HET GROTE NIETS

De architectuur van het Amangirihotel dringt zich niet aan het woestijnlandschap op, maar lijkt er deel van uit te maken : een monolithisch blok dat bijna vergroeid is met de rots erachter. © FOTO'S DAVID DE VLEESCHAUWER

Als ode aan de mysterieuze rotsformaties van Zuid-Utah en de eeuwenoude Navajocultuur, ontstond Amangiri. Geen gewoon hotel maar een enclave van luxe en stijl in Amerika’s meest dramatische woestijnlandschap.

Neem een van ’s werelds invloedrijkste en excentriekste hoteliers, breng hem met enkele vooraanstaande Amerikaanse architecten samen en drop ze in een magisch maanlandschap van ontzaglijke rotsformaties, mesas en golvende heuvels ergens diep verborgen in Zuid-Utah. Adrian Zechia is de bezieler van de luxehotelketen Amanresorts, die vooral in Azië tot de top van de wereld behoort. Logeren in een Amanresort is zo exclusief dat er een soort van fanclub ontstond : de Amanjunkies, oftewel welstellende gasten die verslaafd zijn aan de uitstekende service en het aparte sfeertje dat in elk van die hotels hangt. Toen Zechia de kans kreeg om op een stuk grond van 250 hectare groot in het rode hart van de VS een intiem hotel te bouwen, ging hij snel akkoord. Samen met drie bekende architecten uit Arizona begon hij aan het ontwerp. Het trio, Marwan Al-Sayed, Wendell Burnette en Rick Joy, richtten zelfs speciaal voor dit project een vennootschap op, I-10 Studio, genaamd naar de snelweg die hun kantoren tussen Phoenix en Tucson verbindt. Zechia bedacht het concept : “Het moest een hedendaagse interpretatie van de traditionele indiaanse architectuur worden. Geen kopie maar wel een speciale versie die een bepaalde stemming oproept en verwijst naar de uitzonderlijke omgeving en cultuur.”

Weg van de wereld

De locatie is Canyon Point, op een boogscheut van het beroemde Lake Powell en op de onzichtbare grens tussen de staten Arizona en Utah. Amangiri in dit woestijnachtige landschap terugvinden, is geen evidentie. Een mini-uithangbord wijst naar links, naar een stoffige weg die ergens in het eindeloze niets verdwijnt. Pas na een lange rit tussen dreigende rotsformaties met het karakteristieke lijnenspel in de zandsteen, zie je Amangiri in de verte. Een fata morgana in de vorm van een vlijmscherp, rechthoekig paviljoen opgetrokken uit gepolijst beton. Amangiri vlijt zich langs een enorme, zandstenen rots neer. De architectuur dringt zich niet aan het landschap op. Enkel het blauw van het zwembad in contrast met de droge woestijn geeft het geheel een bovennatuurlijke look.

Uit respect voor de ruige natuur van Utah en de typerende entradazandsteen, werd het hotel ontworpen als een massief blok dat lijkt te zijn ontstaan door natuurlijke erosie. De drie architecten gebruikten daarom een mix van lokaal zand en cement om de kleur en de dichtheid van de lokale, geologische formaties zo dicht mogelijk te benaderen. Door de afgelegen ligging moest er ter plekke een speciale betongietinstallatie worden gebouwd. Er werden kolossale gietvormen gebruikt om het geheel een monolithische vorm te geven. De speciale multiplexondergrond voor de bekisting geeft het gladde beton een sterk reflecterende glans die het licht van de omgeving weerkaatst en het geheel een koele indruk geeft. Licht is hier trouwens een van de belangrijkste protagonisten : behalve de spectaculaire natuur en het uitzonderlijke lichtspel dat op elk moment van de dag verandert, is er niets.

Adelaar

In elk opzicht verwijst de architectuur naar de omgeving. Als twee vleugels van een adelaar vertrekken de 34 kamers en suites vanuit het hoofdgebouw richting woestijn. Elke kamer kijkt uit over de ruwe omgeving, zelfs vanuit het bad of bed is er een breedbeelduitzicht. Het idee is om vanuit de kamer onmiddellijk in de woestijn te stappen. Het grote vouwraam opent helemaal en komt uit op een privéterras met vuurpit. Perfect om de intense pikzwarte nachten en sterrenhemels van Zuid-Utah te bewonderen.

In het hoofdpaviljoen kun je iets drinken, en zijn er het restaurant, de bibliotheek en een shop. Zechia opteerde natuurlijk voor een deftige spa volgens Aziatische traditie. Je vindt er koele en strakke ruimtes die verwijzen naar de hogan-gebouwen van de Navajo-indianen, voor de minder hete momenten van de dag zijn er kleine behandelingspaviljoenen in de openlucht. In een klein zwembad kun je de droge hitte van de woestijn van je afspoelen. Vanuit elke positie zie je ofwel water, rots en hemel, maar verder niets. Het ontbreken van veel decoratie doet vooral de zuiverheid van het design domineren. Het lijkt wel een beetje op kamperen in een ultraluxueuze omgeving. Stel je voor : geen lawaai, zelfs geen muziek aan het zwembad, een steeds veranderend, hallucinant landschap, en geen lichtvervuiling, want de bewoonde wereld is zo ver weg. Misschien zorgen deze elementen wel voor het extravagante karakter van Amangiri en het feit dat wie hier eenmaal komt, ooit wil terugkeren.

DOOR DEBBIE PAPPYN

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content