Er staat er weer een, zo’n Huis van de Toekomst. Verwekt dat nieuws bij u nog altijd vreugde om het menselijke vernuft dat zich maar niet aan banden wil laten leggen?

Bij mij niet meer, ik krijg er een opgejaagd gevoel van. De gedachte dat de eerste de beste eengezinswoning weldra verandert in een geïntegreerd systeem van technologische mirakeltjes, veroorzaakt bij mij nog nét geen paniek, maar alvast behoorlijk wat wantrouwen.

Met de nieuwe klokradio ben ik een halve dag zoet geweest om het ding in te stellen. Het heeft me bovendien een vrijwel slapeloze nacht gekost, omdat ik eraan twijfelde of de wekfunctie het wel zou doen.

Ik voel mij stilaan overgeleverd aan technologie die ik niet meer begrijp en dat vind ik angstaanjagend.

Zelf rijd ik met een auto waarvan je de raampjes met de hand kunt opendraaien. Ik heb dat nu al een paar keer gezien op tv. Wie in een kanaal rijdt, draait onder water de raampjes open en zwemt er zo weer uit. Niet dat ik veel langs kanalen rijd, maar de gedachte geeft een veilig gevoel. Probeer dat maar eens met die elektrische ruiten. Een beetje water en de zaak zit vast.

In huis ben ik voorstander van een onafhankelijke warmtebron. Een houtkachel of een open haard. Stel dat Electrabel het laat afweten, dan gooien wij nog een blok op het vuur.

Niet dat ik een tegenstander ben van al die vooruitgang. Zoals de uitschuivende tafel in het Huis van de Toekomst. Familiebezoek rond etenstijd? Eén druk op de knop en de tafel schuift vanzelf uit. Voor mensen met een zwakke rug is dat een heel gerief. Celie Dehaene, de peetmoeder van het bewuste Huis was aangenaam verrast door de bedden. Je hoeft maar luidop te melden dat je wilt lezen en prompt schiet de bovenkant van het bed omhoog en gaat de leeslamp aan. Nogmaals, dat is handig, zeker voor wie in bed documenten leest of graag in grote prentenboeken bladert. Wij, die niet zo’n bed hebben, draaien ons op de linkerzij en lezen iets van zakformaat of een tijdschrift dat je kunt dubbelvouwen.

Dan was er nog die vader, wiens kantoor zich in de woonkamer bevond, maar die zich van zijn lawaaierige kinderen kon afschermen door een eenvoudige druk op een knop. Of iets met een afstandsbediening, dat wil ik kwijt zijn. Fijn toch, voor wie klein behuisd is. Maar stel u de toestand voor als het fout gaat. Een ongecontroleerd heen en weer schuivende tafel, Jean-Luc die rechtop zittend moet slapen en de vader die zijn kinderen nooit meer terugziet!

Kijk, dat Bill Gates dat thuis allemaal heeft, is logisch. Het zou maar raar zijn als de slager geen vlees at, bij wijze van spreken. Bovendien heeft die man massa’s personeel dat wel even langskomt als de verwarming klassieke muziek begint te spelen. Als Lernout en Hauspie zich thuis hees gepraat hebben tegen een lamp die niet wil aangaan, halen ze er even zo’n jongen bij uit Flanders Language Valley. Wij kunnen in zulke gevallen alleen maar de helpdesk bellen, ons in warme dekens wikkelen en rond een kaars gaan zitten. Om dan te! horen dat reparatie net zo duur is als een nieuw toestel en dat die dingen trouwens toch na twee jaar achterhaald zijn.

Er moet vooruitgang zijn. Wij kunnen niet eeuwig blijven juichen over de uitvinding van de ritssluiting of de Post-It-papiertjes. Al waren dat twee reuzenschreden in de menselijke evolutie. Maar waarom zoveel geld en energie investeren in een ijskast die vaststelt dat de komkommers bijna op zijn, en die mededeling naar het ingebouwde boodschappenlijstje op de gsm zendt? Vind mij een toestel uit dat de was sorteert, of opruimt, of thuis blijft bij de kinderen.

Dat zou ik nuttig vinden, daar mag de wetenschap tijd en geld insteken. Want wat ben ik met een recept op mijn schermpje in de keuken, als ik met mijn deeghanden over de scrolltoetsen moet om het vervolg te weten?

Weet u wat het is? Het is een complot, om ons weer te reduceren tot hulpeloze wezens, nu in ons eigen huis.

FRIEDA VAN WIJCK

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content