Miles Aldridge schoot de beelden voor de nieuwe kalender van een Italiaanse koffiefabrikant. De Britse fotograaf heeft ook een nieuw boek uit.

De herfst heeft elk jaar opnieuw een date met wulpse, liefst schaars geklede modellen/rugbykampioenen/babes, geglaceerd gedrukt op kalenders en in alma-nakken.

De nieuwe kalender van Pirelli, een pionier in het genre, werd gefotografeerd door de Amerikaan Terry Richardson, bekend om zijn scabreuze stijl. Tony Duran, een glamourfotograaf met standplaats Hollywood, dwaalde rond in de vochtige kleedkamers van de Dieux du Stade. Lavazza, de koffiefabrikant uit Turijn, gaf zijn achttiende kalender in handen van de Britse modefotograaf Miles Aldridge, na eerdere samenwerkingen met David Lachapelle en Annie Leibovitz.

De kalender van Aldridge staat in het teken van Italiaanse liedjes (elke foto is geïnspireerd door een klassieker, van Va’ Pensiero tot O Sole Mio), maar is evenzeer doordrongen van cinema. De opnames gebeurden in Cinecitta, de legendarische filmstudio’s van Rome. Voor de officiële presentatie van de kalender, in Turijn, blijkbaar de bakermat van de Italiaanse cinema, werd een plaatselijke studio afgehuurd. Lavazza zette er een typisch Italiaans variétéspektakel op poten, met showdansers, dramatische ballades, een animatrice op Prozac en zelfs een waterballet. De hoge kitschquotiënt van de kalender werd nog eens extra benadrukt door de bijbehorende, officiële soundtrack : een larmoyante versie van Nessun Dorma, de aria uit Puccini’s Turandot, door Anthony, van Anthony & The Johnsons.

Aldridge was de geknipte fotograaf voor een Italiaanse schlagerfantasie. De man houdt van gesatureerde, felle kleuren. En hij houdt van melodrama met een knipoog. “Italiaanse muziek was voor mij een perfect onderwerp”, zegt hij daags na de presentatie. “Liefde zou al iets moeilijker zijn geweest. In het algemeen houd ik van onderwerpen die niet onmiddellijk politiek correct zijn. Kill for coffee : voor een film is dat een perfect aanvaardbare titel. Mijn zesjarige zoon zou ernaar gaan kijken. Maar als je tijdens een modevergadering bij Vogue voorstelt om een shoot op te hangen aan een moord, zegt iedereen onmiddellijk neen. In Hollywood verwachten ze niet anders.”

“Ik had al eens eerder een optie voor de kalender, maar toen is het er niet van gekomen. Toen de mensen van Lavazza het hadden over Italiaanse muziek, dacht ik gelijk aan film. Fellini, Pasolini, Visconti, zelfs Rossellini. De grote Italiaanse regisseurs slaagden er telkens in om beeld en muziek op een bijzondere manier te laten samengaan. Neem La Strada. Prachtige shots, uitzonderlijke acteerpresentaties, en dan is er de soundtrack van Nina Rota die alles samenbrengt.”

Uw kleurgebruik, en ook de manier waarop u melodrama’s sublimeert, verwijzen nochtans veeleer naar de cinema van Douglas Sirk.

Miles Aldridge : Dat klopt tot op zekere hoogte. In mijn werk gebruik ik vaak alledaagse situaties. Een vrouw bakt een taart of ze maakt een bed op. Van zo’n scène maak ik dan een beeld vol glamour en melancholie. Ik houd, net als Douglas Sirk, van felle kleuren. Maar ik zie mezelf toch vooral als een postmodernist. Alles is relevant. Ik heb niet één mentor. Ik sta open voor elke invloed. Enkele dagen geleden zat ik in een taxi toen er een oranje bus voorbijreed. Plotseling werd alles in mijn gezichtsveld oranje. En vanmorgen keek ik in mijn hotelkamer naar een film met Charlie Chaplin. Ook dat was een inspirerend moment. Ik zie heel veel maar ik vergeet ook snel, en af en toe komt zo’n moment in een flits terug.

U werkt bijna als een regisseur. U beschouwt uw modellen als actrices, en u tekent vooraf ook heuse storyboards.

Het grootste deel van het werk gebeurt voor je naar de studio gaat : het verhaal, de achtergrond, de implicaties. Daarna volgt de logistiek. Stel : je wil een foto maken van een meisje in een zwembad. Dan heb je om te beginnen een zwembad nodig. Waar vind je dat zwembad ? Hoe groot wordt het ? Welke steen ga je gebruiken ? En dan begin je te rekenen. Je moet vaak ook toegevingen doen. Je bent een regisseur, een producer. Voor de kalender hebben we alle decors in een studio gebouwd, op de manier van Douglas Sirk. Zo’n filmstudio is een immense, lege ruimte, een blanco vel papier, en uit dat niets moet je iets magisch creëren. Dat vergt veel fantasie, maar ook discipline. Cinecitta heeft uitstekende technici. Als je een probleem hebt, dan vinden zij de oplossing. Hoe laat je een meisje door de lucht vliegen ? Onze eerste pogingen mislukten, maar toen haalden we er zo’n professional bij, en die laat haar vliegen.

Set designers zijn enorm belangrijk. Ik heb ooit Marilyn Manson gefotografeerd in Palm Springs. Een perfecte locatie : zwembad, groen gras. En toen dacht ik : zou het niet ongelooflijk zijn als we er een gigantisch beeld van een paard bij konden krijgen ? De volgende ochtend stond er een beeld van een paard aan het zwembad. Dat paard is achteraf beschouwd het coolste element op de foto.

De foto’s op de kalender lijken bijna filmstills.

Ik werk met een zeer krachtige flash. Ik wil graag diepte in mijn foto’s, en ik wil dat effect met de camera bereiken, niet achteraf op de computer. Bovendien houd ik niet van een grove korrel. Dat schept een dubbel probleem : je hebt veel licht nodig voor dat diepte-effect, en veel licht om korrel te vermijden. Een scène moet voor mij in licht baden, en daar heb je inderdaad een overeenkomst met Douglas Sirk. Mijn ecologische voetafdruk is redelijk angstaanjagend. Als die flitslampen afgaan, wordt er een hoop energie verspild. Maar ik doe mijn best om het niet al te bont te maken.

We hebben in Cinecitta één foto per dag gemaakt. Ik weet dat het sneller kan, maar ik probeer alles technisch zo perfect mogelijk te krijgen. Er komt veel voorbereiding bij kijken. Je moet met bijzonder veel aspecten rekening houden tijdens het opstellen van je decor en je lichten, en daarna moet je nog een levend wezen in je set stoppen. Het model moet doen alsof er niets bijzonders aan de hand is. En de fotograaf moet zijn model motiveren. Vijftig procent van een foto ligt op voorhand vast, en vijftig procent is afhankelijk van de omstandigheden tijdens een shoot. Dan zie je een model een kop koffie drinken, of je ziet hoe ze haar benen kruist op een bepaalde manier. En daar kan je dan iets mee doen. De vrouwen die je in je hotelkamer in je schetsboek tekent zijn nu eenmaal geen echte vrouwen. Ik wil ook niet dat mijn foto’s stillevens lijken, waar alles doods is. Ik heb nood aan een sprankel van leven, en dat is het meisje.

U heeft pas een boek gepubliceerd met uw tekeningen, Pictures for Photographs.

Ik heb mijn schetsenboeken getoond aan Karl Lagerfeld en Gerhard Steidl, van de gelijknamige uitgeverij van fotoboeken (waar Lagerfeld een eigen imprint leidt). Het was een beetje een vreemde afspraak, backstage na een show van Chanel tijdens de coutureweek, misschien niet het ideale moment. Maar Steidl en Lagerfeld zijn typische Duitsers, heel methodisch, ze verliezen geen tijd. Steidl heeft de schetsboeken meegenomen naar Göttingen, waar hij zijn drukkerij heeft. Enkele maanden later ben ik het drukproces gaan bijwonen. Steidl is waanzinnig professioneel. En hij heeft ongelooflijke vakmensen in dienst. Een drukkerij heeft iets enorm sexy. Je hoort de machines ratelen terwijl ze je foto’s uitspuwen en zo’n enorme Duitser maar inkt blijft bijgieten. Het is een groot, juicy boek geworden, de helft tekeningen, de helft foto’s. Het is een prachtig souvenir van de voorbije vijf jaar. Zo’n boek laten drukken duurt hoop en al drie dagen, maar je ziet wel jaren van je leven opnieuw voorbijvliegen.

Door Jesse Brouns

“Vijftig procent van een foto ligt op voorhand vast, en vijftig procent is afhankelijk van de omstandigheden tijdens een shoot. Dan zie je een model een kop koffie drinken, of je ziet hoe ze haar benen kruist op een bepaalde manier. Daar kan je dan iets mee doen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content