Kadril in concert met De Andere Kust : 19/11 Theaterzaal Antigone, Sint-Niklaas, 2/12 Theaterzaal Roxy, Temse, 3/12 CD Podium, Deurne, 10/12 De Woeker, Oudenaarde (tournee-info 2006 : www.kadril.be)

Erwin Libbrecht (44) is muzi

Alle broers en zussen van de moeder van mijn vader zijn geëmigreerd naar Amerika. Enkel mijn oma bleef hier om voor haar moeder te zorgen. Zij kwamen uit de streek van Wingene en Ruiselede, waar veel mensen hun koffers pakten. Ik heb veel gelezen over die uittocht. Uit die verhalen groeide De andere Kust, een programma waarmee Kadril zijn horizon verbreedt.

Een grote samenhang kenmerkt de Libbrechts. Toen we nog onder één dak woonden, was het vaak vuurwerk, precies omdat we zoveel interesses deelden. Vooral mijn oudste broer Peter en ik vlogen elkaar geregeld in de haren. Pas toen hij in Gent ging studeren, werden we de beste vrienden. Nu zouden we álles doen om elkaar te helpen of conflicten bij te leggen. Ik geloof dan ook sterk dat de drie broers Libbrecht het bindmiddel zijn in Kadril.

Mijn vader, professor emeritus, mag enkel zingen op de badkamer. (lacht) Als een muzikale familie mag je ons dus heus niet bestempelen.

We zijn laatbloeiers. Zo leerde ik pas op mijn zestiende gitaar spelen. In de volksmuziek maak je echter snel vorderingen : na een jaar kun je al behoorlijk wat, en net daarom kennen de folkcursussen tegenwoordig zoveel succes.

Ik ben er trots op dat we het al dertig jaar uitzingen, te meer omdat de harde kern van zes muzikanten sinds ons debuutalbum onveranderd is gebleven.

Met Patrick Riguelle was er een interessante kruisbestuiving. Wij hebben Patrick naar het Nederlandstalige repertoire geloodst en hem geïntroduceerd bij het Radio 1-publiek, en hij heeft ons de nodige geloofwaardigheid in de rockwereld bezorgd. Nooit met Krijt is niet toevallig de enige cd die in Humo een recensie kreeg. Velen beschouwen dat nog altijd als één van onze hoogtepunten. Het gaf ook het startsein voor de folkrevival.

Laïs ontdekten we tien jaar geleden op een folkstage in Gooik. Ze hadden toen een repertoire van twee liedjes. (lacht) Vrouwenstemmen in close harmony : dat had ik hier nooit eerder gehoord. Een jaar later stonden ze op Dranouter Folkfestival op het grote podium.

Geen enkele platenfirma toonde interesse in Laïs, ondanks de lovende kritieken die ze op Dranouter hadden geoogst. Ook Ambrozijn, Fluxus, Shantalla en Kadril hengelden vergeefs naar een contract. Misschien moest ik het, met mijn ervaring als vertegenwoordiger in de platenbusiness, maar zelf proberen. Het label Wild Boar Music was geboren.

“Als ik vijfduizend cd’s van Laïs kan verkopen, zal ik tevreden zijn”, daar ging ik van uit. Het zijn er uiteindelijk 75.000 geworden. Het is me nog altijd een raadsel waarom het debuut van dat trio zo’n hoge vlucht heeft genomen. Evidente muziek was het immers niet. Dat het om drie jonge vrouwen ging, zal ook wel geholpen hebben.

Het is niet gemakkelijk om te overleven als platenlabel. Je moet voortdurend de budgetten in de gaten houden. De verkoopcijfers zijn in tien jaar tijd zowat gehalveerd.

Om jonge bands kansen te blijven geven, zag ik me genoodzaakt in een eigen studio te investeren. Om en bij de 50.000 euro per jaar aan opnamekosten spenderen, was niet langer vol te houden. Op termijn moet mijn studio renderen, tenzij het blíjft bergaf gaan met de muziekindustrie. Ik denk dat mensen die illegaal downloaden of kopiëren de ravage die in alle geledingen van de bizz is aangericht serieus onderschatten.

Het is nooit leuk om iemand te zien vertrekken, of het nu Patrick Riguelle of Eva De Roovere is. Toen Eva ons verliet, dacht ik : daar gaan we weer. Maar een nieuwe vocalist betekent ook een nieuwe uitdaging. Eva was een kei in ballads, terwijl haar vervangster, Mariken Boussemaere, van uptempo houdt. Dat geeft ons de kans om opnieuw andere accenten te leggen.

Kadril een prinsessenmaker ? Onze zangeressen worden steevast benaderd voor allerlei projecten. Dat anderen te lui zijn om naar het talent op zoek te gaan en liever uit gemakzucht van de naam Kadril profiteren, frustreert me niet langer.

Peter Van Dyck / Foto Guy Kokken

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content