In designstad Milaan bezoeken we de Studio Peregalli, een ontwerpatelier voor exquise interieurs, wereldvermaard en geleid door een filosoof en een architect. In dit huis is er geen plaats voor trendy design.

De Studio Peregalli, geleid door Roberto Peregalli, filosoof van opleiding, en architect Laura Sartori Rimini, realiseert interieurs over de hele wereld, staat in de mooiste magazines, behoort tot de absolute top inzake interieurontwerp, maar is nauwelijks bekend bij het grote publiek. Het is geen naam uit het designcircuit. De studio is er een van de buitencategorie. “Hoewel we in dé design- en fashionstad bij uitstek zijn gevestigd, staan we daar volkomen los van”, zegt Roberto Peregalli meteen. Laura Sartori Rimini vult aan : “We zijn ook gevestigd in een van de zeldzame straten van de stad waar design- noch modezaken zijn, dat is heerlijk.”

Ze richten interieurs in voor een select publiek, naar namen hoef je echter niet te hengelen. Discretie is heilig voor het duo. Maar via publicaties weten we dat ze werden ingehuurd door onder meer de Italiaanse modedynastieën Etro en Zegna, Vogue-journalist Hamish Bowles, beeldhouwster Rachel Feinstein en de Franse icoon Pierre Bergé. Wie Milaan bezoekt, kan bovendien genieten van enkele van hun schitterende creaties, zoals de eethuizen van Da Giacomo, waar je ontvangen wordt in door de tand des tijds verweerde salons. Of het literaire café in het Palazzo Reale en het art-decorestaurant Giacomo Arengario boven het Musea del Novencento, net naast de Duomo. Alles is nieuw, maar oogt heerlijk oud. Het eerste restaurant van Giacomo werd trouwens ingericht door de legendarische Milanese decorateur Renzo Mongiardino, die ook woningen decoreerde voor de families Onassis, Agnelli, Rothschild, Hearst en Versace, en theater- en filmdecors realiseerde, waarvoor hij trouwens ooit een Oscar ontving. Roberto Peregalli werkte lang samen met Mongiardino en was zijn geprefereerde leerling.

Na de kennismaking word ik rondgeleid in de studio, een enorm stadsappartement nokvol objecten en boeken : je wordt er ondergedompeld in een stijlbad. Dit is één groot atelier, in elke kamer is wel iemand bezig, van de maquettebouwer tot de archivist die alle boeken, plannen en andere documenten een plaatsje geeft.

Behalve interieurontwerpers blijken jullie ook verzamelaars ?

Laura Sartori Rimini : Dat klopt, al die fragmenten van oud en nieuw behang, spiegels, oosterse tapijten, meubelen en fragmenten zijn onze dagelijkse inspiratiebronnen. We vertrekken altijd vanuit een detail, bijvoorbeeld van de kleur op een plank of een ornament en daaruit vloeit dan een volledig decor. Er worden vervolgens schetsen en maquettes gemaakt die hier ook tussen staan.

Gebruiken jullie dan geen digitale media om te ontwerpen ?

Roberto Peregalli : Voor buitenlandse projecten wel, omdat we dan op afstand werken, maar beperkt, tekeningen en maquettes zijn duidelijker. We willen trouwens ook niet digitaal ontwerpen. Je merkt aan veel hedendaagse creaties dat de digitale technologie het creëren gaat overheersen waardoor alles er uniform uitziet.

Laura Sartori Rimini : Bij ons gaat het vooral om craftmanship, we werken nauw samen met ambachtelijke ateliers voor marmer, hout, stuk, glaswerk of schilderingen. Dus is ook de begeleiding ter plaatse van groot belang. In het buitenland werken we met lokale aannemers voor de grote ingrepen, de afwerking gebeurt hier en wordt vervolgens ter plekke aangebracht.

Roberto Peregalli : Dit is meteen het essentiële verschil met andere ontwerpers, die werken vooral met grotere firma’s die minder of zelfs helemaal niet artisanaal bezig zijn. De meeste ontwerpers kiezen voor grote projecten, zoals de bouw van een museum of een luchthaven, iets voyants zoals The Shard in Londen, mooi als sculptuur van ver, maar van dicht merk je dat de afwerking banaal is. Wij kiezen liever voor de beperkte schaal.

Maken artisanale technieken een project niet duurder en moeilijker ?

Laura Sartori Rimini : Technisch gezien zijn moderne procedés goedkoper en eenvoudiger, dat klopt. De druk van de industrie was nooit zo groot als nu. Vroeger had je veel artisanale ateliers, nu bijna nog enkel grote bedrijven. Het gevolg is dat de interieurs in magazines er allemaal hetzelfde uitzien, qua architectuur en design. Overal dezelfde lampen, tafels en stoelen. Op grote schaal produceren is goedkoop, het resultaat is saaie uniformiteit.

Vinden jullie wel nog ambachtelijke ateliers ?

Roberto Peregalli : Dat is een probleem, veel ambachtslui worden oud en weinig jongeren nemen over. Er gaat veel kennis verloren. Ook door de schade die de kunstacademies hebben aangericht. De klassieke opleiding, waarbij gewerkt werd naar oude voorbeelden en waar technieken werden doorgegeven, is gewoon verdwenen.

Laura Sartori Rimini : Mensen denken altijd dat er vroeger klakkeloos werd gekopieerd. Dat klopt niet en wij doen dat evenmin, we herinterpreteren stijlen en technieken. Er mogen dan wel trends zijn, we houden ons daar niet mee bezig, bij ons gaat het om passie. Toen we Da Giacomo een zevental jaar geleden inrichtten, verklaarde iedereen ons gek om iets te realiseren dat ‘not design’ is. Niet meer van deze tijd, terwijl Milaan de hoofdstad is van het design. Maar wij wilden iets bijzonders maken dat je nergens anders ziet en het was meteen een enorm succes.

Hoe verklaart u het succes van Giacomo ?

Roberto Peregalli : Mensen vinden dit decor zeer excentriek. Maar voor ons gaat het om meer dan alleen de sfeer van het verleden. Er gaat een hele achtergrond achter schuil. Zoals de ruimte die is ingericht als een oude bibliotheek. Velen vinden dat spannend, meer niet, ze lezen amper boeken. Het ongewone is aantrekkelijk.

Laura Sartori Rimini : Het gaat om de ziel, als je een van onze creaties binnenstapt, voel je dat meteen. Het zijn geen musea, ze leven en geven een beschermend gevoel. De plek waar we creëren is trouwens erg belangrijk. Een huis op Corsica zal er helemaal anders uitzien dan een flat in New York. Telkens leggen we een link met de lokale tradities, zowel voor materialen, afwerking, stijl en proporties. Zelfs het klimaat speelt een rol, een berglandschap vraagt bijvoorbeeld kleine vensters. Veel ontwerpers hebben geen respect voor traditie en bouwen overal hetzelfde. Bedrijven pakken uit met een stijl die overal herkenbaar is, wij niet. We willen geen brand zijn. Dit is haute couture, geen prêt-à-porter. Alles op maat, geen klant zal dezelfde wanddecoratie elders terugvinden.

Jullie interieurs zien eruit alsof ze lang geleden tot stand kwamen. Peregalli schreef zelfs een boek over het ‘patina’.

Laura Sartori Rimini : Onlangs was er een schilder bezig in New York die ons vroeg of het plafond dat hij een laag moest geven wel af was. Wat onaf en ietwat onvolmaakt is, leeft.

Roberto Peregalli : We willen dat alles een ziel heeft en daarom hoeft het er nooit nieuw uit te zien. We gebruiken materialen en technieken die mooi verouderen. Veel moderne materialen met kunststoffen doen dat niet.

Laura Sartori Rimini : Ook de verhoudingen spelen een rol, zelfs voor de ziel, het patina en het geheel. Voor ons zijn volumes en verhoudingen essentieel. Een kamer met verkeerde proporties mag je nog zo mooi behangen, niets helpt. Eerst aan de volumes denken dan aan de afwerking. Zo ontstaat harmonie.

Jullie interieurs stralen intimiteit uit. Iets wat je mist in moderne interieurs vol glas.

Roberto Peregalli : Daarmee raak je aan een basiselement van de moderne architectuur. Het gaat om een zeer belangrijke discussie, de spanning tussen binnen en buiten. Ben je buiten dan ben je blij en stap je vrij rond, binnen voel je je beschermd en wil je ook binnen zijn. Tegenwoordig kan de technologie van binnen buiten maken door middel van glas. Maar waarom buiten willen zijn als je binnen bent ? Mensen vergeten dat een huis je ook geestelijk moet beschermen tegen de natuur en buitenwereld. Mensen willen niet permanent worden gezien. Een transparante woning kan zeer onnatuurlijk en onaangenaam zijn.

Zou Studio Peregalli niet liever in een ander tijdperk hebben bestaan ?

Roberto Peregalli : Nee, helemaal niet. Ik hou ervan om te vechten en oplossingen te bedenken en vind ook dat de nostalgie en herinnering gewoon een deel is van onze ziel. Het gevoel iets verloren te hebben maakt deel uit van onze cultuur en moet je niet steeds zien als iets negatiefs, mij geeft dit een goed gevoel.

Door Piet Swimberghe

“Je merkt aan veel hedendaagse creaties dat de digitale technologie het creëren gaat overheersen waardoor alles er uniform uitziet”

“Mensen vergeten dat een huis je ook geestelijk moet beschermen tegen de buiten- wereld. Een transparante woning kan zeer onnatuurlijk en onaangenaam zijn”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content