In ?Licht?, de nieuwste film van Stijn Coninx, vilt Francesca Vanthielen een zeehond, glijdt ze op ski’s door de poolnacht en klautert ze bij -35C op een dak om een televisieantenne te repareren. Acteren doet ze ook, en lang niet onaardig.

Linda Asselbergs / Foto’s Lieve Blancquaert

Negentien was Heleen van der Laan toen ze als koksmaatje op een passagiersschip in Spitsbergen belandde. In een romantische opwelling besloot ze ter plekke af te monsteren en in te trekken bij de noordelijkste pelsjager van het poolgebied. Helaas bleek hij niet de stoere held die ze zich had voorgesteld, maar een zwijgzame, onhandige sukkel… Ik moet eerlijk toegeven dat ik de wenkbrauwen fronste toen ik hoorde dat Stijn Coninx Van der Laans autobiografische Waar blijft het licht ? zou verfilmen met Francesca Vanthielen in de hoofdrol. De Heleen van de coverfoto’s was immers een kloek Hollands buitenmeisje, een type dat toch redelijk ver afstaat van Vanthielen, VTM-omroepster en presentatrice van het blitsze reisprogramma Go 2. Maar de Heleen van het boek werd Ellen in de film en Francesca trekt zich meer dan behoorlijk uit de slag.

?Gewoon zijn kan altijd nog als je dood bent, dan ben je doodgewoon?, zegt Ellen in de film. Zou dat ook jouw motto kunnen zijn ?

Francesca Vanthielen : Absoluut niet. Ik reis veel, ik heb zowat de halve wereld gezien. Maar precies omdat ik al zoveel heb meegemaakt, kan ik nu plezier beleven aan heel kleine dingen. Zoals gisteren : Karl ( Symons, red.) en ik kwamen terug van de première van Licht in Amsterdam en onderweg voelde ik mij een beetje ziekjes worden. Goh, nu gewoon thuis zijn en in een warm bad liggen, dacht ik. ’s Avonds zijn we om de hoek een snack gaan eten. En dan vlug terug naar huis, met de zekerheid dat we niet meer buiten hoefden te komen. Dat kan heel banaal klinken, maar daar zit ik niet mee in.

Ellen zegt ook dat ze speciaal moet zijn omdat de mensen dat van haar verwachten. Mischien verbeeldt ze zich dat maar en doet ze daarom rare dingen zoals gaan overwinteren bij een pelsjager die ze van haar noch pluim kent.

Nee, dat geloof ik niet. Je hebt zo van die koningskinderen die alles meehebben een bijzondere persoonlijkheid, een aantrekkelijk uiterlijk, goede manieren en die schitterende resultaten behalen zonder er al te veel moeite voor te moeten doen. Individuen van wie iedereen al van jongsafaan zegt : jij gaat het maken, zonder dat zo’n kind goed weet wat ze daarmee bedoelen. Zo zie ik Ellen : als iemand die van huize uit gestimuleerd werd om naar de top te reiken en die daar altijd in meegegaan is. Tot ze zich in Spitsbergen plots afvraagt : de top, wat stelt dat eigenlijk voor ? Een carrière, status, veel geld verdienen, veel vrienden hebben, plezier maken… Maar dat is allemaal zo vluchtig.

Je kunt je blijkbaar heel goed in die situatie inleven. Als je op je dertiende al een radioprogramma presenteert, zullen de mensen in je omgeving ook wel veel van je verwachten.

Ja, maar ik relativeer dat graag. En nog iets, het lijkt misschien wel of ik mijn personage de hemel in prijs, maar ik kan niet ontkennen dat ze zich de eerste maanden van haar verblijf bij Lars als een enggeestig kreng gedraagt. Als ze zich dat realiseert, valt ze heel diep. Dat soort contrasten heb ik nooit gekend. Natuurlijk ligt dit personage niet zo ontzettend ver van mij af. ?Van jou zullen we nog horen?, voorspelden mensen mij toen ik nog een puber was. Wist ik veel of ik bij de televisie zou blijven of niet… Dat wist ik zelfs op mijn achttiende nog niet, want toen ben ik gaan studeren. Maar ik vind niet dat je iets zelf moet meegemaakt hebben om het te kunnen aanvoelen. Zo heb ik er ook bewust voor gekozen om vòòr het begin van de opnames schrijfster Heleen van der Laan niet te ontmoeten, want ik wilde haar niet imiteren. Het script wijkt trouwens nogal af van het boek, maar dat vind ik juist goed. Film is een ander medium en door het verhaal daaraan aan te passen, maak je het alleen maar sterker. Tijdens het draaien hebben we trouwens nog een aantal dingen veranderd. Want door vier maanden in Spitsbergen door te brengen, maakten wij dingen die in het script stonden zelf mee en dan besef je : nee, in zo’n situatie is huilen van machteloosheid logischer dan kwaad worden.

Het Hoge Noorden heeft blijkbaar een diepe indruk op je gemaakt.

Het is normaal dat je na het draaien van een film in een zwart gat valt, maar dit keer had ik het wel heel moeilijk om de draad van mijn leven opnieuw op te pakken. Een half jaar geleden was ik bang dat ik tijdens interviews niet eens over Spitsbergen zou kunnen praten. Telkens ik er iets over zei, was het net alsof er iets van mij gestolen werd. Een aantal bladen hadden mij om fragmenten van mijn dagboek gevraagd. No way, was mijn eerste reactie, maar nu denk ik : ik heb zoveel materiaal, ik kan er maar beter iets mee doen.

Een filmploeg is altijd al een wereld op zich en als je aan het einde van de wereld zit, is dat nog meer het geval. Is dat een situatie waarin jij je goed voelt ?

Er was het isolement, plus het feit dat we maandenlang letterlijk onder één dak leefden. We zaten daar niet in een hotel, waar je je eigen badkamer hebt en je room service kunt bellen als je liever niet onder de mensen wilt komen. En dan heb ik het nog niet over de extreme koude en de snelle weerswisselingen waardoor we achter op het schema raakten. Er waren ook problemen met de catering. Voor Stijn was het een zware dobber, want hij draaide voor alles op : het eten dat tegenviel, gemopper over kapotte WC’s, mensen die niet in goede doen waren. Door de achterstand op het schema kwam daar de financiële druk nog eens bij. Schitterend hoe hij zich recht heeft kunnen houden, altijd even kalm en attent en met zijn hoofd bij het werk. Echte onderlinge conflicten zijn er gelukkig nooit geweest, wel mensen die heimwee hadden of een kleine inzinking kregen door tegenslag tijdens het draaien of een slechte brief van thuis… Maar dat versterkte de onderlinge band alleen maar, want je leert elkaar natuurlijk heel goed kennen en je deelt al die emotionele momenten. In zulke extreme omstandigheden word je ook sterk met jezelf geconfronteerd, vooral omdat filmen vooral een kwestie van wachten is en je tijdens dat wachten veel tijd hebt om na te denken. En dat alles speelde zich dan ook nog eens in de meest adembenemende omgeving af. Ik moet zeggen, dat heb ik elke dag opnieuw beseft. Ik heb geen moment het gevoel gehad : bon, het is hier prachtig, maar dat weet ik nu wel.

Je hebt het alleen over andere mensen die moeilijke momenten doormaakten. Ben jij zelf dan zo’n taaie ?

Taai ? Dat weet ik niet. Maar in Spitsbergen was mijn leven eigenlijk heel simpel. Bij GO 2 sta ik ook in voor de productie en moet ik voortdurend aan tien dingen tegelijk denken. Op de set moest Stijn er mij voortdurend aan herinneren dat ik alleen maar aan mijn rol moest denken. Het kostte mij soms echt moeite om daar alleen maar te staan en actrice te zijn, terwijl ik gewend ben om organisatorisch mee te denken en bij te springen als er iets gedragen of ingepakt moet worden. Als bij mij de stoppen doorslaan, dan komt dat doordat ik niet aan de verwachtingen kan voldoen of afspraken niet kan nakomen om redenen waarover ik zelf geen controle heb. De eerste reportage voor GO 2 na Spitsbergen, bijvoorbeeld, ging over Boston en omgeving, en dat was zo’n immens contrast. Ik moest ineens weer presenteren en produceren en de planning opvolgen en de weg wijzen. Een aantal afspraken werden op het laatste nippertje gewijzigd en Boston was één grote file… Op een bepaald moment ben ik toen echt geflipt en in tranen uitgebarsten : ik wilde niet meer reizen, ik wilde niet meer vliegen, het was me allemaal even te veel. De ploeg zat daar wat vreemd tegenaan te kijken en toen dacht ik : wat raar dat mij dat nu overkomt en niet in Spitsbergen.

Ben je in het Hoge Noorden dingen over jezelf te weten gekomen waarvan je je tevoren niet zo bewust was ?

Ja, dat ik blijkbaar iets heb met het Noorden. Een jaar eerder waren we in IJsland geweest en ook daar voelde ik mij ongelooflijk goed in mijn vel. Ik kwam terug met de mooiste foto’s die ik ooit gemaakt heb… Het leven daar beviel mij ook uitstekend : de mensen zijn er heel no nonsens, heel rechttoe rechtaan en toch ook warm en gezellig. Ik ben absoluut geen beach girl, warme landen liggen mij veel minder. Ik voel me er loom en vlug moe, ik functioneer er niet optimaal. De zon op mijn lijf voelen en dan elk streepje huid laten bruinen, daar heb ik nooit van kunnen genieten. Karl houdt wél van warme bestemmingen. Als wij met vakantie gaan, hebben wij dus een probleem.

Je hebt de laatste jaren vooral met je partner Karl Symons samengewerkt. Hoe was het om weer eens solo te gaan ?

Schitterend ! Ik hoop dat dat Karl niet te negatief in de oren klinkt, maar ik wil toch niet minimaliseren dat het mij ongelooflijk veel deugd heeft gedaan. Voor hem was het natuurlijk veel moeilijker, want hij was toen volop bezig met de voorbereidingen van Symons & Vanthielen en zijn co-productrice en -presentatrice zat aan de Noordpool. Ik heb Karl natuurlijk ook gemist, maar toch was ik blij dat ik mijn eigen ding kon doen. Dat was geleden van mijn studietijd. Toen was ik er heel trots op dat ik een hele dag kon doorbrengen met alleen maar studeren en lezen, zonder de nood te voelen om op café te gaan. Eigenlijk kon ik dat nogal goed, alleen zijn…

Kende je relatie met je tegenspeler een gelijkaardige evolutie als die van Ellen en Lars ?

Eigenlijk wel. Joachim Krol is een schitterend acteur, ik heb ongelooflijk veel respect voor die man. Alleen had hij het tijdens de winterperiode nogal moeilijk met het feit dat hij niet bij zijn vrouw kon zijn. Dat was wel lastig, want ik merkte dat hij zich niet lekker voelde en met allerlei emoties worstelde. Maar naar mij toe is hij altijd fair geweest. Aan zijn ervaring kon ik natuurlijk niet tippen. Hij heeft een techniek om scènes zo te bewerken dat hij er veel van zichzelf in kan leggen. Ik observeerde dat en vroeg mij af hoe ik daar ook ergens kon geraken. Want je moet die scènes tenslotte samen spelen. Zonder veel woorden en zonder mij echt advies te geven heeft hij mij meegetrokken. Zo heb ik het toch ervaren. En ja, er was zeker een emotionele evolutie tussen Joachim en mij. We waren al op goede voet vertrokken en op het einde van de draaiperiode waren we echt twee handen op één buik. De ploeg zat dat zo’n beetje geamuseerd gade te slaan ; ze vonden dat eigenlijk wel mooi zoals wij elkaar altijd in bescherming namen en voor elkaar opkwamen. De afscheidsscène is heel emotioneel en de gevoelens die daaruit spreken waren écht, ook bij hem. Het was de laatste draaidag en eigenlijk voelde ik mij niet in staat om die scène te spelen, emotioneel was ik totaal lam. Ik moest naar de helicopter toelopen en toen ik mijn rug draaide, voelde ik die hele ploeg achter mij en Joachim, die man van wie ik tijdens de opnames ook ontzettend veel was gaan houden. Toen kwamen de tranen vanzelf…

De vrijscènes in de film zijn mooier dan die in het boek : soms grappig, soms ontroerend, heel levensecht. Als je je toen slecht op je gemak voelde is daar in elk geval niets van te merken.

(lacht) Ik heb tijdens de hele draaiperiode maar één keer slecht geslapen en dat was de nacht vòòr de opname van de vrijscènes. Doodnerveus was ik. Uiteindelijk liepen andere opnames zo lang uit dat we die bewuste dag niet eens tot het draaien van de vrijscènes toekwamen. Omdat ik niet nog eens een hele dag doodzenuwachtig wilde rondlopen, werd ik uiteindelijk heel relaxed. Joachim had al van in het begin gezegd dat hij er niet zwaar aan tilde. Misschien was de ploeg zelfs onzekerder dan wij. Ik voelde heel duidelijk hun gêne : oeioei, wij staan hier in onze dikke truien en die twee liggen daar in hun blootje… Toen wij grapjes begonnen te maken, waren zij ook meer op hun gemak. Het deed me denken aan een interview met Kate Winslet dat ik een paar weken eerder gelezen had. Vlak voor zij in Jude haar eerste naakt-scène moest spelen, belde ze in paniek naar Emma Thompson die haar geruststelde : ?Neem van mij aan, achteraf zul je je heel bevrijd voelen.? En het is waar, na een poosje had ik iets van : wat kan het mij eigenlijk nog schelen, voor deze mensen hier heb ik toch geen geheimen meer. En als de Belgische pers erover schrijft, kan ik alleen maar hopen dat ze het op een serene manier doet. Of het nu Emma Thompson is, of Kate Winslet, of Juliet Binoche… Ze hebben allemaal naaktscènes gespeeld. Het is niet zo dat ik er iets mee wilde bereiken, of dat ik het er zomaar bijnam. Ik heb er wel degelijk lang met Stijn en Joachim over gepraat en zoals het er nu uitziet, staan we er allemaal achter.

Dit is het soort rol waarvoor elke afgestudeerde van conservatorium en Studio Herman Teirlick een arm en een been zou geven. Was de druk daardoor nog groter ?

Nee. Ik wist dat Stijn overtuigd was door mijn screentest en dat hij mij niet om welke andere reden dan ook gevraagd had. Hij stond achter mij en dat was voor mij voldoende : ik wilde niet eens weten wie er nog allemaal audities gedaan hadden. En verder kon ik alleen maar hopen dat ik aan zijn verwachtingen zou voldoen en dat hij het hele gamma van emoties dat in mijn personage zit eruit zou kunnen halen : ontgoocheling, angst, woede, verliefdheid… Je tegenspeler is natuurlijk ook heel belangrijk. Achteraf heeft Joachim mij verteld dat hij aanvankelijk wel zijn twijfels had. Dat vind ik niet meer dan normaal, hij wist immers niet welk vlees hij in de kuip had. Maar hij heeft die twijfels nooit geuit en mij alle kansen gegeven.

Voel je je nu een actrice ?

Welnee. Ik zou niet weten wat voor gevoel dat zou zijn. Ik heb uiteraard veel bijgeleerd, maar of ik daardoor een actrice geworden ben… Kijk, ik ben daar allemaal nogal realistisch in. Ik ben er mij bijvoorbeeld heel goed van bewust dat deze ervaring zo uitzonderlijk was, dat ze moeilijk te overtreffen valt, wat ik hierna ook doe. Maar het belangrijkste is dat ik er zelf veel aan gehad heb. In die zin zijn het uitkomen van de film en de premières zelfs bijkomstig. Natuurlijk zou het prettig zijn als er veel mensen naar de film gaan kijken. Maar voor mij telde vooral het daar zijn en het werk doen, dat is een herinnering die ik altijd zal koesteren.

Wat zijn op dit ogenblik je prioriteiten ?

Rustig blijven. Vanmorgen had ik een fotosessie bij VTM en toen ik hierheen reed zat Brussel potdicht en merkte ik bovendien dat mijn benzinemeter in het rood stond. Straks moet ik tijdens de spits naar Leuven, maar dat haal ik niet meer en waar vind ik hartje Brussel in hemelsnaam een benzinestation ? Aan dat soort situaties heb ik dus een hekel en sinds Spitsbergen is dat nog intenser geworden. Het leven was daar zo simpel. Er zijn niet eens wegen, laat staat verkeerslichten en opstoppingen. En als het stormde, zat er niets anders op dan je daar bij neer te leggen en binnen te blijven, want de natuur heeft er het laatste woord. Hier in België moet je veel meer zelf ondernemen en voortdurend keuzes maken en dat vind ik niet altijd gemakkelijk. Individuele vrijheid is belangrijk en ik geniet daar natuurlijk ook wel van, maar het mag niet ten koste van alles zijn. Zoals gisteren na de première in Nederland : als ik dan na mijn thuiskomst nog voor een baby had moeten zorgen, dat had ik niet kunnen opbrengen… Nee, rust is belangrijk en genieten van heel gewone dingen.

Dat is gemakkelijk gezegd als je alles al meegemaakt hebt.

Ja, natuurlijk, maar zelfs toen ik in een jetboat zat of op een raft of aan zo’n benji-elastiek hing, realiseerde ik mij dat dat eigenlijk allemaal maar speelgoed voor grote mensen is. De essentie is iemand hebben die je graag ziet, die jou graag ziet en daar mooie momenten mee beleven. Zolang ik dat thuis kan vinden, heb ik niet eens behoefte aan vakantie. Ik ben al blij als we samen warm ingeduffeld naar de bioscoop kunnen wandelen in plaats van met de auto te gaan, een kwartier lang naar een parkeerplaats zoeken en intussen nog twee keer opgebeld worden, zodat we weer niet met elkaar kunnen praten. De drukte rond de film ? Dat mag voor mijn part een paar weken duren, maar ik probeer het toch zo te regelen dat ik er zelf nog iets aan heb. Wat ik ten alle koste wil vermijden, is dat ik na een leven hard toeken in een zwart gat zou vallen : en nu ? Daarom moet het voor mij niet allemaal in één jaar gebeuren. Een nieuwe film ? Mocht er een interessant aanbod komen, zou ik het zeker overwegen, maar ik ga zeker niet overal aankloppen. Dat heb ik trouwens nooit gedaan en ik ga er nu zeker niet mee beginnen.

Vanaf 7 januari in de bioscoop.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content