Aan de vooravond van de Europese première van de nieuwste “Star Wars”-film, “The Phantom Menace”, alles wat u over het melkwegsprookje weten wil: de hype en de helden, de prinsessen en de planeten, de mythes, de monsters en de makers.

AFKOOKSELS: in het kielzog van “Star Wars” volgden talrijke soortgelijke SF-verhalen met flitsende ruimteschepen, lasersabelduels en heroïsche gevechten in het heelal tussen goed en kwaad: “Starship Invasion”, “Starcrash”, “Space Station One”, “Battlestar: Galactica”, “Battle Beyond the Stars”. Mel Brooks maakte met “Spaceballs” (1987) een regelrechte parodie, die opent met een traag voorbijschuivend schaalmodel van een ruimteschip waar maar geen eind aan komt.

AMIDALA: koningin Amidala (gespeeld door de 17-jarige Natalie Portman) is in “Star Wars: Episode I – The Phantom Menace” de onderkoelde vorstin van de byzantijnse planeet Naboo. De toekomstige bruid van Anakin en moeder van Luke en Leia is royaal uitgedost in somptueuze kostuums en gemaquilleerd in Kabuki-stijl.

ANAKIN SKYWALKER: schattig, 9-jarig joch met pagekopje. Wordt in Episode I uit de slavernij bevrijd en moet straks een schurk blijken. Pas in deel II of III krijgen we de transformatie te zien van de onschuldige Anakin in de prins der duisternis, de boosaardige Darth Vader.

BRONNEN: zo origineel is het concept van George Lucas ook weer niet. Zijn intergalactic fairy tale is een bont allegaartje van allerlei invloeden, mythes, archetypes en citaten: de “Lord of the Ring”-cyclus van Tolkien, de Graallegende, Griekse mythologie, cliffhanger-serials uit de jaren ’30, de zwierige mantel- en degenfilms van Errol Flynn en Douglas Fairbanks, de John Wayne-westerns van John Ford, “Flash Gordon”, de theorieën van mytholoog Joseph Campbell.

C-3PO/R2D2: de Laurel en Hardy van de melkweg bestaat uit het kleine cilindervormige robotje R2-D2, die alleen maar kan toeteren en fluiten en als een ouderwetse stofzuiger oogt, en zijn stijve koperkleurige kompaan C-3PO, een gentleman-robot die mooi hogeschool-Engels praat en sterk gelijkt op de Tinnen Man uit de sprookjesmusical “The Wizard of Oz”.

CHEWBACCA: een van de copiloten uit “Star Wars”. Hoort tot het verzonnen ras van de reuze-Woeki, brommende maar loyale beesten die het midden houden tussen aap en beer. Chewbacca wordt ook wel Pruimtabak genoemd.

CORUSCANT: de tovenaars van ILM creëerden voor “The Phantom Menace” niet minder dan vijf beschavingen, onder meer Coruscant, de huisplaneet van de Jedi-ridders, een glanzende futuristische wereld van wolkenkrabbers en hovercrafts; een geheime onderwaterstad in art-nouveaustijl die in grote, lichtgevende luchtbellen op de bodem van een moeras ligt; de door renaissance-architectuur beïnvloede planeet Naboo. Voorts is er de Senaat der melkwegstelsels, zo groot dat senatoren die het woord nemen zich in een klein rond ruimtescheepje moeten losmaken van de tribune en al zwevend hun collega’s toespreken.

DARTH MAUL: de slechterik van dienst in “The Phantom Menace” is een duivel met een handvol hoorntjes op zijn geheel rood met zwart geschminkte hoofd. Leerling van Darth Sidious.

DARTH SIDIOUS: de titelheld van “The Phantom Menace” is de laatste afstammeling van het oude geslacht Sith, een schimmige figuur van wie niet geweten is of hij wel echt bestaat.

DARTH VADER: de aartsschurk van de reeks en de belichaming van het kwaad, leider van de keizerlijke troepen in het dictatoriaal galactisch imperium. Deze boosaardige prins van de Dark Side is ook de vader van Luke Skywalker en Prinses Leia. De geheel in het zwart gehulde Lord Darth Vader wordt gespeeld door David Prowse, de baritonstem is afkomstig van James Earl Jones. De dreiging komt van zijn alomgevreesde tred, zijn holle ademhaling en zijn glimmende zwarte helm waarachter je nauwelijks een mens vermoedt.

THE EMPIRE STRIKES BACK (1980): voor de tweede “Star Wars”-film (deel V in de serie; kostprijs: 32 miljoen dollar), waarin Luke Skywalker ontdekt wie zijn echte vader is, gaf Lucas de regie uit handen. Een wijs besluit. Irvin Kershner maakt er de minst kinderachtige film van uit de reeks, geeft het spektakel een visuele grandeur en accentueert de sterke mythische resonanties in het archetypische vader-zoonconflict. De actie speelt achtereenvolgens op een ijsplaneet, een moerasplaneet, een reuzemeteoor met in zijn binnenste een enge worm, en een wolkenstad in Jugendstil.

De scène waarin de Atat-Walkers, vierbenige monstertanks op hoge poten, in het sneeuwdek van de planeet Hoth ploffen en door kleine gevechtsvliegtuigen letterlijk op de knieën worden gedwongen, blijft verbluffend.

EVIL EMPIRE: uit “Star Wars” ontleende term die Ronald Reagan gretig overnam voor zijn anti-sovjetretoriek in de jaren ’80.

EWOKS: de onversaagde kleine teddybeertjes die in “Return of the Jedi” de rebellen ter hulp snellen. Deze snoezige bewoners van de bosplaneet Endor geven aan een heelal vol koele technologie en laserlicht plotseling een E.T.-achtige komische tederheid.

FANS: “Star Wars” was nooit dat pop-cultureel fenomeen geworden zonder het onverdroten enthousiasme van de wereldwijde fanclub. De laatste jaren worden de geruchten vooral uitgevochten in cyberspace. Naast de officiële site zijn er drie rivaliserende “Star Wars”-networks, met rond hun baan een duizendtal websites. In de maanden en weken voorafgaand aan de “Phantom”-release, werden allerlei loze geruchten rondgestrooid (C-3PO zou een vrouwelijke robot zijn; Charlton Heston zou zijn bijbelse stem lenen aan Yoda; 40 procent van de film zou onscherp gefotografeerd zijn), nu voeren de fans on line verhitte discussies over de meest triviale zaken. “TeeKay-421 Vzw” is de naam van de Belgische fanclub.

FORCE: de hele saga is een sprookje over de strijd tussen Goed en Kwaad, hier uitgedrukt in de tegenstelling tussen de The Force en de Dark Side. De Kracht is een energieveld dat het hele universum bijeenhoudt. Het vertoont veel christelijke karakteristieken maar ook elementen van het collectieve onbewuste, tao en yin/yang.

Het credo van de ruimteridders is May the Force be with you. Als de nood het hoogst is, vertrouwen ze meer op de Kracht dan op de computer (zoals bij het precisiebombardement aan het eind van “Star Wars”). Jedi-ridders moeten zich flink weren om niet te bezwijken voor de Dark Side, die immers volgens Yodo “sneller, gemakkelijker en verleidelijker” is.

GALAXY: “Lang, lang geleden, in een ver, ver melkwegstelsel…” Zo begint steevast elke nieuwe aflevering, terwijl de koperblazers van John Williams hun heroïsche ouverture inzetten. Het long long ago wijst erop dat de space-opera evenzeer in een mythologisch verleden blikt als naar de verre toekomst kijkt.

HAN SOLO: de waaghalspiloot en verdwaalde cowboy (gespeeld door Harrison Ford) die samen met Luke Skywalker en Prinses Leia het dappere maar stomvervelende rebellentrio vormt. Kapitein van het piratenruimteschip Millennium Falcon. Wordt verliefd op de prinses.

HYPE: nooit tevoren werd er rond een film zoveel hype verkocht als rond “The Phantom Menace”. Toch verbrijzelde Lucas’ nieuwste opus niet de verhoopte box office-records. Die relatief teleurstellende resultaten zouden te wijten zijn aan de backlash van sommige bioscoopuitbaters. Lucasfilm had de Amerikaanse bioscoopsector ongehoord harde condities opgelegd: 90 procent van de recettes van de eerste en tweede week (gewoonlijk moeten studio’s vrede nemen met 70 procent) en bovendien moest de film minstens voor 12 weken geboekt worden (de hele zomer, het meest lucratieve en competitieve seizoen in de States). Loews Cineplex Entertainment weigerde die voorwaarden te aanvaarden. Gevolg: “Menace” was niet te zien in enkele van de belangrijkste zalen in Manhattan, zoals Sony Lincoln Square, het bestlopende bioscoopcomplex van Amerika.

ILM:Industrial Light & Magic, naam van de in 1970 door George Lucas opgerichte special effects-maatschappij. In de eerste “Star Wars” was het aandeel van ILM nog bijzaak, nu is het de reden van bestaan van de nieuwe trilogie. Lucas wachtte 16 jaar op de vereiste technologie om weer de draad op te nemen van zijn Skywalker-saga. Toen “Jedi” voltooid werd in 1983 stonden digitale special effects nog in de kinderschoenen, maar sindsdien zijn de mogelijkheden exponentieel toegenomen. Pas toen ILM erin slaagde voor “Jurassic Park” (van zijn maat Steven Spielberg) louter met de computer een geloofwaardig karakter te creëren, zag Lucas een nieuwe reeks wel zitten. Dit keer kon hij al zijn planeten en rare wezens digitaal tot leven wekken. Tijdens de opname in Leavesden Studios, een uurtje rijden van Londen, stonden de acteurs hun dialogen op te draven of te gesticuleren tegen een blauwe achtergrond, de rest werd er later in Californië digitaal aan toegevoegd. Ook alle dieren die de planeten bevolken, hebben alleen een virtueel bestaan. Een van de meest bejubelde technische stunts is de integraal computer generated veldslag tussen het bezettingsleger van 4000 enorme, insectachtige robots en 3000 alien infanteristen. Ongeveer 60 procent van het budget ging naar de special effects. Nooit eerder werden voor een film zoveel computer generated personages, decors en effecten gebruikt. Van de ongeveer 2200 shots zijn er maar 300 waaraan tijdens de postproductie geen digitale opsmuk te pas kwam. Lucas hoopt Episode II volledig digitaal te draaien.

JABBA THE HUTT: de pad-achtige papzak en onverlaat wordt geïntroduceerd in de cantina-scène in “Star Wars”. Rond zijn lillend lijf heeft het schuim van de melkweg zich verzameld. In “Return of the Jedi” houdt Jabba de ingevroren Han Solo gevangen.

JAR JAR BINKS: Lucas heeft “The Phantom Menace” volgestouwd met allerlei bizarre creaturen, onder wie Jar Jar Binks, een bondgenoot van de Jedi, een slungelig, amfibie-achtig wezen met een menselijke gestalte, maar met oren tot over zijn schouders en ogen op stokjes. Hij behoort tot het ras van de Gungun. Eopies zijn dan weer kameelachtige dieren; Sebulka is een Podracer-piloot met spinachtige ledematen; Watto een junk-parts dealer.

JAWAS: kleine, schraapzuchtige mensjes, gehuld in paterskap. In “Star Wars” schuimen ze in vier verdiepingen hoge landrovers de woestijn af, op zoek naar verminkte robots voor hun schroothandel. Ook in “The Phantom Menace” blazen ze een partijtje mee.

JEDI: bevoorrechte kaste van ruimteridders die de Kracht beheerst en die deze ten goede of ten kwade kan gebruiken. De vader van Luke Skywalker was een goede Jedi-ridder die zich uiteindelijk heeft overgegeven aan de Diepste Duisternis en voortaan als Lord Vader door het leven gaat.

KUROSAWA: Lucas lichtte de plot van “Star Wars” uit de samoerai-western “The Hidden Fortress” (1958) van Akira Kurosawa, waarin een omsingelde kleine groep zich door vijandelijk gebied een weg baant naar het thuisland. De twee kletsende schooiers die de prinses begeleiden, inspireerden Lucas tot het komische duo R2-D2 en C-3PO.

LUCAS, GEORGE: megamogul en mythemaker. Stichter en voorzitter van Lucasfilm Ltd, LucasArts Entertainment Co. en Lucas Digital Ltd. Zijn persoonlijk vermogen wordt op 2 miljard dollar geraamd. Adres: P.O.Box 2009, San Rafael, California.

Lucas (54) hield meer dan twintig jaar op met regisseren, maar bleef actief als producer. Met wisselend succes: de “Indiana Jones”-trilogie van speelkameraad Spielberg, maar ook “Howard the Duck” en “Willow”.

Legde zich de laatste jaren vooral toe op de expansie van het ILM-bedrijf, leverancier van alle mogelijke illusies, van razende voorhistorische monsters tot bewolkte hemels in geciviliseerde kostuumdrama’s. Maakt met “The Phantom Menace” zijn comeback als regisseur. Lucas wordt een verlegen man en toegewijd vader genoemd. Hij leidt, als hij niet aan het werk is, een teruggetrokken bestaan.

LUCAS, MARCIA: toen George Lucas in de jaren ’80 van Marcia (geboren Griffin) scheidde, was hij niet langer de rijkste man van Californië. Maar afgezien van de echtelijke perikelen, heeft Marcia haar deel van het fortuin zuur verdiend. Als cutter van de eerste “Star Wars”-film was Marcia’s bijdrage tot het succes van de film aanzienlijk: vaak werden de halfmislukte scènes ‘gered’ in de montagekamer. Marcia’s kunstjes om de spanning op te drijven, moeten vooral blijken uit de achtervolging van de ruimtetuigen in de space corridor, gemodelleerd op de dogfight-sequenties uit prenten over de Tweede Wereldoorlog.

LUKE SKYWALKER: straaljagerpiloot Luke Skywalker (Mark Hamill) moet in “Star Wars” de prinses en het heelal redden en voert de Republikeinse rebellen aan in hun strijd tegen het Keizerrijk. Groeide op als boerenjongen op de verafgelegen planeet Tatooine, waar hij de holografische noodkreet hoorde van prinses Leia.

MERCHANDISING: “The Phantom Menace” veroorzaakte weer een stormloop naar de speelgoedrekken. Alles wat in de film te zien is, is in kleinere vorm te koop of wordt in multimedia-versies uitgemolken, van Darth Mauls lichtsabel tot Anakin Skywalkers Podracer.

Het Amerika van de consumptieve uitspattingen heeft een vette kluif aan de “Star Wars”- franchise. George Lucas heeft de merchandising niet echt uitgevonden – Walt Disney was hem voor – maar wel tot het uiterste doorgedreven: de films, waarmee het toch allemaal begonnen is, zijn puur financieel gezien peanuts vergeleken met het lucratieve industrietje van afgeleide producten. Sinds de eerste aflevering 22 jaar geleden, is “Star Wars” een merknaam geworden, een garantie voor kwaliteit en grote verkoop. “Star Wars”-producten overspoelen niet alleen speelgoedwinkels, maar ook websites, fastfood-restaurants, computerzaken, platenwinkels, supermarkten, boeken- en tijdschriftenwinkels. De totale verkoop van merchandising-producten wordt op 4,5 miljard dollar geraamd, bijna de helft van wat de hele “Star Wars”-franchise heeft opgebracht sinds 1977. Met Pepsi Cola sloot Lucasfilm een marketing deal ten bedrage van 2 miljard dollar voor sponsoring van “The Phantom Menace” en de twee vervolgfilms. De promotionele Blitzkrieg ontlokte een New Yorks columnist de smalende slogan: “May the Sales Forces be with you.”

NEGEN: oorspronkelijk zou de hele cyclus uit negen films bestaan, waarin de voltooide Luke Skywalker-sage het centrale drieluik vormt. Nu blijft het zeer de vraag of Lucas na zijn drie prequels (over de ondergang van de Republiek) ook nog eens drie sequels (over de wederopbouw van de Republiek) zal maken. Het zou natuurlijk best leuk zijn om de originele acteurs op hun 60ste of 70ste terug te laten keren, probleem is dat Lucas zelf 61 zal zijn als het derde deel in de bioscoop verschijnt.

OBI-WAN KENOBI: in “The Phantom Menace” is hij nog maar een leerling-Jedi, weinig enthousiast gespeeld door de Schotse acteur Ewan McGregor. In het later gesitueerde “Star Wars” wordt hij met veel meer ontzag gespeeld door Alec Guinness. De mentor van de jonge Luke Skywalker lijkt hier sterk op een dolende samoerai. Hij sterft in een duel met Darth Vader; in “Empire” verschijnt hij slechts kortstondig en dan nog in astrale vorm.

ONAFHANKELIJK: een megabudget van 115 miljoen dollar maakt “The Phantom Menace” tot de meest ambitieuze en duurste onafhankelijke Amerikaanse film ooit gemaakt: Lucas betaalde alles uit eigen zak, zonder enige tussenkomst van een studio. Twentieth Century Fox strijkt alleen maar een klein distributiepercentage op en heeft verder niets in de pap te brokken.

THE PHANTOM MENACE (1999): “Star Wars: Episode One – The Phantom Menace” is de eerste prequel van het originele drieluik; we zien met andere woorden de gebeurtenissen die voorafgaan aan “Star Wars”, “The Empire Strikes Back” en “Return of the Jedi” (die dus Deel IV, V en VI vormen in de ruimtesaga). Deel II en Deel III hebben nog geen titel en worden in 2002 en 2005 in de bioscoop verwacht.

Het verhaal van “The Phantom Menace” speelt ongeveer 30 jaar voor de eerste “Star Wars” begon. Jedi-meester Qui-Gon Jinn (Liam Neeson) en Jedi-leerling Obi-Wan Kenobi (Ewan McGregor) worden naar de planeet Naboo gezonden om er een handelsdispuut over belastingheffing te helpen oplossen. Wanneer de ruzie tot een oorlog escaleert, brengen de Jedi’s koningin Amidala in veiligheid. Op weg naar hun thuisbasis Coruscant, krijgen ze motorpech op de woestijnplaneet Tatooine. Qui-Gon ontmoet er een slavenjongen in wie hij een mysterieuze kracht meent te ontwaren – de Force. Het slaafje Anakin Skywalker (Jake Lloyd) ziet er een goedgeluimd, onschuldig blond baasje uit, maar is er nog iemand op deze planeet die inmiddels niet weet dat het joch zal opgroeien tot de gevreesde Darth Vader? Qui-Jon slaat de waarschuwingen en voortekens in de wind en leidt de knaap op tot Jedi-ridder.

PODRACING: een bijna fataal auto-ongeval toen hij 18 was, heeft niet kunnen verhinderen dat Lucas een grote racefanaat is gebleven. In elke “Star Wars”-film zit dan ook wel een dol ritje in de meest fantastische vehikels, zoals de achtervolging door keizerlijke jagers van Han Solo’s krakende ruimteschip Millennium Falcon, te midden van een meteoorregen. Of de duizelingwekkende achtervolging op supersonische luchtfietsen door een statig woud van mammoetbomen in “Return of the Jedi”. In “The Phantom Menace” is er de nu al geroemde podmotor-derby. De racetuigen bestaan uit afgedankte 747-motoren en de spectaculaire race in de woestijn is een futuristische versie van de beroemde wagenren in “Ben-Hur”.

PRINSES LEIA: de mooie, jeugdige prinses (de damsel in distress in het filmjargon) die in “Star Wars” door de drie jonge helden gered wordt nadat ze overmeesterd werd door de krachten van het Kwaad. Carrie Fisher is totaal miscast als een romantische droomprinses. De dochter van musical-actrice Debbie Reynolds geraakte aan de drugs en schreef over haar afkick-avonturen “Postcards from the Edge”.

QUI-GON JINN: de Jedi-meester uit “The Phantom Menace”. De mentor van Obi-Wan ligt voortdurend overhoop met de Jedi-senaat en ontdekt de Kracht in Anakin. De Amerikaanse critici waren niet te spreken over de dodelijke ernst waarmee de Ierse ster Liam Neeson deze ruimteridder speelt.

RETURN OF THE JEDI (1983): in het sluitstuk (kostprijs: 32, 5 miljoen dollar) van de eerste voltooide trilogie rekenen Luke en Darth Vader definitief met elkaar af en krijgen we eindelijk de perfide keizer Palpatine van het Galactische Imperium te zien – het blijkt een oud mannetje met een ernstig huidprobleem te zijn.

RIEFENSTAHL, LENI: de triomfantelijke “Star Wars”-finale, waarin Luke, Han Solo en Chewbacca hun medailles komen ophalen na het vernietigen van de Death Star, is duidelijk gekopieerd van een soortgelijk tafereel in “Triumph des Willens” van nazi-cineaste Leni Riefenstahl. De strenge ceremonie is opgebouwd en gemonteerd als de mars van Hitler, Himmler en Lutze naar het Nürenberg-gedenkteken. Ook de Stormtroopers verwijzen naar duistere Duitse tijden en waren een reden om de films als fascistoïde te bestempelen.

SKYWALKER RANCH: het 1200 hectaren groot domein, 50 km ten noorden van San Francisco – en ver van Hollywood – vanwaaruit Lucas zijn imperium bestuurt. In wat op een wijnmakerij lijkt, huizen de state-of-the-art montage en soundmixing kamers. Lucas heeft ongeveer 250 mensen in loondienst. Zijn kantoor bevindt zich op de tweede verdieping van een gebouw in half-Victoriaanse, half-Mission-stijl. Hij woont er niet ver vandaan, op een boerderij in Marin County. Zijn special effects-atelier ILM is verspreid over een aantal oude pakhuizen in San Rafael, een half uurtje rijden van het hoofdkwartier op de heuvel. ILM en Skywalker Sound wonnen samen 28 oscars.

SPROOKJE: George Lucas: “Ik heb met Star Wars geprobeerd een modern sprookje te maken. Ik wilde er een sterke morele basis aan geven om jonge mensen tot lering te strekken en hun een perspectief te geven.”

STAR WARS: A NEW HOPE (1977): de originele space-opera (kostprijs: 11,5 miljoen dollar) waarmee het allemaal begonnen is. Het verhaal speelt zich af in de 24ste eeuw en offreert een ridderroman in een sciencefiction-milieu: een vloed aan ruimteschepen, planeten, robots, laserstralen, vreemdsoortig wapentuig, sterren des doods, buitenaardse wezens. “Star Wars” is ook de naam die gegeven werd aan Ronald Reagans controversieel nucleair afweersysteem.

TATOOINE: de thuisplaneet van de familie Skywalker dankt zijn naam aan het schilderachtige Zuid-Tunesische dorpje Tataouine, beroemd om zijn Ghorfas (holbewoners), waar de film ook werd opgenomen. De “Star Wars”-locatie is inmiddels een toeristische trekpleister.

USC: Lucas studeerde aan de filmafdeling van de University of Southern California (USC), waar hij ook kennismaakte met het werk van Akira Kurosawa en Richard Lester, twee regisseurs die zijn ogen openden voor de grenzeloze mogelijkheden van het filmmedium. Samen met Francis Coppola, John Milius, Brian De Palma en Martin Scorsese, hoort Lucas tot de eerste filmschoolgeneratie die het maakte in Hollywood.

VIDEO GAMES: anno 1977 kondigde “Star Wars” profetisch de synergie aan tussen speelfilm en videogame. De pixellated avonturen van Luke en co begonnen in 1983 met Atari’s “Star Wars: The Arcade Game”. Sindsdien spelen meer dan 30 video- en computergames in het ver, ver melkwegstelsel van lang, lang geleden. Vorig jaar bracht LucasArts ook hét multimedia-referentiewerk uit op cd-rom, “Star Wars – Behind the Magic”.

WILLIAMS, JOHN: de man die de rommelige “Star Wars”-films tot één geheel moet smeden, de hechtingen moet verdoezelen en het zaakje moet voortstuwen. Met zijn leitmotief-thema’s in flamboyante Hollywood-stijl gaf hij aan de bordkartonnen karakters ziel en diepgang, en waar nodig werd de actie tot ongeziene hoogte opgezweept. Zijn dreigend Darth Vader-thema is een van zijn sterkste composities.

Voor de fans van Williams is er een luxebox van de eerste trilogie met de meest volledige soundtracks van “Star Wars”, “The Empire Strikes Back” en “The Return of the Jedi” op 3 cd’s, en daarbovenop een extra cd met onuitgegeven materiaal en alternatieve versies. Goed voor enkele uurtjes spetterende, heroïsche muziek in grootse, symfonische stijl.

In de “The Phantom Menace” borduurt Williams hier en daar verder op de vertrouwde motieven, maar de score bestaat voor 90 procent uit nieuwe thema’s, nu eens driftig, dan weer majestatisch georkestreerd, het geheel overgoten met een bombastisch kinderkoor in Sanskriet.

X staat voor de techniek die men gebruikt in het door Lucas ontwikkelde geluidssysteem THX ( cross over sound), TH staat voor Tom Holman, de ingenieur die het procédé ontwierp.

Toevallig is “THX 1138” ook de titel van het speelfilmdebuut van Lucas uit 1970. Zijn eerste professionele SF-film was gegroeid uit een studentenfilm. Producers van Warner waren zo opgetogen over dit proefstuk dat ze hem meteen een contract aanboden. Toen ze het koele, cerebrale en teneerdrukkende resultaat zagen, kwam er meteen een eind aan de projecten.

YODA: de eeuwenoude Jedi-Master Yoda is een groen, rimpelig mannetje met vriendelijke ogen en wijd uitstaande puntoren. Deze creatie van “Muppet”-speler Frank Oz wordt geïntroduceerd in “Empire”, waarin hij op de moerasplaneet Dagobah in de Jedi-leer onderwijst.

ZANDVOLK: ook wel Tusken Raiders genoemd. Door iedereen gevreesde bandieten, plunderaars en nomaden op de woestijnplaneet Tatooine.

“The Phantom Menace” gaat op 16 juli in Engeland in Europese première. In België moeten we nog wachten tot 13 oktober.

Patrick Duynslaegher