Mannen en vrouwen die voor een stijlvol levenspad hebben gekozen, komen vroeg of laat oog in oog te staan met een havanna. Kenners raken niet uitverteld over een fenomeen.

Pierre Darge / Foto’s Jan Verlinde

Tussen de zacht glooiende heuvels van Vlaams Brabant ligt een goed bewaard geheim. In een opslagplaats even buiten een klein dorpje rusten bij een temperatuur van vijftien graden en een relatieve vochtigheid van zeventig procent bijna vier miljoen Cubaanse sigaren, ongeveer het jaarverbruik voor de hele Benelux. De hoeder van zoveel fraais is Luc Vercammen, een West-Vlaming die opgroeide in de sigarenzaak van zijn ouders in Knokke. Vercammen is niet alleen een overtuigd levensgenieter, hij is vooral een man die zijn hart verpand heeft aan Cuba. De jongste twintig jaar is hij er zo’n 55 keer teruggekeerd, maar hij is ook de initiatiefnemer van de Gran Noche del Habano, een feest met galadiner, Cubaans orkest en havanna’s overal. Zijn vakkennis en zijn contacten in Cuba loodsten hem uiteindelijk naar het hoofd van de firma Suter die in 1992 de exclusiviteit verwierf voor het invoeren van Cubaanse sigaren in de hele Benelux.

Op het eerste gezicht lijkt dat geen eenvoudige zaak, want zoals bekend beleven rokers harde tijden. De autoriteiten pakken niet alleen met steeds draconischer maatregelen uit om op gezondheidsrisico’s te wijzen, ze halen ook de prijs van de sigaretten omhoog en weren de rokers uit openbare gebouwen en grote delen van restaurants. Sigarenrokers kunnen ook op niet veel consideratie rekenen, maar ze werden in de herfst van 1992 onverwacht een hart onder de riem gestoken door ene Marvin R. Shanken, de Amerikaanse uitgever van de Wine Spectator en een fervent verdediger van het roken van betere sigaren. Shanken, een man voor wie Vercammen veel achting koestert, startte het blad Cigar Aficionado. Dat tijdschrift leverde ook extra discussiestof in een land dat de invoer van Cubaanse sigaren tot vandaag verbiedt.

Intussen is er veel water naar zee gevloeid, de sigarettenmarkt in de westerse wereld blijft teruglopen en ook de verkoop van sigaren (die gemiddeld 0,75 euro kosten) kreeg een stevige dreun. Paradoxaal genoeg mogen de havanna’s (gemiddelde verkoopprijs 5 euro) zich in een stijgende interesse verheugen. Guido Vandermarliere verwerkt in Zwevegem jaarlijks 700 ton tabak uit Java, Sumatra en Cuba en produceert daarmee 220 miljoen sigaren.

Luc Vercammen, die over sigaren spreekt als over poëzie, is niet verbaasd. Hij ziet in het fenomeen niet alleen een groeiende voorkeur voor de betere sigaar, hij heeft de gemiddelde leeftijd van de sigarenroker ook zien dalen van 46 naar 37 jaar. “Wat betekent dat de jeugd ontvankelijker geworden is, minder vooroordelen hanteert, en kwaliteit weet te waarderen. ‘ Smoor minder, maar smoor beter‘, dat is een slogan waarvan ik me graag bedien.”

Wie dieper doordringt in de wereld van de kwaliteitssigaren kan makkelijk parallellen trekken met de wijnsector. In beide gevallen is er sprake van terroir, van unieke klimatologische omstandigheden, van vakmanschap dat van vader op zoon werd doorgegeven en vooral van geduld.

Welke normen en criteria je ook hanteert: Cuba is een arm land, behalve als je de levensvreugde in rekening brengt. Sigaren, rum en muziek kleuren er het leven. Over één aspect zijn alle kenners het roerend eens: het land staat moederziel alleen aan de wereldtop als het om sigaren gaat.

In oktober 1492 zette Christoffel Columbus voet aan wal op het eiland. Hij beschreef het als het mooiste land dat mensen ooit hadden aanschouwd en keek uit naar de natuurlijke rijkdommen. Tot zijn verbazing waren de indianen die hij ontmoette meer geïnteresseerd in een plant dan in welke ertsen ook. De bladeren van die plant beschouwden ze als een bron van goddelijke inspiratie, tijdens hun rituelen rolden ze die tot een min of meer coherente vorm. Zo’n rolletje noemden ze cohiba. Meer dan een half millennium later zijn de sigaren nog altijd het bekendste product van Cuba.

De beste tabakssoorten groeien in twee kleine gebieden, de Partido en de Vuelta Abajo, beide in het westen van het land en die wel eens vergeleken worden met de Bourgogne- en Bordeauxstreek in de wijnwereld. Daar halen de twaalf grandes marques hun grondstof: de bladeren van de criollo-plant worden voor het binnengoed gebruikt, de corojo-plant levert uitsluitend dekblad van de sigaar. Bij het kweken worden beide planten al met dezelfde zorgen omringd als de wijnstokken op châteaus.

Na 45 dagen in zaaibedden worden de jonge plantjes tussen oktober en december in volle grond uitgeplant. Zo’n vijftig dagen later wordt er in vijf etappes geoogst. Men begint met de bladeren onderaan, omdat die de oudste zijn en de smaakconcentratie toeneemt naarmate de bladeren dichter bij de top groeien. Het is precies de samensmelting van elk van die smaken die voor de variëteit zorgt en het karakter van merken en soorten uitmaakt.

De geplukte bladeren worden in de casas de tabaco te drogen gehangen, en wel zo dat het directe zonnelicht alleen tijdens de koelere ochtend- en avonduren via de vensters kan binnendringen. Nog eens vijftig dagen later is de oogst van groen naar geel en lichtbruin geëvolueerd.

Dan volgt een eerste fermentatie van ongeveer dertig dagen, die wel eens met een compostering wordt vergeleken en waarbij de bladeren op kleur, grootte en textuur worden gesorteerd. Later volgt de tweede fermentatie die smaak en aroma sterker maakt, gevolgd door een rustperiode (om de tabaksbladeren te laten herstellen van de ingrijpende chemische processen). Uiteindelijk reist de tabak, verpakt in balen van palmbast naar Havana waar ze soms tot nog eens twee jaar rijpen vooraleer ze door vaardige artiesten onder handen worden genomen.

Die torcedors hebben hun eigen hiërarchie uitgebouwd, waarin het vakmanschap en de ervaring doorslaggevend zijn. De torcedor beschikt slechts over een chaveta of snijmes en een moeilijk te omschrijven Fingerspitzengefühl dat hem onder meer in staat stelt om de bladeren zo te vouwen dat er een rookkanaal ontstaat. In het laatste stadium wordt de samenstelling bepaald en krijgen de sigaren hun dekblad omgerold. Dat bestaat dus uit corojo-bladeren. De jonge corojo-plantjes worden met grote hoeveelheden mousselinestof of kaasdoek afgedekt om ze tegen het zonlicht te beschermen, zodat de bladeren hun soepelheid bewaren, ook al lopen de temperaturen onder het doek zeer hoog op. Tijdens de groei worden bloemknoppen en zijscheuten zorgvuldig verwijderd zodat alle kracht naar de aanmaak van grote bladeren gaat.

Wie ervan uitgaat dat sigaretten- en sigarenrokers elkaar makkelijk vinden vergist zich, het tegendeel blijkt veeleer waar. “Ik heb nog nooit een sigaret aangeraakt, vind sigaretten gewoon stinken, de reuk blijft in je kleren hangen, ze prikkelen de ogen en ’s morgens laten ze een vreselijke stank achter”, zegt chef-eigenaar Danny Horseele van ’t Molentje in Zeebrugge, “maar ik heb altijd de geur van goede sigaren weten te appreciëren en na het werk in de keuken kan ik hier gewoon zitten, de humidor even wijd open, om de geuren op te snuiven.”

Zijn rechterhand, Philippe Nuyens, rookt uitsluitend havanna’s en zeker nooit sigaretten. Samen stelden ze een havannakaart samen waarop een veertigtal variëteiten voorkomen, die ze als service tegen kostprijs aanbieden. Die kaart vermeldt niet alleen de lengte en de diameter van de sigaren, maar ook een korte omschrijving. Daaruit leren we dat de Robustos van Cohiba “aroma’s van muskus en wild opleveren, verrijkt met toetsen van hout en kruiden”. Of dat de Montecristo No.2 een krachtige sigaar is “met aroma’s van leer, peper, natte aarde en stof”. De Lusitanias van Partagas heet “krachtig, fluweelzacht en eervol” te zijn, “met een zachte aanzet waarin een palet van ongelooflijke aroma’s zit van natte grond, champignons, koffie en cacao”.

“Ik heb altijd in goede zaken gewerkt en heb sigaren als een vorm van cultuur leren te ervaren, als iets wat bij de levensgenieter hoort”, stelt Horseele. “In de gastronomie en de wijn streven we naar het allerhoogste, welnu een havanna zit op eenzelfde niveau. En overigens heb ik nog nooit een klant horen klagen over de geur van een havanna, niet-rokers die hier over de vloer komen weten die ook te appreciëren. Vaak wordt een havanna in plaats van een dessert besteld, gecombineerd met een madera, vanwege het verwantschap van smaaktoetsen, of met een Jamaicaanse rum. We hebben ook zes cognacs in huis, Les Spéciales Cigares die perfect aansluiten bij sigaren. Of eau de vie, zoals de Cacao de Metté , de Café Arabica en de Canelle de Metté, allemaal geselecteerd als partner bij de havanna. Bovendien weten zowel rokers als niet-rokers het ritueel bij het aansteken te appreciëren. Het plaatsen van de kaars, het aansteken van het cederhout en het aanmaken van de havanna worden terecht als een heel bijzonder moment ervaren. Als je met iets bezig bent, wil je ’t allerbeste, daar draait uiteindelijk alles om. Daarom trek ik wel eens naar Parijs op zoek naar bijvoorbeeld een Quai d’Orsay, die bij ons niet te koop is en waarvoor zelfs in de Franse hoofdstad enige overtuigingskracht nodig is om hem mee te krijgen.”

Van sigaren rokende dames kijkt Horseele al lang niet meer op, hij herkent er zelfs een duidelijk profiel in. “Vaak gaat het om zakenvrouwen met een sterk karakter en een prachtig palet. Meestal gaan ze voor langere, fijnere en lichtere havanna’s, zoals de Cohiba Lanceros en Panatellas of de MontechristoEspecial.

Een van die vrouwen is Rietje Marécaux-Smets, die in Brugge het Grand Hotel du Sablon runt. Vijf jaar geleden leerde ze de wereld van de sigaren grondiger kennen en inmiddels is ze een enthousiast ondervoorzitster van de Havana Club in haar stad.

“Ik heb de geur van goede tabak altijd zalig gevonden, zowel in pijp als in sigaar. Vijf jaar geleden deed ik de stap toen ik op een feest aan sigarenrokers vroeg om me op weg te helpen. Dat beviel zo goed dat ik sindsdien altijd een Churchill, in een metalen kokertje belegd met een rolletje cederhout, mee in mijn handtas draag. Nee, ik heb in mijn jeugd nauwelijks sigaretten gerookt, alleen wat John Players, omdat ik dat pakje het mooist vond. Intussen vind ik sigaretten een verschrikking, ik zal nooit een sigaar opsteken waar sigaretten gerookt worden, omdat die gewoon de sfeer verpesten.”

Rietje Marécaux-Smets valt vooral voor zachte havanna’s, de Ninfas van Punch, de PartagasDe Luxe of de Vegas Robaina Unicos, een zogenaamd torpedomodel. “Sigaren betekenen gezelligheid, aan het einde van een drukke werkdag, thuis alleen met een boek en een Double Corona van Hoyo de Monterrey, goed voor twee uur zaligheid. Maar ik hou evenveel van het roken in gezelschap en de etentjes met de club, waar we de avond altijd beginnen met een aperitiefsigaar, en na het eten nog wel één of twee sigaren roken. Geregeld zijn er ook blind tastings, naar mijn gevoel vallen die een stuk moeilijker uit dan bij wijn. Maar ook gewoon in gezelschap kan ik een havanna appreciëren, zelfs in combinatie met een Hoegaarden.” Als we het over geuren, smaken en aroma’s hebben, graait Rietje in de humidor naar een Vegas Robaina Unicos, neemt die onder haar neus en speelt die dan door. “Paard”, zegt de ervaren amazone zonder de minste aarzeling, “je ruikt toch het paard?” Tot onze verbazing moeten we haar gelijk geven, we ruiken paard én stal.

De man die alles weet van de combinatie van sigaren en sterke drank, is Filippo Baldan, de meester cocktailshaker van de Bar Dessiné in het Brusselse SAS Radisson Hotel, aan de Wolvengracht. Tien jaar geleden introduceerde hij er de malt whisky’s, waarvan hij inmiddels zo’n tweehonderd variëteiten heeft staan. Kort daarop verschenen ook de havanna’s ten tonele, die staan nu met de sterke drank op een gemeenschappelijke kaart.

“Ik ben zelf geen grote sigarenroker, maar ben door mijn vak wel volop in die wereld terechtgekomen. Zoals ik ooit, toen ik Robert Redford met een havanna een mojito hoorde bestellen, me uiteraard op die cocktail heb geworpen. Ik ben zelfs naar Cuba getrokken om er de perfecte mojito te leren maken. Maar ik heb ook geleerd dat er wat havanna’s betreft niet uitsluitend algemene regels zijn – eenzelfde consistentie in whisky en sigaar, zoals het samengaan van een Macallan met een veeleer zachte sigaar als een Hoyo de Monterrey Epicure No. 2, of een whisky van de eilanden in combinatie met een Partagas D4 of een Bolivar,qui est bien corsé. Later heb ik begrepen dat er nog een andere regel speelt: tout dépend de l’individu. Maar we zijn uiteraard ook een beetje de ambassadeur van de Cubaanse RhumHavana Club.”

“De havanna is een nobel product dat vroeger voorbehouden leek aan bejaarde epicuristen. Tegenwoordig zie ik hier achttienjarigen langskomen voor een drankje en een sigaar en daar langer dan een uur mee zoet zijn. Want als er één regel geldt, dan is het deze: een sigaar vraagt tijd. Daardoor krijg ik vooral ’s avonds fervente rokers of op zondagmiddag, na de brunch in het Atrium.”

Voor de beginnende sigarenroker, of voor wie door de bomen het bos niet meer ziet, is er de gespecialiseerde winkel. In Brugge begon Eric Verrue jaren geleden zijn Havana House. In Antwerpen draait Mike’s Havana House aan de Antwerpse Ernest Van Dijckkaai al twee jaar op volle toeren. Mike is Michel Permeke, vierde generatie van de bekende Ford-dealer, die al 15 jaar havanna’s savoureert en accessoires verzamelt. Nu runt hij als hobby de mooiste havannazaak van het Vlaamse land met een humidor waar zo’n 35.000 stuks in ideale omstandigheden bewaard worden en een winkelgedeelte waar ook nog sigarenaccessoires, Cubaanse drank en kunst te koop zijn. Boven is een heel bijzonder rooksalon met uitzicht op de Schelde. Daar bevinden zich ook de humidorkluizen van de echte liefhebbers, een goed gevulde Cuba-bibliotheek, een leestafel en comfortabele fauteuils.

Mike werd vijftien jaar geleden een Montecristo Especial No.2 getrakteerd en de jonge ondernemer wist de smaak meteen te appreciëren. Toen hij twee jaar geleden moest vaststellen dat zijn vaste leverancier de deuren had gesloten, besloot hij in een gekke bui om met Marc Saverys, voorzitter van CMB, dan maar zelf een zaak te openen.

“Noem het een uit de hand gelopen passie”, zegt Aston Martin-rijder Permeke, die ook de jonge roker met raad en daad bijstaat en de havanna een product noemt voor iedereen, jong en oud, arm en rijk, man en vrouw. De goedkoopste Cubaanse sigaar kost bij hem minder dan één euro. Niet zelden krijgt hij studenten over de vloer die zichzelf trakteren op enkele sigaren. “Een goede sigaar is als een topwijn, met mate geconsumeerd verlicht hij de geest. Bovendien is hij veel minder schadelijk dan een sigaret waarin nauwelijks tabak verwerkt wordt. Zelf vergelijk ik sigarettenrokers wel eens met alcoholverslaafden die het verschil niet eens proeven tussen twee wijnen.”

Tabak, havanna’s en literatuur

Er bestaan vijf tabaksregio’s in Cuba. In slechts twee ervan, de Vuelta Abajo en Partidos, wordt tabak geteeld die zijn weg vindt naar de twaalf grandes marques. Havanna’s (los Habanos) moeten aan drie voorwaarden voldoen: ze bestaan uitsluitend uit tabak afkomstig uit de Cubaanse Vuelta Abajo, worden bijna uitsluitend met de hand gemaakt (totalmente a mano) en het kistje voorzien van een garantiezegel van de Cubaanse staat.

Een havanna bestaat uit vijf bladertypes. Het binnengoed omvat er drie: de lgero (die de sterkte bepaalt), de deco (voor het aroma) en de vlado (die instaat voor de brandbaarheid) . Ze worden samengehouden door de capote of omblad en aangekleed met de capa of dekblad dat afkomstig is van de corojo-plant. Van de havanna’s bestaan 42 vormen en afmetingen, die in lengte variëren tussen vier en negen inch, en in diameter tussen tien en twintig millimeter.

Het absolute topmerk is Cohiba, het enige merk dat voor zijn klassieke lijn drie fermentaties voorziet. Andere beroemde merken zijn Trinidad, Montecristo, Partagas, Romeo y Julieta, Hoyo de Monterrey, Punch, H. Upmann, Bolivar en La Gloria Cubana. De nieuwkomers, Cuaba, Vegas Robaina en San Cristobal de la Habana beginnen door rokers geapprecieerd te worden.

In de Galeras, waar de torcedores hun sigaren samenstellen, wordt sinds 1865 en om het werk te verlichten, voorgelezen. Vroeger ging het vooral om literaire werken en niet toevallig dragen enkele beroemde merken ook literair klinkende namen als Romeo y Julieta of Montecristo, naar de beroemde graaf. Tegenwoordig worden behalve romans en novelles (uitgekozen na een democratische stemming) ook de kranten voorgelezen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content