De beau monde van Parijs wordt dezer dagen gecharmeerd door ‘les petites mains’ van ‘un petit belge’. Gerald Watelet neemt de draad op waar Yves Saint Laurent en Philippe Venet hem lieten liggen.

G erald Watelet is terug van weggeweest. Begin dit jaar installeerde hij zich in de rue François 1er 62 in Parijs. In zijn nagelnieuwe salons, gedecoreerd met enorme bloementuilen en witte stoeltjes, showde hij zijn haute-couturecollectie lente/zomer 2003. Een collectie très Watelet, in de zachte kleuren van een Scandinavische zomer, met beige, roomkleur, aardetinten en marine. Zijn atelier en boetiek in Brussel behoudt hij. “Een dure onderneming ? Yes, maar de return zal in dezelfde proportie zijn.” Hij blaakt van zelfvertrouwen ; de voortekenen waren nog nooit zo goed. Talrijke clientes van Yves Saint Laurent tonen belangstelling voor zijn werk.

Na een dip midden de jaren ’90 – in 1996 legde hij de boeken neer – beloofde Watelet : “U hoort nog van mij.” In 1998 lanceerde hij Almost Couture en bleef intussen haute couture maken op bestelling. Tussendoor was hij lid geworden van de Chambre Syndicale de la Couture Parisienne ; ontwierp in 2002 het nieuwe uniform voor het personeel van de Koninklijke Musea van België naar aanleiding van de tweehonderdste verjaardag van deze musea ; kreeg vorig jaar samen met Olivier Strelli het Légion d’honneur uitgereikt ; kleedde geregeld onder meer de prinsessen van de koninklijke families van België en Luxemburg.

Maar nu zal er meer uit de bus komen. Gerald toont trots een brief van Stephanie Shern, één van de beste klanten van het voormalige huis Yves Saint Laurent, waarin ze hem feliciteert met zijn collectie en om een afspraak vraagt, in Parijs, ergens in maart. Na zijn defilé in Parijs heeft hij al diverse bestellingen mogen optekenen, maar het belangrijkste moet nog komen. “We hebben 75 video’s afgeleverd bij echte haute-coutureklanten en die hebben dus allemaal mijn defilé gezien. We hebben ook video’s gestuurd naar Yves Saint Laurent, enfin, naar zijn eerste assistente Catherine Guadala en naar Danielle, de assistente voor de accessoires van YSL. Op het defilé van 17 uur was de ex-directrice Haute Couture van Chanel er, Joy H. en ze heeft me twee klanten gestuurd. Op de eerste rij zat mevrouw Gandini die mij de stoffen geleverd heeft. Al het gebruikte textiel komt van Gandini in Italië. Maar waar ik zo trots op ben, is dat Gandini dit seizoen gaat adverteren met foto’s uit mijn collectie. Ik was er ook bijzonder mee ingenomen dat Philippe Venet is komen kijken, à l’improviste, ’s anderendaags.”

Toch beschouwt Watelet dit defilé nog als een zero-defilé, “omdat we nog niet op de lijst van de defilés van de Chambre Syndicale van de Haute Couture stonden. Het moest allemaal te snel gaan. Nu gaan we de internationale modepers aanpakken, zodat alles netjes op tijd klaar kan zijn voor het volgende, het eerste échte defilé. De reacties op de collectie die ik eind januari getoond heb, waren allemaal positief. Het is echt, puur Watelet, zonder gemakkelijke effecten, zonder frou-frou. We hebben alles herleid tot de grootste eenvoud. Je kan er ook exceptionele zaken in vinden. Je kan stellen dat de collectie alleen bestemd is voor zeer chique dames. En zeker niet alleen voor magere vrouwen : je kan très chique zijn en très grosse en je kan mager zijn en op een echte boerin lijken. Het is in ieder geval geen collectie voor meisjes, maar voor echte vrouwen vanaf pakweg 30-35 jaar, vrouwen die rijk genoeg zijn om niet te laten zien dat ze rijk zijn. Het is geen mode voor stoefers.”

Gerald Watelet is bijzonder gelukkig dat hij die stap gezet heeft in Parijs. “Het gebeurde als bij ingeving. Ineens wist ik wat en waar ik het wilde : in de rue François 1er, in het huis van Philippe Venet die ik altijd zo bewonderd heb. Ik kwam van bij Yves Saint Laurent, van wie ik na het opdoeken van zijn haute couture enkele medewerkers overgenomen heb, en liep voorbij het vroegere modehuis van Venet en zag dat er geen licht brandde. Ik heb van 1993 tot 1996 voor Philippe Venet gewerkt. Hij heeft mij in feite het gebruik van de dubbele wolcrêpe geleerd. Venet opende daar al in 1962 zijn modehuis en 35 jaar heeft hij daar zijn Maison gehad. De stijl van Venet was zo’n beetje die van Audry Hepburn eind jaren ’50. Nu, iedereen kent de oranje mantel van Givenchy uit Breakfast at Tiffany’s : die is door Venet ontworpen. Want in die periode woonde en werkte hij bij Givenchy. Venet en Givenchy waren geliefden, ze zijn trouwens nog altijd samen. Hij kleedde echt chique vrouwen zoals de hertogin van Windsor. Philippe Venet was dus heel beroemd voor zijn mooie mantels. Hij heeft nooit prêt-à-porter gemaakt, hij deed alleen haute couture. Natuurlijk ken ik Venet heel goed als persoon omdat ik toch een behoorlijke tijd bij hem gewerkt heb. Daags na mijn defilé is hij in zijn vroegere salon gekomen om mijn collectie te bekijken. Toen hij zag hoe ik alles veranderd had, zei hij : ‘Ik heb zin om opnieuw te beginnen.’ Hij stopte met ontwerpen midden de jaren ’70. Daarna heeft hij zijn huis een poos verhuurd. En nu zijn we terug bij het begin. Toen heeft de almachtige god van het Toeval mij geholpen. Het was twee uur ’s middags, vorig jaar midden november en ik stond buiten op de stoep. Toen heb ik beslist : volgend jaar word ik veertig, als ik het wil doen, moét het nu gebeuren. Ik ga naar Parijs, definitief, voorgoed. Omdat er geen licht brandde, dacht ik bij mezelf, is het pand misschien vrij. ’s Anderendaags belde ik de gérance van het gebouw. Daar meldde men mij : ‘Mijnheer, het huis is juist vijf dagen vrij.’ Nog diezelfde dag ben ik naar Parijs gegaan, ik kreeg 24 uur om na te denken. We zijn met de werken begonnen op 3 januari van dit jaar, om te openen en te defileren op 21 januari. Alles komt uit België : de tapijten, de overgordijnen, het werkvolk. De divans en canapés komen van een Brusselse antiquair. De naaimachines, naaitafels, coupetafels, sommige bustes van klanten – ik noem geen namen -, de bustes van modellen : allemaal van Yves Saint Laurent gekregen ! Ik heb hem zelf niet ontmoet, maar op mijn verjaardag op 11 december vorig jaar kreeg ik van hem een boek met de opdracht : ‘ Pour Gerald Watelet, avec mon meilleur souvenir. YSL.’n

Germaine Thys / Foto’s Etienne Tordoir

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content