Meneer Maker en Mevrouw Maker houden halt tijdens een wandeling in de natuur en trekken hun kleren uit.

“Ik ben ongesteld”, zegt ze terugkrabbelend.

“Ja,ja, dat zijn we allemaal wel eens”, zegt Meneer Maker, en hij klemt zijn handen van achteren om haar heupen. “Mijn lieve Andante”, fluistert hij. “Ik ga je beminnen.”

“Doe je best, Meneer Allegro”, zegt ze verlegen.

En dat doet hij, terwijl hij zijn hand op haar mond legt om haar kreten te smoren.

Verslaafd aan elkaar zijn ze, de man en de vrouw die zichzelf in de pas verschenen roman van de Nederlandse Barber van de Pol zo aanstellerig Meneer Maker en Mevrouw Maker noemen. Zowel de man als de vrouw zijn artistiek bezig – hij maakt muziek en zij etsen – en kunnen in die zin als makers worden beschouwd. De maker is echter ook de titel van een boek van Jorge Luis Borges, waaruit het motto voor dit boek werd gehaald: “De tijgers en mijn passie voor tijgers verdwenen naar de achtergrond, maar in mijn dromen komen ze nog altijd voor.”

In een van de verhalen wordt uitgelegd waar die tijger voor staat. Mevrouw Maker zegt tegen Meneer Maker dat hij haar “droomtijger” is, nadat deze haar verwarde droom meent te hebben begrepen en er het beeld van “the awful elegance of the tiger” in heeft gezien. Over de gruwelijke elegantie van die man en over de stuitende volgzaamheid van die vrouw, gaat dit boek.

Barber van de Pol, die vorig jaar alom succes oogstte met haar vertaling van Cervantes’ Don Quichot, is erin geslaagd die gecompliceerde relatie op een heel intrigerende manier te beschrijven. De roman bestaat uit korte situatieschetsen, waarin telkens de verhouding tussen man en vrouw getypeerd wordt en waarin (naarmate het boek vordert) steeds scherper wordt gesteld dat dit eigenlijk een onmogelijke relatie is.

Wanneer in het begin Meneer Maker en Mevrouw Maker de stad intrekken om schoenen te kopen voor hƔƔr en uiteindelijk met drie paar schoenen voor hƩm thuiskomen, vind je dat nog grappig. Wanneer op het eind Meneer Maker enthousiast de keukenkast van Mevrouw Maker begint op te ruimen en, haar zwakke protest negerend, de helft van haar servies bij de vuilnis zet, vind je daar niks grappigs meer aan en vraag je je af hoe lang Mevrouw Maker nog over zich heen zal laten lopen.

Een verklaring voor zoveel lijdzaamheid is allicht te vinden in het feit dat Meneer Maker behalve gruwelijk ook elegant is. “Wat ben je mooi”, zegt hij, foto’s van haar makend. En: “Ik hou van je”, na een stevige, lacherige vrijpartij. “Hij scheert haar oksels en onderbuik en verklaart haar met nieuwe verliefdheid tot zijn bruid.”

Mevrouw Maker laat zich al die complimentjes en vleierijtjes welgevallen. Bovendien is Mevrouw Maker vijftien jaar jonger en onder de indruk van een man die in bed een hele bladzijde uit Odyssee kan voordragen. Ook op andere vlakken overrompelt hij haar met zijn eruditie. Overigens laat hij zelf niet na haar eraan te herinneren dat hij als componist “de beste” is.

Mevrouw Maker heeft geen reden om professioneel gefrustreerd te zijn, maar Meneer Maker is zo vol van zichzelf dat hij er zich niet eens bewust van schijnt te zijn dat hij haar keer op keer beledigt. Door als een klein kind zijn eigen zinnetje te willen doorzetten, verknalt hij, tijdens een etentje, een uitje, telkens haar plezier.

Barber van de Pol gebruikt geen grote woorden of sterke adjectieven om het spel van aantrekking en afstoting te beschrijven, maar hanteert een onderkoeld taalgebruik. Dat Meneer Maker een ongelofelijk lompe en egocentrische vent is, staat er dus niet maar hij wordt wel zo geportretteerd. Immuun voor zelfkritiek, niet in staat te communiceren, en de wensen van de ander straal negerend. Hoe is het mogelijk dat Mevrouw Maker telkens opnieuw terugkeert naar zo’n klier? Hoe is het mogelijk dat ze met een rug vol blauwe plekken terug in zijn armen kruipt?

Ze weten het alletwee: ze kunnen niet met en ze kunnen niet zonder elkaar. Over dit soort verslavende relaties gaat dit boek. En over het geploeter om ervan af te geraken. “Overdag laten ze elkaar steeds vaker met rust en daarna spreken ze per keer af wat ze doen. Zo heeft Mevrouw Maker het voorgesteld en zo gaat het ook in principe. Maar als de regel niet wordt verbroken is er niets aan, vinden ze allebei, vooral Meneer Maker die die regel niet heeft bedacht. Hij licht er naar believen de hand mee, meestal per telefoon maar ook wel in levende lijve. Zoals nu,…”

Zoals in het citaat boven dit artikel wordt ook in deze paragraaf de relatie in een notendop geschetst. Puik boekje! Aanrader voor verslaafde verliefden en vooral voor vrouwen met masochistische trekjes.

Barber van de Pol, Er was wat met Meneer Maker & Mevrouw Maker, Querido, 150 p., 599 fr.

Jo Blommaert / Tekening Sandra Schrevens

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content