, T-shirts, polohemden. En op een bepaald moment heb ik me afgevraagd : is dat het nu ? Zijn dit echt de kleren die ik wil dragen ?” Abe onderzocht vervolgens of ze haar dagelijks uniform kon verbeteren, of ze eenvoudige, functionele kledingstukken misschien wat interessanter kon maken. “Ik ben gaan experimenteren. Ik vroeg me af of ik misschien twee aparte stukken kon combineren tot één stuk.”

Ze ontwierp een kleine collectie, en nam daarna contact op met de breigoedfabrikanten waarmee ze eerder in haar carrière had samengewerkt. Die stonden niet te springen om Abes kleine orders, maar ze bleef aandringen, en voor ze het goed en wel besefte, had ze haar eigen merk. “De inkopers van de winkels kwamen thuis langs terwijl mijn baby op de vloer lag te spelen.” Ze regelde vervolgens een afspraak met Rei Kawakubo, haar gewezen werkgever bij Comme des Garçons. “Ik heb haar mijn kleren getoond in een café. Waarop zij knikte. En dat was het dan.”

SPANNEND VANUIT ELK PERSPECTIEF

Sacai kwam in de rekken te liggen van 10 Corso Como Comme des Garçons, het Japanse filiaal van de legendarische concept store. En Abe ontwerpt nog steeds een capsulecollectie in samenwerking met Comme : Sacai Gem. Sindsdien mengt en combineert Chitose Abe dat het een lust is, en niet alleen met breigoed. Ze doet niet aan deconstructie, zoals Martin Margiela destijds, maar aan reconstructie : ze mengt een bomberjak en een mantel, een kanten onderjurk en een stoere zwartlederen jekker, een mannenlijfje en een plissérok, Schotse ruiten en stippen. Een outfit die er langs voren behoorlijk conventioneel uitziet, is dat langs achter bekeken totaal niet. De mode van Sacai is recto verso, spannend vanuit elk perspectief.

“Ik combineer materialen en technieken”, zegt ze. “Ik ben geïnteresseerd in klassieke stukken. Maar ik probeer altijd om er iets aan toe te voegen, om zo een heel nieuw stuk te creëren. Nog altijd een klassieker, maar dan eentje van Sacai.” Abe nam de bomber, de duffelcoat, de perfecto, de trench, en schopte ze stante pede naar de eenentwintigste eeuw. “Ik houd van moderne, nieuwe kleren, van nieuwe vormen en nieuwe silhouetten. Ik wil blijven verrassen.”

Abe en haar man zijn ongeveer tezelfdertijd met hun merken begonnen, en ze zijn tezelfdertijd succesvol geworden in Japan, en erbuiten. Kolor showt tijdens de mannenmodeweek van Parijs, en heeft een kleinere damescollectie, bij Sacai is dat net het omgekeerde. De Abes praten in de pers niet over elkaars werk. “Dat doen we thuis ook nooit”, zegt ze. “Ik kan u vertellen hoe mijn echtgenoot de afwas doet, maar ik heb er geen idee van wat hij op zijn werk uitsteekt.” Ze zegt dat ze nooit hebben overwogen om samen iets te lanceren. “Daarvoor zijn we allebei te egoïstisch, te koppig. En daarom zijn we elk apart ons bedrijf begonnen.”

De internationale doorbraak van Sacai, in de rest van Azië, in de Verenigde Staten en in Europa, is relatief recent. Het verhaal neemt een andere wending, maar de taal is dezelfde. “Ik blijf gewoon mezelf uitdrukken”, zegt Abe. “Voor honderd procent. Ik doe mijn best, en blijkbaar wordt dat geapprecieerd, en dat is fijn. Maar alles welbeschouwd doet het er niet toe waar in de wereld de collectie wordt verkocht. Volgens mij zijn mensen in Sacai geïnteresseerd omdat ze op zoek zijn naar iets anders, iets unieks, dat ze nergens anders kunnen vinden. En dan maakt het geen verschil of ze nu in Azië wonen of in Europa.”

ECHT EN SOLIDE

Dit seizoen gaat ze in een hogere versnelling. Sacai adverteert voor het eerst (model Julia Nobis, recto verso gefotografeerd door Craig McDean), en bij de Amerikaanse uitgeverij Rizzoli verschijnt dezer dagen een koffietafelboek over het merk, Sacai A to Z, in alfabetvorm. “Zowel het boek als de campagne hebben minder te maken met het groeien van de business dan met het creëren van meer bewustzijn rond het merk. Ik zie het boek en de advertenties als instrumenten om mensen te introduceren in de wereld van Sacai. Precies zoals de winkel in Tokio.” Die winkel werd door cultarchitect Sou Fujimoto ondergebracht in een voormalig Chinees restaurant, goed verstopt in een steeg van modewijk Aoyama.

Voor ze goed doorbrak, tekende Abe een tijdlang een lijn voor Moncler. Ziet ze zichzelf ooit aan het hoofd van een traditioneel luxemerk ? “Op dit moment vind ik het belangrijker om te focussen op Sacai. Je weet natuurlijk nooit wat de toekomst brengt, maar voorlopig wil ik in eerste instantie mijn merk ontwikkelen, iets creëren dat écht is en solide, een merk met een sterk concept dat kan blijven voort-bestaan nadat ik het bedrijf zelf al lang heb verlaten.”

Wat ziet ze zelf als het belangrijkste moment in haar carrière tot nog toe ? “Ongetwijfeld de dag dat ik mijn collecties op de catwalk ben beginnen te tonen. Daarvoor gebruikte ik lookbooks, of deed ik minder formele presentaties voor inkopers en pers. Tijdens de fotoshoots voor die lookbooks viel het me altijd op hoe goed de kleren eruitzagen op een echt, bewegend model. Die ervaring wilde ik delen met zoveel mogelijk mensen, en dat heeft voor mij de doorslag gegeven om met shows te beginnen. Pas na die eerste show heb ik begrepen dat niet alleen de journalisten en inkopers in de zaal mijn kleren hadden gezien, maar dat er in de hele wereld naar was gekeken, rechtstreeks, online. De catwalkshow is een enorm sterk medium. Ik leid mijn bedrijf nog precies op dezelfde manier als toen ik pas begon. Maar sinds de shows heb ik het gevoel dat de perceptie van mijn bedrijf, hoe Sacai wordt gezien door anderen, ingrijpend veranderd is.”

‘Sacai A to Z’ is uitgegeven door Rizzoli in New York.

DOOR JESSE BROUNS

“De inkopers van de winkels kwamen thuis langs terwijl mijn baby op de vloer lag te spelen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content