Wat is het ‘oordschap’ Merelbeke, waar ik alweer een hele poos woon, toch een heerlijke gemeente. Nog maar pas is het vorige vertier gepasseerd of daar komt, tussen het sluipverkeer, alweer de volgende hartverheffende gebeurtenis aangerold. In dit geval : drie Duitsers. Opeens staan ze op mijn oprit. Twee zijn van het vrouwelijke geslacht. Een draagt een zogenaamde ’tietenkliever’, zo’n tasje waarvan het dwarse draaglint de borsten op weinig esthetische wijze benadrukt. De andere heeft nogal lange snijtanden.

De man in het gezelschap komt over het knerpende grind met gezwinde tred op me af. ” Grüß Gott !”, zegt hij. Even denk ik dat hij geschut zal bovenhalen om mij terug te sturen naar mijn schepper. Dan herinner ik mij, net op tijd, dat die onheilspellende woorden in een deel van de wereld een courante manier zijn om goedendag te zeggen. ” Gutentag“, stamel ik dus maar terug.

“Lotti ?”, wil de man weten. Hij zegt het zo koddig dat het klinkt als een kreetje uit de crèche. Ik sta al op het punt te antwoorden dat ik Mulders heet, als mij te binnen valt ooit te hebben gelezen dat de charmezanger Helmut Lotigiers in mijn gemeente resideert. Een mus zou, mits enigszins geoefend en atletisch gebouwd, in eenzelfde glijvlucht over onze beide huizen kunnen scheren.

Water tower“, zegt de Duitser, die Werner blijkt te heten. “Daar verderop staat er inderdaad een”, geef ik schoorvoetend toe. “Maar verder kan ik u helaas niet helpen. I don’t know where Lotti lives.”

Werner kijkt mij ongelovig aan. ” So near“, zegt hij dromerig, “en u weet niet waar hij woont. Wij komen helemaal van München om een glimp van zijn huis op te vangen. Stuttgart, Berlin : overal heeft Lotti concerten gegeven. In Duitsland is hij wereldberoemd.”

Zo moeten ze ons destijds ook aangekeken hebben, kan ik niet nalaten te denken, toen bleek dat toch niet heel Europa plat ging voor dat rare hakenkruis van hen. Het is natuurlijk een flauwe gedachte, want aan wat zolang geleden gebeurd is, kunnen Werner en de zijnen niets doen. En zijn dochter staat daar al zo treurig met in haar hand die ene, al wat slap geworden roos.

Mij begeestert Lotti ongeveer evenveel als een nieuwe variëteit van de meloenpeer zou doen. Ik associeer de zanger met geritsel van bruidsjurken en ook met een haarstukje, waarover ik eens iets gehoord heb. Dingen die niet van aard zijn mijn bezoekers uit het oosten vrolijk te stemmen. Maar ik gun elk diertje zijn pleziertje. Het feit dat deze mensen van zo ver gekomen zijn om hun idool te eren, dwingt mijn respect af. Zelf heb ik vaak genoeg rond huizen gezworven, al heetten mijn idolen dan Orwell of Flaubert. Maar blijft het strelen van stenen, in de hoop dat ze ooit door de bewonderde aangeraakt zijn, niet in elk geval onnozel ?

Voor de verbroedering der volkeren ben ik wel bereid te gaan informeren bij de buren, geboren en getogen Merelbekenaren. Werner zegt dat hij dat erg fideel van mij vindt. Hij gebruikt daarvoor het soort Engels dat de soldaten in het computerspel Wolfenstein bezigen om te zeggen dat de zombies eraan komen.

De buurvrouw, die ajuinen stond te pellen, kan ons gelukkig verder helpen. Ze veegt haar handen aan haar voorschoot af en zegt dat ze, hier zomaar in onze gemeente, het stamcafé van Lotti kent. “Hoe zeg je dat in het Duits ?”, vraagt ze onmachtig.

Kneipe“, oppert haar man, waarop de Duitsers verlicht opkijken. De kroeg van der Helmut !

“Ik wil er met u wel naartoe rijden”, zegt de buurvrouw, behulpzaam als raszuivere Merelbekenaren zijn. “Hij zal daar nu waarschijnlijk niet zitten”, tempert ze de geestdrift wijselijk. “Misschien is hij op tournee.”

“Neenee, niet op tournee”, sputtert Werner tegen. “Ik heb gelezen dat hij thuis is momenteel. Vast volop bezig met de voorbereiding van een nieuwe show.” ” In Russland oder China“, voegt hij er dweperig aan toe.

“Daarna kunnen we naar de plek gaan kijken waar hij woont”, zegt buurvrouw nog gewillig. “Al denk ik dat zijn huis te ver van de straat staat om er echt iets van te kunnen zien.”

Werner en de zijnen malen daar niet om. Zij knikken dankbaar en eerbiedig, bewust als zij zich zijn van de gewijde grond van onze heerlijke gemeente. Wat zullen ze kunnen vertellen, daar in Beieren !

jean-paul mulders

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content